Hij lijkt wel de man voor wie onze ethicologiepagina in het leven werd geroepen : als grondlegger van het Deense modelabel Noir past Peter Ingwersen de principes van ecologie en fair trade met glans toe.

Hij is een ochtendmens. Daarom wandel ik om halfacht door de stille straten van Kopenhagen en ontmoet ik Peter Ingwersen in zijn kantoor, op een steenworp van Strøget, de langste winkelstraat van Europa. Hij praat in vlekkeloos Engels over de oprichting van zijn label Noir en over Illuminati II. Dat laatste is geen kledingmerk, maar een zusterbedrijf dat binnenkort in Oeganda op ecologische én sociaal verantwoorde wijze katoen gaat produceren. Zijn engagement kreeg vorm bij een van zijn vroegere werkgevers, Levi’s. “Het jeansmerk kreeg heel wat aanvragen van landen om er fabrieken op te starten. Ze wilden dat wel, maar enkel op bepaalde ethische en ecologische voorwaarden. Zo zag ik hoe kapitalisme een positieve rol kan spelen voor mens en milieu, hoe een bedrijf financiële druk kan uitoefenen om goede omstandigheden te creëren.”

De groene gedachte speelt ook in zijn persoonlijk bestaan een grote rol. Ingwersen fietst door het leven, dat is in zijn stad trouwens niet uitzonderlijk. Hij recycleert en tracht zoveel mogelijk biologisch te eten. Zijn ethische inspiratiebron is niet de minste : “Ik ben een grote fan van Kofi Annan.” En ook binnen de mode-industrie heeft hij een lichtend voorbeeld : “Dit klinkt als een cliché, maar toch : Coco Chanel. Omdat ze vrouwen uit hun korsetten haalde. Zij kon de tekenen des tijds lezen en er kledij voor ontwerpen.”

Hijzelf gelooft dat de wereld nu klaar is voor mode die zowel sexy en luxueus als ethisch en ecologisch is. “Over dat laatste werd vroeger ook al wel over gepraat, zeker in de jaren zestig en zeventig. Toen kon je een batikhemdje uit India kopen en zo een klein dorpje steunen. Maar dat werkte niet volgens het systeem van de mode-industrie. Wij wel, en tegelijkertijd geloven we ook in collectieve sociale verantwoordelijkheid. Ik wil dat Noir bekendstaat als een uitdrukking op zichzelf. En natúúrlijk zijn we ook ethisch verantwoord, wat elk merk zou moeten zijn. Veel mensen beginnen over ethiek en ecologie, maar ik praat liever over Noir en Illuminati zelf.”

Stoute meisjes

Dat is maar een woord. Laten we dan maar even aan de oppervlakte blijven : de naam Noir ? “De donkere zijdes van het leven hebben me altijd gefascineerd. Niet dat ik manisch-depressief ben, integendeel. Maar ik hou van uitdagingen. Soms ga je door hobbelige levensfases die je niet meteen weet aan te pakken. Eens dat wél lukt, leer je daarvan en kom je opnieuw in het licht. Verder hou ik van de duistere dichter Edgar Allan Poe. Ook een uitspraak die ik eens hoorde, was prikkelend : ‘Brave meisjes gaan naar de hemel, stoute meisjes naar overal. ‘ (grinnikt)Rock chicks hebben me altijd geïntrigeerd. Dat alles komt samen in Noir. Daarnaast is er het politiek correcte Illuminati, dat voor een yin-en-yangeffect zorgt. Soms besef je niet wat Noir is, tot je blanche ziet. De wereld bestaat uit contrasten.” Ook aan de collecties van Noir zijn enige contrasten niet vreemd. Donkere, sexy outfits met hier en daar gevaarlijk leder worden afgewisseld met engelachtig en pluizig wit.

Met enige schroom verwijs ik naar kritiek van journaliste Sarah Mower. Die opperde op de modesite Style.com dat Ingwersen wel héél erg zijn best doet om te bewijzen dat ethische mode ook luxueus en aantrekkelijk kan zijn, met uitgesproken sexy toetsen als zijden lingerie en fetisjleder. Verrassend genoeg geeft hij toe dat ze een punt had. “Omdat we nog in onze kinderschoenen staan, moeten we soms extremen opzoeken om de boodschap over te brengen. Sarah Mower heeft die duidelijk begrepen, maar dat betekent niet dat hetzelfde geldt voor de rest van de wereld. Al zullen we onszelf na verloop van tijd nog wel wat intomen.”

