Zwembadhuisjes en tuinpaviljoenen schieten als paddenstoelen uit de grond. En wat is er ook ontspannender dan je vrije tijd door te brengen aan de waterkant, in de beslotenheid van je eigen tuin. Vijf specialisten over de do’s-and-don’ts voor Vlaamse poolhouses.

1. Poolhouse = vakantie aan je achterdeur

Jan Vanweert van Studio Dhoore – Vanweert : “Alle voorwaarden voor een poolhouserage zijn er. Het klimaat wordt steeds warmer. Ons leven verplaatst zich van de living naar de keuken en het terras. En thuis wellnessen is erg in. Mensen willen de dagelijkse sleur achter zich laten en op vakantie gaan in hun eigen tuin.”

Peter Pollet van English Heritage Buildings : “Veel meer dan vroeger genieten mensen ervan om thuis te zijn. Cocoonen is in. Een poolhouse met ingebouwde jacuzzi of met bijbehorend zwembad is natuurlijk ideaal om thuis te genieten van je vrije tijd : je hebt het gevoel dat je op vakantie bent, zonder dat je je ver moet verplaatsen.”

2. Cottagestijl kan, maar hoeft niet

Peter Pollet : “Het merendeel van onze poolhouses zijn in klassieke cottagestijl, omdat daar in Vlaanderen nu eenmaal veel vraag naar is. Maar we ontwerpen ook moderne bijgebouwen, die er heel wat strakker uitzien. Het voordeel van die cottagestijl is dat het mooi geïntegreerd kan worden in de tuin. Door het vergrijzen van het hout wordt de neutrale module bijna één met de natuur.”

Jan Vanweert : “Ik vind die rustieke stijl nogal log. Niet verwonderlijk dat dat in Vlaanderen zo populair is. Ons poolhouse in Tongeren had op uitdrukkelijke vraag van de bouwheer geen cottagelook. Wij maakten een hedendaags, abstract volume dat als een sculptuur in de tuin staat. Het gebouw heeft een houten skelet waarover een soort rubberen huid is gespannen. Met hetzelfde materiaal (Alkorplan) hebben we ook het zwembad bekleed.”

3. Een veredeld tuinhuis ?

Bram Delfosse van B-Conceptual: “Er zijn soms mensen die hun tuinhuis willen ombouwen tot poolhouse. Maar vaak is de elektriciteit daar niet op voorzien. Eén stopcontact en één lichtschakelaar zijn helemaal niet voldoende !”

Jan Vanweert : “Een poolhouse is geen tuinhuis, maar een aparte buitenkamer. Dat ‘vakantiehuisje’ kan het epicentrum van je sociale leven zijn : van het lekkere weer genieten, vrienden uitnodigen, barbecue aansteken en een duikje nemen in het zwembad. Kijk maar naar de moderne constructie die wij geleverd hebben in Tongeren : het is een multifunctionele module met sauna, hammam, douche, toilet en wastafel. Er is ook een polyvalente ruimte om fitnessapparatuur te plaatsen of een studiekamer te installeren. In het zwembad zelf is ledverlichting voorzien. Zo kan het water in verschillende kleuren veranderen, en wordt het een soort ‘partybad’.”

Peter Pollet : “Niet onbelangrijk : een poolhouse geeft een grotere meerwaarde aan je eigendom dan een tuinhuis. Het is een investering waar je van geniet, maar die je zeker terugbetaald krijgt als je het huis verkoopt.”

4. Zorg dat je wettelijk in orde bent

Jan Vanweert : “Er is een bouwaanvraag nodig voor zowel een zwembad als een poolhouse. Je kunt ze niet zomaar inplanten, je bent gebonden aan een aantal stedenbouwkundige regels.”

