Bezienswaardigheden in Tsjechië ? Die vind je ook buiten Praag. Na het stadsbezoek doorkruisten we het land op zoek naar de zes mooiste Unesco-sites.

Hadden ze niet zulke onuitspreekbare namen, dan waren Tsjechische steden als Cesky Krumlov, Telc en Kutná Hora misschien al lang topbestemmingen voor cultuur- en architectuurliefhebbers. Samen met die van Praag zijn hun historische stadskernen integraal beschermd door de Unesco. In totaal heeft Tsjechië maar liefst twaalf werelderfgoedsites, goed voor de hoogste concentratie op aarde. Niet slecht voor een relatief jong land dat pas in 1989 het communisme afschudde en vier jaar later scheidde van Slowakije. Keurig in het midden tussen West- en Oost-Europa leverde Tsjechiës woelige voorgeschiedenis een wildgroei op aan renaissancekastelen, pittoreske, Bruggeachtige steden en modernistische of art-nouveaubouwsels. Al dat fraais draagt nu trots het Unesco-embleem, al zien locals dat vaak als een vergiftigd geschenk : de dochterafdeling van de Verenigde Naties komt met te weinig geld over de brug om het patrimonium intact te houden.

1. Art nouveau in Praag

Omdat Praag eeuwenlang miraculeus gespaard bleef van vele oorlogen, staan nog relatief veel gebouwen uit verschillende tijdperken overeind. Reden genoeg om het historische centrum van ‘de gouden stad aan de Moldau’ tot Unesco-erfgoed uit te roepen. De greatest hits van de stad zijn natuurlijk de Karelsbrug, de Praagse Burcht, het Joods Museum annex kerkhof en de astronomische klok aan het Raadhuis. Maar ons bleef vooral het overweldigende Representatiehuis bij. Dat werd gebouwd tussen 1905 en ’12 in zwierige art-nouveaustijl, gemixt met barokke en oosterse invloeden : een stijlenclash die verrassend harmonieus overkomt. In de hal verbluft de grandeur van de mozaïekvloeren, spiegels, marmeren trappen en sierlijke kroonluchters. Op de eerste verdieping leidde de gids ons binnen in de Smetanahal, een magnifieke concertzaal die befaamd is om haar superbe akoestiek. Geen wonder dat hier quasi dagelijks klassieke concerten worden uitgevoerd. In de aanpalende ontvangstzalen viel ons oog op art-nouveaumeubilair en dito muurschilderingen van de nationale trots, Alphonse Mucha. Vergeet ook niet de American Bar in de kelder.

Stilistisch was dit gebouw in zijn tijd een beetje retro, maar technisch was het state of the art , met centrale verwarming, buizenpostsysteem en hydraulische liften. Even indrukwekkend is het Pilsenrestaurant op de benedenverdieping, waar je prima Tsjechische boerenkost geserveerd krijgt in een art-nouveaudecor.

www.prague-info.cz ; www.obecni-dum.cz ; www.pis.cz

2. Villa Tugendhat : Bauhaus-monument in verval

Mocht Monumentenstrijd op de Tsjechische televisie lopen, dan zou Villa Tugendhat het concours met een straatlengte voorsprong winnen. De meesterlijke villa van de modernistische architect Mies van der Rohe is dringend aan restauratie toe. Eind mei dit jaar is men gestart met de opsmukwerken, die wellicht een paar jaar zullen aanslepen. Toch blijft de villa uit 1930 een bezoek waard, als schoolvoorbeeld van de functionalistische architectuur van het Bauhaus. Het joodse paar Fritz en Greta Tugendhat wilde een optrekje net buiten Brno, de tweede stad in Tsjechië. Revolutionair in Van der Rohes ontwerp was de lichte ijzeren structuur van de villa, die draagmuren quasi overbodig maakte. Het ruimtelijke effect binnenin is daardoor enorm, mede dankzij het grote raam dat de tuin naar binnen brengt. Aan de muren van de villa hangt nauwelijks decoratie, omdat die zou afleiden van de essentie van het ontwerp. Speciaal voor deze villa ontwierp Mies van der Rohe trouwens zijn legendarische Tugendhat- en Brnostoelen.

