Gucci wint rechtszaak tegen Guess

Het modemerk kreeg een schadevergoeding van 4.66 miljoen dollar, een pak minder dan de 120 miljoen dollar die het geëist had.

De laaiende strijd tussen Guess en Gucci is eindelijk tot een einde gebracht. De rechtbank van New York kende Gucci een schadevergoeding van 4.66 miljoen dollar toe, een bedrag dat de winst die Guess maakte met gekopieerde Gucci-ontwerpen zou moeten evenaren.

Even een opfrisser: drie jaar geleden beschuldigde Gucci Guess ervan dat het merk verschillende van hun designs had gekopieerd. Struikelblokken waren de typerende groen-rode band, de in elkaar gehaakte G’s, de vierkante vorm van de G en het lettertype van de merknaam.

Guess Inc CEO Paul Marciano heeft altijd alle aantijgingen ontkend, zeggende dat er niet veel andere manieren zijn om een G in je merklogo te verwerken. Bij Gucci waren ze alvast razend, te meer omdat klanten volgens hen misleid werden door de typische Gucci kenmerken in Guess etalages, wat Guess volgens de Italianen voor zo’n 221 miljoen dollar heeft doen verkopen. Een maand geleden bracht Gucci de zaak voor de rechtbank, die dus nu in hun voordeel geoordeeld heeft.

“Lelijkheid beperken tot de catwalks”

Guess mag drie van de vier omstreden designs niet meer gebruiken voor hun producten – het lettertype van de merknaam mag blijven. Bovendien krijgt Gucci een schadevergoeding van 4.66 miljoen dollar, slechts een fractie van de 120 miljoen dollar die het merk oorspronkelijk eiste. Rechter Shira Scheindlin erkende dat Guess enkele typische Gucci designs gebruikte voor hun producten, maar niet dat Gucci hierdoor enige schade -zowel financieel als imago gewijs- heeft opgelopen. Bovendien noemde Scheindlin het vernoemde bedrag van 221 miljoen dollar een wilde gok en zei ze dat de 4.66 miljoen dollar de verkoop van deze door Gucci geïnspireerde producten de winst beter benaderde.

De modewereld slaakt alvast een zucht van opluchting dat dit drie jaar aanslepend gebekvecht eindelijk gesmoord is en ook Scheindlin had er duidelijk genoeg van. In haar verslag schreef ze het volgende: “De afgelopen drie jaar hebben beide partijen ontelbare uren en ongelofelijk veel geld in deze zaak gepompt, allemaal voor de mode, een fenomeen dat Oscar Wilde destijds ‘een vorm van lelijkheid zo ondraagelijk dat we het iedere zes maanden moeten aanpassen’ noemde. Ik hoop dan ook dat deze lelijkheid zich voortaan beperkt tot de catwalk en de winkelcentra en dus wegblijft uit mijn rechtbank”, aldus Scheindlin. (KS)