Peter Pollet : “Er is inderdaad een bouwtoelating nodig. Als het bijgebouw kleiner is dan dertig vierkante meter, kun je die zelf aanvragen op de technische dienst van de stad of gemeente. Het volstaat een bouwplan te hebben en een checklist van de gemeente in te vullen. Is het groter dan dertig vierkante meter, moet je de aanvraag indienen via een architect. Het advies kan, afhankelijk van de gemeente, wel eens lang op zich laten wachten. We vragen onze klanten altijd aan om eerst te informeren op de technische dienst waar en wat ze mogen bouwen. Want sommige mensen hebben grootse dromen, maar die zijn niet altijd toelaatbaar.”

5. Kies aangepaste materialen

Bram Delfosse : “Ik adviseer meestal een constructie in natuurhout, omdat dat warm aanvoelt en rust uitstraalt. Een stenen constructie vergt dure graafwerken, die je tuin bovendien kapotmaken.”

Peter Pollet : “English Heritage Buildings levert poolhouses met een kaderwerk in Engelse eik. Dat is artisanaal in elkaar gezet met houten pluggen, net zoals de schuren van vroeger. De onderhoudsvrije buitenplanken zijn van lariks, een houtsoort die aanvankelijk honinggeel is, maar later verkleurt naar grijs.”

Bram Delfosse : “Rond het poolhouse en het zwembad gebruik ik altijd planken in houtcomposiet. Dat is een kunststof die eruitziet als bankirai maar veel weer-, chloor- en glijbestendiger is. In het poolhouse zelf kies je het best ook geen gladde vloer, want iedereen komt er binnen in natte kleren en op blote voeten. Gepolijste tegels, parket of quickstep zijn af te raden.”

Peter Pollet : “Wij werken binnen vaak met onderhoudsvriendelijke vloeren in (blauwe) steen of met gepolierd beton. Een houten plankenvloer zou wat van het goede te veel zijn : heel de buitenkant is al in hout !”

6. Kies de juiste planten

Bram Delfosse : “Een poolhouse staat in de regel niet ver van het zwembad. Chloor is sowieso niet goed voor de planten, kies dus sterke gewassen. Ik raad ook af om klimop te gebruiken. Die plant zet zich keihard vast op muren, groeit op het dak en kruipt tussen de planken.”

Dirk Vanderwaeren van AB+ Architectuur Voor Buite n: “Let ook op voor bomen of planten met zwarte wortelgroei in de buurt van een poolhouse of zwembad. Coniferen zijn vaak nefast, omdat ze zo snel groeien. Maar de grootste pest is bamboe : zonder een deftige wortelwering kan die dwars door de vloer van je poolhouse of zwembad priemen. Ook in de buurt van asfalt of terrastegels kan bamboe serieuze schade aanrichten.”

Peter Pollet : “Er zijn wel eens mensen die rond hun poolhouse en zwembad kunstgras willen leggen. Dat is geen must, want gras heeft niet zoveel last van het chloor- water. Ik begrijp dat mensen kunstgras willen, omdat hun gazon dan onkruidvrij en onderhoudsvriendelijk is. Maar ik stel me vragen bij de prijs, de duurzaamheid en de kleurvastheid.”

7. Poolhouse = een folietje voor in de midlifecrisis ?

Peter Pollet: “Een poolhouse is helemaal geen midlifecrisisbevlieging, zoals een motor die na twee jaar al staat te bestoffen in de garage. En mijn klantenportefeuille bevat heus niet alleen vijftigers ! Er zijn ook best wat jonge mensen die ervoor sparen. Natuurlijk zit mijn cliënteel in de categorie van mensen die zich een lap grond en een deftige tuin kunnen veroorloven. In een ministads-tuintje kan ik weinig doen.”

Bram Delfosse: “Onder mijn klanten zie ik toch veel veertig-, vijftigjarigen die een extra pleziertje willen. Ze komen uit de babyboomgeneratie : mensen die heel hun leven hard gewerkt hebben en nog wat geld opzij hebben staan om ‘eens zot te doen’.”

Dirk Vanderwaeren: “Het is inderdaad een folietje, maar dan wel een duur : onder de 50.000 euro kom je niet al te ver. Poolhouses zijn populair bij residentiële, begoede klanten : mensen die al een zwembad hadden, en nu ook een bijgebouwtje willen met daarin een douche, sauna, stoombad of zithoek.”

