Beeldend kunstenaar / grafisch vormgever

Ik was amper 15 toen ik in het artistieke bureau van de Zoo ging werken. In drie jaar tekende ik tienduizend dieren voor signalisaties en verpakkingen. Daardoor werd ik uiteindelijk grafisch vormgever, designer en beeldenbouwer.

De belangrijkste creatie van mijn leven is de naam Paul Ibou aannemen. Ik was achttien. Wie had toen kunnen denken dat ik ooit in een kasteel zou wonen en beroemd zou worden in China ? Er hangt zelfs werk van me ik het Museum of Modern Art in New York en in het Centre Pompidou.

Op mijn twaalfde verloor ik mijn vader en daarna mijn moeder. Mijn twee broers en zusters zijn gestorven en we hebben geen kinderen. Ook de familie van mijn vrouw is bijna uitgestorven. Die eenzaamheid leidde tot een zoektocht naar ‘familie’ die we vonden door ontzettend veel mensen te ontmoeten en te reizen.

Ik ben jong beginnen te reizen, eerst naar Amerika en in 1963 naar Japan. Ik woonde vier jaar in New York, tekende voor de Flintstones en Uderzo, en had een bureau in de TwinTowers. Door de aanslag verloor ik er zeven vrienden.

Mijn verblijf in de States werd een zwerftocht naar mensen en kunst. Ik bezocht ateliers en ontmoette iconen als Andy Warhol, Roy Lichtenstein en Robert Rauschenberg. Uitzonderlijke mensen duwen je vooruit. Je denkt dan : ik doe het nog beter dan zij. Die drang duwt me nu ook weer vooruit voor mijn nieuw project : het bouwen van een vredesbeeld voor de mensheid.

Ik zweer bij geometrische basisvormen : kubus, cirkel en driehoek. Daarom heeft de kunststroming van het constructivisme me het meest beïnvloed, zoals de Nederlandse en Belgische kunstenaars Ad Dekkers, Marc Verstockt, Gilbert Swimberghe, Jo Delahaut en Jef Verheyen die mijn boezemvriend was.

Snelheid is mijn gave : ik maak logo’s in één dag, een schilderij in één uur. Ik schets en tjak dat is het. Ik twijfel niet. Zelfs met vrouwen ben ik verschrikkelijk snel. De vrouw fascineert me trouwens, ze is het mooiste wezen.

Eerst wilde ik rijk en beroemd worden, onder invloed van de materialistische Amerikaanse cultuur. Mijn eerste reis naar China, in 1977, heeft me filosofisch veranderd en leerde me relativeren. Daarna reisde ik ontelbare keren naar het Oosten, werd sinofiel en gefascineerd door het Chinese schrift. Dat staat heel dicht bij het logo.

Via de archeologie heb ik een magnetische binding met het verleden. Op opgravingen voel je de tijdloosheid. In 1977 was ik een van de eerste Europeanen die in China het terracotta leger mochten bewonderen : een droommoment.

Als hotelfreak ben ik tuk op dure hotels, met riante decors, lekker eten en mensen om naar te kijken. Ik vind er dertig procent van mijn klanten, want daar zitten de grote bazen. Ik stap direct op hen af, geef mijn kaartje en vertel dat ik logo’s ontwerp en schilder. Je moet daar niet bang voor zijn.

Ik ben talrijke keren gehuldigd, zelfs in China, maar heb ook tegenslagen gehad. Ik ben ooit omver gereden, brak van alles, en ontving ooit een ongedekte cheque. Dat was een financiële aderlating. Wie rustig leeft en tevreden is met het gooien van een vislijntje komt dit niet tegen.

Tegen de eenzaamheid is de discipline belangrijk. Ik heb tucht, werk hard, ben ambitieus en leergierig. Daaruit vloeit een enorme productie voort. Ik heb 350 logo’s ontworpen, 300 affiches en bijna 300 kunstboeken gemaakt die wereldwijd worden gebruikt.

Ongesigneerd aanwezig zijn in het cultuurlandschap, dat is mijn moto. Mijn logo’s worden overal gebruikt, maar niemand weet dat ze van mij zijn, want er staat geen naam bij.

Ik heb twaalf ateliers en houd van een geordende chaos. Ik weet alles liggen, maar moet zoeken. Ik maak ook overal lijsten van, dat is een fobie, en verzamel knipsels en foto’s van allerlei mensen, van Saddam Hoessein tot Clinton. Zo volg ik de actualiteit op de voet en voel me een beetje een journalist.

Paul Ibou (pseudoniem van Paul Vermeersch) is beeldend kunstenaar en grafisch ontwerper met een internationale naam en faam. Momenteel werkt hij aan zijn ‘universal human statue’, een 55 meter hoog beeld ter ere van de mensheid, waarvan er over de hele wereld exemplaren zouden worden gebouwd.

Door Piet Swimberghe / Foto Saskia Vanderstichele

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content