Stof uit Afrika

Maar niet op het gebied van organisch en eerlijk katoen. Peter Ingwersen : “Katoen heeft me altijd al gefascineerd. Wat voor mogelijkheden heeft die stof ! En democratisch, hebben we het immers niet allemaal in onze kleerkast hangen ? Dus wilde ik zelf katoen creëren voor de collecties.” Momenteel wordt al een aanzienlijk deel van de Noircollectie gemaakt met gecertificeerd Afrikaans katoen, maar binnenkort zal de stof geleverd worden door zusterbedrijf Illuminati II vanuit Oeganda (zie kader). Dat bevindt zich nu nog in de opstartfase, maar zal naderhand ook andere luxelabels kunnen bevoorraden. Een en ander leidde tot de oprichting van de Noir Foundation, die met een deel van de opbrengst van katoenen pakken en stoffen de Afrikaanse arbeiders steunt met medicijnen en microleningen.

Hoe fantastisch de intenties ook zijn, toch kan ik de associaties met negentiende-eeuwse kolonialen en Europees paternalisme niet onderdrukken. Die opmerking komt niet totaal onverwachts. “De samenwerking moest absoluut gebeuren op hún voorwaarden. Zij zijn degenen met de grondstoffen, wij bieden slechts een commercieel voorstel om de verkoopcijfers op te drijven. We wilden er niet zelf instappen, want we kennen niets van landbouw. Soms benaderen ze mij dus paternalistisch en nemen ze me bij de hand, op andere momenten ben ik degene die hen raad geeft. Het is een broederschap, ik noem het graag menselijk of ethisch kapitalisme.”

In verscheidene artikels heeft Ingwersen al benadrukt dat hij niet moeder Teresa is. “Dit is in de eerste plaats een zakelijk idee, de enige manier om echt vooruit te gaan. Liefdadigheid is prima in Europa, wanneer het bijvoorbeeld gaat om borstkanker of kinderen in nood, als aanvulling op het bestaande systeem. Maar liefdadigheid in de derde wereld, daarop klinkt mijn visie nogal radicaal (zucht). Ik zie twee negatieve effecten. Ten eerste : wie leeft van liefdadigheid alleen, kan de hele dag slapen, even ontwaken, geld krijgen, en vervolgens opnieuw indommelen. Het creëert geen kinetische energie. Er is een actie nodig die leidt tot een reactie om iets tot stand te brengen. Anderzijds, en dit is nog een stuk erger : op het moment dat je begint te ontvangen, ontvangen, ontvangen, verdwijnt je trots. Omdat je niet productief bent, je geeft niets in de plaats.”

Schone mode-industrie

Een engagement komt nooit alleen : ook in de discussie over de graatmagere modellen liet Ingwersen al geregeld van zich horen. Wanneer ik dat ter sprake breng, licht zijn blik nog meer op, duidelijk een van zijn stokpaardjes. “De geschiedenis heeft al genoeg bewezen dat een verbod in bepaalde gevallen niet werkt, het zet zelfs tegenreacties in gang. De mode-industrie moet zelf haar verantwoordelijkheid opnemen door geen twaalfjarige modellen met size zero in te zetten. Maar dat terzijde geloof ik ook dat mode beroering moet veroorzaken en trends zetten. Toen Kate Moss opkwam, ontstond het gedoe over de heroine chic. Dat veroorzaakte een golf van graatmagere meisjes. Maar uiteindelijk was dat een uitdrukking van de tijdgeest, een gevoel van rock-‘n-roll. Soms zorgen extremen voor verheldering en dus moet je die ook toestaan, zolang ze niet schadelijk zijn. Maar vanaf het moment dat Kate Moss in een opnamestudio pillen zat te slikken en te drinken, vloog ze onmiddellijk van alle campagnes : daar heeft de mode-industrie zijn verantwoordelijkheid genomen.”

Die industrie wil alvast haar steun betuigen aan Noir. Door de World Fashion Awards, een soort mode-Oscaruitreiking die volgend jaar in Los Angeles zal plaatsvinden, op te dragen aan het Deense label. “Zo hopen we toch een vijftigtal landen te inspireren. Ons zakelijk concept heeft geen copyright, anderen hoeven er niet af te blijven. Ik hoop echt dat de rest zal volgen. Zolang ze zichzelf niet Noir of Illuminati noemen, of de hele look van onze collectie stelen, ga ik akkoord. En ik heb er vertrouwen in.”

Info : 03 227 42 10, www.noir-illuminati2.com.

Door Stefanie Van den Broeck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content