Peter Pollet: “Even een misverstand uit de wereld helpen : er hoort niet per definitie een zwembad bij. Veel mensen kiezen in de plaats daarvan voor een indoorjacuzzi of een sauna. Begrijpelijk, want een zwembad vraagt veel onderhoud en kost veel geld.”

Jan Vanweert: “Poolhouses zijn natuurlijk momenteel een beetje een rage, net zoals de carports eind jaren negentig. Logisch dus dat er nu overal gespecialiseerde bedrijven opduiken die zwembaden en bijgebouwtjes op maat aanbieden.”

8. Kan een poolhouse overwinteren ?

Bram Delfosse : “Een poolhouse dat in de winter dient als berghok of stapelplaats voor terrasmeubilair kun je het best afkoppelen van gas en elektriciteit. Als er een sauna in gebouwd is, voorzie je het best een aparte schakelaar binnenin, zodat je na elke saunabeurt in de winter alles weer kunt afkoppelen.”

Peter Pollet : “Als er een badkamer, een toilet en een technisch machinegedeelte zijn, dan volstaat een elektrisch vuurtje in de winter om het geheel bij leegstand vorstvrij te houden. Maar mensen die een gebouwtje met stoombad of jacuzzi hebben, kunnen dat natuurlijk ook benutten in de winter.”

Bea Mombaers van Items: “Het poolhouse dat ik inrichtte, moet de dochter van de familie de mogelijkheid geven om apart te dineren of feestjes te organiseren. Je kunt er douchen, eten én logeren. De losse vintagestijl is volledig verschillend van de klassieke moederwoning. Het was precies de bedoeling om een totaal andere sfeer te hebben.”

9. Zoek een logische plaats

Peter Pollet: “Een fout die vele mensen maken : ze zetten hun poolhouse pal in de lijn van het huis, zodat ze er frontaal op kijken. Als je het zo inplant, stopt je tuin visueel bij het bijgebouw. En dat kan de bedoeling niet zijn. Ik raad mensen dus aan om het aan de zijkant van de tuin te plaatsen, zodat het dieptezicht behouden blijft. Bij de inplanting van tuinhuizen wordt trouwens vaak dezelfde fout gemaakt.”

Bram Delfosse: “Mensen bouwen het ook vaak tegen een haag om twee redenen : ze winnen hiermee plaats en hoeven dat stuk van de haag dan niet te scheren. Een slecht idee, want groen dat tegen de wand leunt, zorgt voor vocht in de muren. Hou dus best wat afstand.”

Dirk Vanderwaeren : “Ik vind het beter als een poolhouse wat uit het zicht staat. Je kunt het gebouw bijvoorbeeld afschermen met een wintergroene buxus- of taxushaag. Maar let op : de beschutting mag niet te veel zon wegnemen van het terras en het zwembad.”

10. Een klus voor doe-het-zelvers ?

Bram Delfosse: “Een gebouwtje mét sauna of jacuzzi hoeft niet zoveel te kosten. Voor een dikke 10.000 euro kan een goede doe-het-zelver er een in zijn tuin optrekken.”

Dirk Vanderwaeren: “Zelf zoiets in elkaar zetten ligt niet zo voor de hand. En trouwens, de mensen die een poolhouse bestellen, laten meestal de werken uitvoeren door een gespecialiseerde firma.”

Peter Pollet : “Wij hebben ook bouwpakketten. Eén op de tien klanten kiest voor die optie. Hout is een gemakkelijk materiaal om mee te werken. Alles is voorgezaagd en geboord, er kan bijna niets fout lopen. Op de dag van de levering komen we helpen om het eiken kader overeind te zetten. De rest doet de klant zelf. Maar mag ik eerlijk zijn ? Veel geld bespaar je niet door het zelf te installeren. Al is het wel leuk natuurlijk.”

Door Thijs Demeulemeester I Foto’s Jan Verlinde

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content