Het huis kostte indertijd een fortuin door de dure materialen en het ingenieuze verwarmings- en ventilatiesysteem. Helaas kon de familie Tugendhat er niet lang blijven wonen. Eind de jaren dertig vluchtte ze voor de nazi’s en kwam nooit meer terug. Het huis werd bezet door de Duitsers en de Russen, en misbruikt als wapenarsenaal en kinderopvangcentrum. In 1992 is letterlijk geschiedenis geschreven in deze villa, want de splitsing tussen Tsjechië en Slovakije is hier politiek bedisseld. Hoewel het prachtige gebouw sinds 2001 op de Unesco-lijst staat, gaat het zienderogen achteruit : de muren vertonen ernstige barsten en de reparaties bleven onafgewerkt. De site is alleen nog met een gereserveerde gids te bezoeken.

Praktisch : Brno ligt zo’n 200 kilometer ten zuidoosten van Praag. www.tugendhat-villa.cz,

www.kultura-brno.cz

3. Kutná Hora : stad van zilver en knoken

Het historische stadscentrum van Kutná Hora is sinds 1995 door de Unesco beschermd. Op gebied van architectuur valt hier heel wat te beleven. De stad heeft zijn rijkdom te danken aan de zilverindustrie die er floreerde tot de zeventiende eeuw. Dat is bijvoorbeeld te zien aan de gigantische laatgotische kathedraal van Sint-Barbara in de bovenstad. Wegens budgetproblemen – lees : de zilvermijnen raakten uitgeput – stond de bouw ervan meermaals in wachtstand. Pas in 1905 was de kathedraal definitief af. Net ernaast ligt de Corpus Christikapel, ook uit de late veertiende eeuw. Oorspronkelijk deed deze stemmige ondergrondse ruimte dienst als begraafplaats en knekelhuis, later werd het een wapenarsenaal.

In de benedenstad zijn vooral de pittoreske straatjes, het zilvermuseum en het Italiaanse hof een ommetje waard. Dat hof was vroeger dé ontmoetingsplaats voor Italiaanse muntenmakers. Tegenwoordig is het een populaire huwelijkslocatie én het heeft een sympathiek muntmuseum. Wij herinneren ons vooral een Tsjechische man, uitgedost in middeleeuwse kleren, die er met veel vertoon op ambachtelijke wijze munten zat te slaan. For the record : het resultaat van zijn oorverdovende acte de présence dient nog steeds om mijn winkelkarretjes te openen, waarvoor dank. Minder leuk – zeg gerust luguber – was ons bezoek aan het knekelhuisje van Sedlec, net buiten de stad. Een halfblinde monnik decoreerde rond 1510 een kapel met botten van naar schatting 40.000 mensen, allemaal slachtoffers van de pest en van oorlogen. De geestelijke maakte met de schoongemaakte stoffelijke resten surrealistische kandelaars, torens, luchters en draperieën. Een waanzinnige plek, die ons nog geregeld teistert als nachtmerriedecorum.

Kutná Hora ligt 60 kilometer ten oosten van Praag. www.kutnahora.info ; http://guide.kh.cz

4. Telc, een filmdecor

Telc – spreek uit Teltsj – is een koddig stadje op de Boheemse hoogvlakte, met amper 6000 inwoners. Zowel het kasteel als het aanpalende marktplein behoren tot het Unesco-patrimonium. Het autovrije dorpspleintje met middenin een zogenaamde pestzuil lijkt wel een filmdecor : rondom zien we felgekleurde gevels en gaanderijen die opgetrokken lijken uit bordkarton en de indruk wekken dat ze bij een fikse windstoot zo kunnen omverwaaien. De zestiende-eeuwse huizen met trappengevels lijken de Walt Disneyversie van de Brusselse Grote markt wel. Met dat verschil dat de façades niet met smog maar met valse perspectieftekeningen (sgraffiti in jargon) zijn bedekt.

