Het was Rolex die ze via een mecenaatproject samenbracht als mentor en beschermeling. De grande dame van de hedendaagse dans uit Brussel en de jonge danser uit Togo. Anani Dodji Sanouvi, die danst vanuit pure intuïtie, werkte een jaar bij Anne Teresa De Keersmaeker, voor wie dans haast wiskunde is. De liefde was niet voorbestemd. Maar diep en wederzijds, al snel.

Hij gespierd, zwart, een luide en brede lach, soepele en vooral royale bewegingen, een en al warme gloed. Zij tenger, zeer tenger, bleek, zuinig met die fijne glimlach, laat liever haar ogen lachen, beweegt beredeneerd en afgelijnd. Dansen ? Voor Anani Dodji Sanouvi een zaak van intuïtie. Van instinct. Van gehoorzamen van het lichaam aan ritmes diep in hem. Een natuurlijk gegeven. En dus danst hij het liefst in gebogen houding, door de knieën, om contact te houden met de aarde. Het was het eerste wat hem opviel toen hij de dansers van Anne Teresa De Keersmaeker bezig zag. “Alles was zo recht en zo hoog. Ik had zoiets nog nooit gezien. Zo vreemd om te dansen met een rechte rug. En vooral : zo onnatuurlijk om op de tenen te gaan dansen.” Tijdens ons gesprek demonstreert hij vlug even het ‘vreemde tenenwerk’. Doet hij voortdurend, dansersbloed oblige. Doet De Keersmaeker overigens ook, al blijft ze daarbij wel op haar stoel zitten. Dans voor haar ? Dat is een twee-eenheid van geest en lichaam. Dansen en nadenken gaan hand in hand. Geen enkele beweging mag gratuit zijn. Elke uithaal heeft een reden. Muziek wordt tot op het bot geanalyseerd, bewegingen worden er stap voor stap op geënt.

“Dus neen, het succes van dit door Rolex georganiseerde mentorjaar was geen op voorhand gewonnen zaak”, glimlacht De Keersmaeker. “We hebben moeten zoeken. Allebei. Maar we hebben elkaar, of toch onze taal, gevonden.” Want dat hadden deze mentor en haar beschermeling bij de start alvast wél gemeen : de onmogelijkheid om te leven zonder dans. Of zoals Sanouvi het zelf ontroerend verwoordt, in een huppelend Engels : “For me, dancing, it’s like parents. I lost them early. So for me, since then, dance is like a father and a mother.” Hij zegt het. En De Keersmaeker glimlacht moederlijk. En misschien is de liefde tussen een mentor en haar beschermeling nog wel het best te vergelijken met een ouder-kindrelatie. Een aparte verhouding is het hoe dan ook. Want wat is een mentor. Een voorganger ? Een raadgever ? Iemand met meer ervaring, dat in elk geval, die een jong talent inspireert. In de Oudheid en nog lang daarna was het mentorschap een evidentie. De naam komt trouwens van Mentor, die de zoon van Odysseus onder zijn hoede nam toen deze naar de Trojaanse oorlog was vertrokken.

Wijzen de wijzen weer de weg ?

Je laten gidsen door een ouder en wijzer iemand ? De voorbije decennia leek het not done. Toen gingen we net met volle kracht vooruit en spraken we met alle geweld de oude waarheden tegen. Oud was out. Maar in dit nieuwe millennium zien we het links en rechts weer opduiken : gerijpte wijsheid en ervaring mogen zich weer laten horen. Kunstenaars, schrijvers en politici op leeftijd roeren zich weer, met succes. En jonge snaken snakken naar mentors. In de bedrijfswereld is het mentorship tussen seniors en juniors al goed aan het boeren. Ook kansarmen en nieuwkomers worden, zeker in de VS, begeleid door vrijwillige raadgevers. In de wereld van de klassieke muziek ontfermen mentors zich al langer over jonge talenten. En ook in de rest van het artistieke veld komt het mentormechanisme piepen. Zo droeg de Britse actrice Helen Mirren vorig jaar haar ‘Britse Oscar’ op aan haar toen net overleden mentor Ian Richardson. Vele jaren geleden had ik het immense geluk samen te mogen werken met een acteur die ongelooflijk vrijgevig zijn vakmanschap met mij deelde. Hij werd mijn mentor. Hij hielp mij te geloven in mijzelf. Ian Richardson, ik ben niet zeker dat ik hier had gestaan, als jij er niet was geweest .” Ze liet een diep ontroerd publiek achter.

