Ooit was hij student aan de Antwerpse Modeacademie, vandaag is de Gentse academie zijn tweede thuis. In onze zoektocht naar een Gents boegbeeld om het mode-event Vitrine aan te kondigen, was het logisch dat we aanklopten bij Pieter Coene. Een vragenronde over deelnemen, lesgeven en eeuwig twijfelen.

Windowdressing

“Ik ben dit jaar een van de deelnemers aan Vitrine. In tientallen Gentse etalages zullen ontwerpers op een fantasierijke manier spelen met het thema kleur. Ik heb me laten inspireren door het boek Candlemoth waarin het hoofdpersonage een quilt op zijn rug draagt, gemaakt uit alle lentes, zomers, herfsten en winters die zijn leven gekleurd hebben. Ik vond dat een mooi beeld : het leven geeft kleur en textuur aan je persoonlijkheid.”

“Ik hou van afgebakende projecten. Opdrachten die me naast het lesgeven aan de Gentse Koninklijke Academie voor Schone Kunsten (Kask) de kans geven om iets te doen voor mezelf. Soms met veel richtlijnen, zoals wanneer ik een trouwjurk voor iemand ontwerp. Soms met weinig belemmeringen, zoals bij Vitrine.”

Lesgeven

“Ik werk vijf jaar aan Kask als lesgever en coördinator van de modeafdeling. Voordien gaf ik les in Brussel en Luik. Het is spannend om te zien hoe studenten in het eerste jaar arriveren en gaandeweg een andere manier van kijken ontwikkelen. Voor elk van hen zoek je in het begin een taal waarmee je kunt communiceren. Je wilt hen immers beoordelen en stimuleren zonder dat ze jouw feedback als een persoonlijke aanval beschouwen. Het geeft veel voldoening eens je die code kraakt om met elkaar te praten.”

“Ik wil mijn studenten een stukje begeleiden en vind het helemaal niet erg als ze nadien iets totaal anders gaan doen dan mode. Zolang ze tijdens de opleiding maar alerter zijn geworden en een plaats voor zichzelf zoeken in deze maatschappij. Met die instelling kunnen ze de rest van hun leven verder.”

Gent versus Antwerpen

“Tijdens infodagen vragen ouders me altijd wat het verschil is tussen onze modeopleiding en die van Antwerpen. Ik heb het eigenlijk gehad met die vraag. We doen allemaal ons best om studenten zo veel mogelijk mee te geven. Bij ons kunnen ze kiezen voor een bacheloropleiding van drie jaar, gevolgd door een master. We moeten niet denken dat we hen aan het einde van die opleiding alles hebben meegegeven wat ze nodig hebben in de grote modewereld daarbuiten. Maar dat geldt ook voor de Antwerpse Academie of het Brusselse La Cambre. Er is helaas geen tijd om ons verlanglijstje helemaal te integreren in de opleiding. Het is altijd schipperen tussen prioriteiten.”

“Het grootste verschil met Antwerpen, is dat studenten daar veeleer al iets bewezen moeten hebben. Terwijl bij ons evengoed zeventienjarigen zich inschrijven die uit Latijn-Wetenschappen komen en geen modeachtergrond hebben. Elk instituut wil zo goed mogelijk draaien voor het type publiek dat hij aantrekt. En daarboven : in Antwerpen zijn ze al veel langer met mode bezig. Ze hebben daar een stadsbestuur dat gelooft en investeert in het domein. In Gent gaat het er gemoedelijker en bescheidener aan toe. Misschien moeten we onszelf meer au sérieux gaan nemen. Hoe een stad zich profileert, is een organisch proces dat je niet kunt forceren. Er zijn in Gent wel heel wat mensen met mode bezig, maar het speelt zich hier allemaal veel intiemer en kleinschaliger af.”

Muziek versus mode

“Als kind ging ik al zingend door het leven, letterlijk. Jarenlang zat ik bij het koor Collegium Vocale. Nu zing ik Gregoriaans bij het koor Psallentes in Leuven. Na mijn modestudie voelde ik een enorme druk van de buitenwereld om te kiezen. Zingen of ontwerpen ? Men verplichtte me bijna om een keuze te maken, terwijl ik het allebei nodig heb. Op een bepaald moment dacht ik : iedereen kan de boom in. Het is mijn leven, en ik vind het plezant om vandaag te zingen, morgen les te geven, overmorgen aan theaterkostuums te werken en over vier dagen met vrienden op een terras te zitten.”

“Dat twijfelen heeft altijd in mij gezeten. Ik ben dit jaar vijftig geworden, maar ik denk nog dikwijls dat ik mij laat doen. Omdat ik me inbeeld dat er dingen van mij verwacht worden als dé ontwerper of dé zanger. Goed, ik kan niet uitpakken met 35 internationale winkels waar mijn collecties hangen, maar in ruil heb ik jarenlang plezier beleefd aan het zingen.”

“Ik moet nog meer voldoening leren halen uit mijn persoonlijke kleine overwinningen en een gezond evenwicht leren vinden tussen melancholisch zijn en vooruitkijken. Mijn moeder zei onlangs : ‘Je bent geen twintig meer, de dingen zouden zo stilaan toch iets gemakkelijker mogen gaan.’ Ik heb een korte versie van mijn CV, en een lange. Er staat zoveel op dat bewijst dat ik in heel mijn leven zelden dingen heb gedaan die ik niet prettig vond. Moet het eigenlijk meer zijn?”

Vitrine 2009, van 18 tot 27 juni in de Gentse

binnenstad. Curator is Jan Hoet, deelnemers zijn onder anderen Veronique Branquinho, Sofie D’Hoore en Lenny Leleu.

Info : www.ffi.be/vitrine

Movement 16, het zestiende defilé van de

modestudenten van Kask, vindt plaats op 18, 19 en 20 juni in de voormalige Eskimofabriek.

Info : www.movement.be

Door Elke Lahousse Foto Wouter Van Vaerenbergh

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content