Aan de westkant van het dorpsplein ligt een kanjer van een kasteel in Moravische renaissancestijl. Het slot is royaal gedecoreerd met houten plafondsculpturen, muurschilderingen en stucwerk met trompe-l’oeileffecten. Best indrukwekkend is de collectie wapens en jachttrofeeën, die her en der verspreid hangen. In het kasteel zijn twee rondleidingen mogelijk : de ene toer focust op de renaissancepracht van het gebouw, de andere geeft je een kijkje in de privévertrekken van de aristocratische familie Liechtenstein-Podstatsky die er tot 1945 woonde. Als u trouwens aan het kasteel voor gesloten deuren staat, is er veel kans dat er filmopnames aan de gang zijn. Het kasteel is een bijzonder geliefd decor bij Tsjechische én Amerikaanse filmmakers.

Praktisch : Telc ligt 160 kilometer ten zuidoosten van Praag. www.telc.cz ; www.telc-etc.cz

5. Het baroktheater van Cesky Krumlov

Cesky Krumlov, een Boheems stadje aan de Moldau, is net op tijd gered door de Unesco. De historische binnenstad (met waardevolle gotische, renaissance- en barokgebouwen) was onder het communistische regime serieus in verval geraakt, maar werd vanaf 1989 gerestaureerd, deels met Unescogeld. Hersteld in zijn oude glorie, is het weer een schilderachtige stad, gedomineerd door een gigantisch kasteel hoog tegen de bergwand is gebouwd. Op weg naar het slot passeer je langs binnenpleintjes met trompe-l’oeuilschilderingen, een berenpark en romantische plekjes met zicht op de benedenstad. In het kasteel zelf liepen we haast verloren in de enorme kamers en trappenhallen.

Bijzonder is de zogenaamde Carnavalhal, een feestzaal met grappige rococomuurschilderingen van verklede toneelspelers. Maar wat ons vooral bijbleef was het originele baroktheatertje, een van de vijf overgebleven exemplaren ter wereld. Drie keer per jaar worden hier nog barokopera’s opgevoerd comme il faut : gespeeld op authentieke instrumenten en verlicht met kaarsen. Het minitheatertje heeft prachtige originele decorpanelen, die tijdens een opera verwisseld worden met een ingenieus raderwerk, dat zich onder de scène bevindt. Barokke spitstechnologie in een fabelachtig theatherzaaltje. Ook in de straatjes van Cesky Krumlov draai je de tijd met gemak een paar honderd jaar terug. Met zijn schilderachtige straatjes, terrasjes, rustieke kroegen, goede restaurants en kleine musea (bezoek zeker dat van Egon Schiele en Alphonse Mucha), doet het stadje heel erg Brugs aan.

Cesky Krumlov ligt 180 kilometer ten zuiden van Praag, tegen de grens met Oostenrijk. www.ckrumlov.cz

6. Het ‘Italiaanse’ kasteel van Litomysl

Tsjechië ligt bezaaid met schitterende kastelen, waarvan de meeste sinds het postcommunistische tijdperk weer in prima staat zijn. In Litomysl, de geboortestad van de Tsjechische componist Smetana (1824-1884), ligt zo’n majestueus kasteel uit de zestiende eeuw. Aan de buitenkant lijkt de gevel in 3D, pas van dichtbij merk je het gezichtsbedrog door de valse perspectieftekeningen in het pleisterwerk. De sgraffitotechniek zie je vaak in Italiaanse renaissancepaleizen. Het plaatje klopte helemaal, want onze gids – een nimf met blonde lokken tot aan haar middel – leek zelf weggelopen uit een schilderij van Botticelli. Alsof ze er getuige van was, vertelde ze honderduit over de dolverliefde kasteeleigenaar die dit paleis aan zijn Spaanse geliefde schonk, en bij haar maar liefst twintig kinderen verwekte.

Ook dit kasteel herbergt een authentiek baroktheater, dat iets kleiner is dan dat in Cesky Krumlov, maar even uniek. Een wandeling in het aanpalende kasteeldomein (met een amfitheater en Smetana’s huis) loont zeker de moeite, al kun je evengoed doorsteken naar het dorpsplein van Litomysl zelf. Net als in Telc zijn daar prachtige barokke en renaissancehuizenrijen te zien in die typische Oost-Europese pastelkleuren. In de gaanderijen zijn terrasjes, waar het heerlijk uitblazen is na een erfgoedbezoekje.

Litomysl ligt 180 kilometer ten oosten van Praag. www.litomysl.cz

Door Thijs Demeulemeester

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content