Artistiek mentorschap kan een duwtje in de rug krijgen door ambitieuze mecenaatprojecten. Zoals het Rolex Mentor & Protégé Arts Initiative. Dit intussen zes jaar oude project koppelt om de twee jaar een jonge en veelbelovende danser, muzikant, regisseur, theatermaker, schrijver en kunstenaar aan een grote naam uit zijn of haar vakgebied. Een jaar lang neemt de mentor dan zijn of haar beschermeling onder de vleugels. Rolex geeft de beschermeling 25.000 euro bij de start, en na afloop nog eens 25.000 euro om een eigen project te helpen opstarten. Ook de mentor krijgt een schouderklopje van 50.000 euro. Aan het einde van de rit hoeven geen concrete resultaten worden voorgelegd. Zolang er maar “een boeiende uitwisseling heeft plaatsgevonden”. De ‘bewijzen’ van die uitwisseling laat Rolex elk jaar aan de wereld zien tijdens een feestelijke afsluiting.

Martin Scorsese anyone ?

Het afsluitingsweekend van het Rolex Mentor & Protégé Arts Initiative 06-07 wordt dit jaar in New York gevierd. Wanneer Rebecca Irvin, directeur van de mecenaatprojecten van Rolex, bij de start van het weekend de verzamelde pers uitleg geeft over het initiatief, passeert wat onvermijdelijke copywriterspraat. Dat Rolex rechtstreeks individuen wil steunen, omdat nu eenmaal ook elk Ro-lexhorloge uniek is. En dat de precieze tijdspanne van een jaar verwijst naar dat volle jaar dat volgens de legende nodig is om een Rolex te maken. Maar goed, met het Mentor & Protégé Arts Initiative doet Rolex mooie dingen. En niet in het minst de mentors verlenen het project een stevige geloofwaardigheid. In dans was behalve De Keersmaeker ook het zwaargewicht William Forsythe al van de partij. Verder ook nog namen als Mario Vargas Llosa (Peruaanse schrijver), Stephen Frears (de Britse The Queen-regisseur), Tahar Ben Jelloun (Marokkaanse schrijver) en John Baldessari (Amerikaanse kunstenaar). En voor de volgende jaargang heeft Rolex zowaar regisseur Martin Scorsese weten te strikken. De beschermelingen worden wereldwijd via een uitgebreid netwerk van kenners opgespoord. Talent moeten ze hebben. Als ze daarnaast ook nog meer dan anderen de kans en de financiële steun kunnen gebruiken, dan is dat mooi in hun voordeel meegenomen.

Een immens verschil in aanvoelen

Dit weekend vieren we dus de afsluiting van jaargang 06-07, het jaar van onder meer De Keersmaeker en Sanouvi. Vlak bij Central Park, in het New York State Theater, zitten de twee ontspannen samen en vertellen over het afgelopen jaar. Sanouvi verkaste daarvoor van Senegal, waar hij toen woonde, naar Brussel om een jaar lang bij zijn mentor te dansen.

Welke eerste indruk maakte PARTS, de school van Anne Teresa De Keersmaeker?

Sanouvi : Eerlijk ? De eerste keer dat ik de ruimtes zag, kreeg ik het benauwd. In deze kleine ruimte bewegen ? Ik zag het echt niet zitten. Toen begon Anne Teresa tot overmaat van ramp over cirkels in vierkanten op de grond, ik begreep er werkelijk niets van. Je moet weten : ik had voordien zelfs nog nooit geteld tijdens het dansen. Leek me een absurd idee. En toen zag ik ze dansen. Zo hoog en zo recht. En op de tenen ! (Hij springt recht, gaat op zijn tenen staan en bulderlacht.) Een hele schok.

U verhuisde voordien van Togo naar Senegal om er les te volgen aan de dansschool Ecole des Sables. Was dansen in Senegal zo anders dan in Brussel ?

In Senegal danste ik zowat altijd buiten. Ik heb de natuur nodig. Ruimte. De lucht. De aarde. (Hij strekt zijn armen uit en pompt zijn borstkas vol lucht.) We dansen er op ritmes waarvan we geloven dat ze in ons lichaam zitten. Dansen is iets heel natuurlijks voor mij. Het is als eten en drinken. En vooral : sinds ik mijn ouders verloren ben, is dansen als een vader en moeder voor mij. Maar voor Anne Teresa is dansen net zo belangrijk, begreep ik snel.

Wanneer begon u de taal van De Keersmaeker te begrijpen ?

Heel veel werd duidelijk toen ik haar in Londen solo zag dansen. Toen zag ik voor het eerst de danser in haar. Ik ontdekte dat ze danst met dezelfde innerlijke stilte als ik, beter kan ik het niet uitleggen. Sindsdien maak ik een onderscheid tussen Anne, de choreografe, en Teresa, de danseres. En dat helpt me, hoe raar dat ook klinkt. ( De Keersmaeker knikt terwijl haar beschermeling zijn uitleg doet.)

Was het voor u eenzelfde moeilijke zoektocht ?

De Keersmaeker : Jawel. Al had ik Anani uit de shortlist van de drie kandidaten gekozen, onder meer omdat hij zo anders is dan ik. Dat maakt het uiteraard interessant. Ik vond hem heel goed, maar zijn register was beperkt. Ik wou dus vooral dat register openbreken en verbreden. En toch schrok ik van het immense verschil tussen ons aanvoelen en hoezeer dat ons in het begin voor de voeten liep. Ik weet nog dat we samen naar een voorstelling waren geweest die ik fantastisch vond en hij helemaal niet. Hij kon me niet uitleggen waarom en omgekeerd begreep hij mijn mening helemaal niet. ‘Peut-être il est bête’, dacht ik zelfs op een bepaald moment. ( Ze schrikt van haar woorden en kijkt even beschaamd naar Sanouvi, die lachend reageert met een falset : ‘Quoi ?’)

Hoe hebt u dan de switch gemaakt ?

Ik heb snel beseft dat ik hem moest loslaten. Zoals zand in je hand. Als je je hand ontspant, dan vloeit het zand elegant en zachtjes door je vingers. Als je je hand te hard dichtknijpt, heeft het zand geen enkele uitweg. Op een bepaald moment hebben we elkaar zo gevonden. Plots. En toen waren we vertrokken.

Wat is het verschil tussen een mentor en een leraar ?

Het belangrijkste verschil, denk ik, is het tweerichtingsverkeer. Bij mentorschap is er een wisselwerking. Om het filosofisch uit te drukken : het gaat erom elkaar uit onze comfortzone te duwen. Elkaar even uit koers te brengen om daarna gegronder opnieuw je weg te kiezen. Uiteraard maakt de ervaring de mentor tot koptrekker, maar Anani heeft ook mij mijn opvattingen af en toe in vraag doen stellen. En daar ben ik dankbaar om. Als mentor moet je dus veel meer kunnen loslaten dan als leraar.

Komt er een vervolg op dit mentorjaar ?

De Keersmaeker : We houden zeker contact. Ik vind het bijzonder jammer dat ik vorig jaar geen tijd heb gevonden om met hem mee te gaan naar Togo en zijn wereld te leren kennen. Maar ik hoop dat het er nog van komt. Voor de rest ? Bij Rosas zou hij zich nog niet goed voelen, denken we allebei. Er is technisch trouwens ook nog wat werk aan de winkel. Maar hij is een natuurtalent. We komen elkaar dus zeker nog tegen. Ik zal hem ongelooflijk missen. Met Anani hadden we de zon bij ons binnen. Waar Anani ook komt, hij veroorzaakt altijd een soort buzz rond hem. Hij is een bijzonder genereuze jongeman.

Sanouvi complimenteert terug : Ik heb zo immens veel geleerd dit jaar. Ook over de aanpak van een dansschool. Hoe je een voorstelling maakt. Er is een wereld voor mij opengegaan. Voor mij kán het niet anders dan dat dit mentorjaar een vervolg krijgt. Alleen al omdat dit jaar in mij zit. Ik zal Anne Teresa en deze ervaring altijd met mij meedragen.

Brilliantly performed

’s Avonds zitten we in de Dance Theater Workshop, in Chelsea. Behalve Sanouvi laten ook de dansprotegés van de voorbije jaargangen vanavond hun werk zien. Anne Teresa De Keersmaeker en William Forsythe leiden de avond in. “Je hebt er die dansen. En je hebt dansers. Anani is duidelijk een danser.” De Keersmaeker zegt het met een glimlach. Telkens ze daarna zijn naam uitspreekt, glimlacht ze opnieuw. Een tedere glimlach is het. Een monkellachje, ook soms. Ze heeft haar eigenzinnige protegé in haar hart gesloten, en dat laat ze het publiek royaal merken. Dat ze getwijfeld heeft ook, bekent ze. Omdat ze niet wist of ze wel tijd zou vinden. En dat mentorschap nu eenmaal niet werkt zonder tijd. Maar dat haar goede vriend Forsythe haar overtuigd had. En dat ze nu, natuurlijk wel, blij was met dat engagement.

Wat de dansers daarna laten zien, is van een hoog niveau. Een bijzonder hoog niveau. De Chinees Sang Jijia blijft trouw aan het hedendaags klassieke register van mentor William Forsythe, de Ethiopische Junaid Jemal Sendi brengt een mystiek dansverhaal, en vooral Sanouvi verbluft. In een eerste stuk doet hij recht aan De Keersmaekers woorden “Anani is duidelijk een danser”. Zijn lichaam leidt, de geest volgt. In trance is hij. Het publiek houdt de adem in. Meteen laat hij zien hoe ver zijn roots van die van zijn mentor liggen. Maar toch is het vooral de danstaal die Sanouvi en De Keersmaeker samen vonden, die indruk maakt. Dat demonstreren hij en Rosasdanseres Moya Michael in het afsluitende stuk van de avond op Music for Pieces of Wood van Steve Reich. Eenvoudige, strakke arm- en handbewegingen en zuinige gebogen stapjes in een snel en repetitief tempo. In grote mate door De Keersmaeker gekleurd, maar met een onmisbare Sanouvimeerwaarde. The New York Times noemt het stuk ’s anderendaags ” brilliantly performed”. De Engelse The Guardian doet niet onder. “Sanouvi’s sprankelende vertaling van De Keersmaekers vormelijke precisie en zijn eigen energetische en soepele stijl, verraden ‘a real talent’.”

Zoek vragen. Geen antwoorden.

En dan de laatste avond. Een groots galadiner, waarop alle mentors en beschermelingen van het voorbije jaar het publiek toespreken. Sanouvi vertelt dat hij de uitnodiging van Rolex haast gedeletet had omdat hij ervan overtuigd was dat het om spam ging. ” Imagine that.” De zaal schatert.

Naast mij aan tafel zit de Chinees Sang Jijia, dansprotegé tijdens de eerste jaargang, en de Ethiopische Junaid Jemal Sendi, van de tweede jaargang. Jijia blijkt nog een hele tijd bij de compagnie van Forsythe te hebben gedanst, maar is nu bezig met een dansproject in zijn geboorteland. Meteen is hij daarmee koptrekker in China voor hedendaags ballet. Sendi doet dan weer bijzonder mooi werk in zijn geboorteland Ethiopië. Zelf blijkt hij als kind nog op straat te hebben geleefd. De dans had zijn leven gered, en zie, nu zat hij zelfs op een chic feest in New York. Sendi danste intussen al op festivals wereldwijd en in Addis Abeba werkt hij onder meer aan een dansproject met straatkinderen. Zijn eigen geluk doorgeven aan jonge lotgenoten, dus.

Allebei benadrukken ze hoezeer ze hun mentor in het hart zijn blijven dragen. ‘Een eyeopener. The chance of a lifetime. Een godenjaar.’ Ze gebruiken ronkende omschrijvingen voor hun mentorjaar. En er is niet eens een Rolexwerknemer in de buurt én ze weten niet dat ik journalist ben. Ze menen het.

Misschien vat schrijver Tahar Ben Jelloun tijdens zijn speech nog het best samen waar het om gaat. “Wat ik mijn beschermeling vooral heb willen leren is dit : zoek geen antwoorden. Zoek vragen. Eens je jouw vragen gevonden hebt, dan zullen die je een leven lang in de juiste richting voortstuwen.”

Info over het project, interviews en werk van mentors en protegés op www.rolexmentorprotege.com

Door Guinevere Claeys

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content