Soms denk je : dit had de Grote Designer gebruiksvriendelijker kunnen ontwerpen. De binnenkant van je wang bijvoorbeeld, waar je per ongeluk op bijt zodat er een kleine verdikking ontstaat, waar je dan telkens opnieuw op bijt, zodat die de kans niet krijgt te genezen. En elke keer doet het meer pijn en vloek je : nu heb ik er gvd wéér op gebeten.

Vertoont alleen mijn wangbinnenkant dit mankement of is het een algemeen verschijnsel, en vloekt bijvoorbeeld ook een niet te schatten aantal Chinezen, als ze weer eens per ongeluk de binnenkant van hun wang hebben proberen op te vreten ? Het zijn dingen die je niet leest in publicaties over China. Wél dat daar veel bouwputten zijn, en jonge vrouwen, die hun benen laten breken om achteraf op hoge poten door het leven te kunnen waden. Reigers met een borstver-groting.

Op dezelfde manier ongeveer vraag ik mij af of iedereen hetzelfde gewaarwordt bij het priemen met een vinger – laten we zeggen de pink, om het aanschouwelijk te houden – in zijn of haar navel. Bij mij geeft dat een gevoel van grote kwetsbaarheid dat op onprettige wijze uitstraalt naar de geslachtsorganen, om Joris maar eens deftig te omschrijven. Zoals u weet spreken mannen hun jongeheer graag met de voornaam aan, en bij mij heet-ie toevallig Joris. Joris F.M. De Beukeleire, om volledig te zijn. U begrijpt dat ik een grapje maak.

Navels daarentegen zijn erg serieus en bevreemdend. Ik vind het raar dat we niet gillend weglopen als we er een te zien krijgen maar hem, als het de navel van onze geliefde betreft, zelfs durven doorgronden met de punt van onze tong. Tegelijk behoort de navel tot de meest veronachtzaamde lichaamsdelen ter wereld. Hoe lang is het geleden dat u de uwe nog eens aandachtig hebt geobserveerd ? Bij mij gebeurt dat geregeld omdat ik nu eenmaal een beroepsnavelstaarder ben. Ik heb van die hobby mijn broodwinning weten te maken.

Voor iets dat zo vaak voorkomt, is er opmerkelijk weinig bekend over navels. Waartoe dienen ze, op volwassen leeftijd ? Wat zit er aan de binnenkant, aan bloedvaten en zenuwbanen en volgens sommigen ongetwijfeld ook chakra’s ? Aan de buitenkant zit er bij mij, zoals bij wel meer mannen, een enkele keer een pluisje in, dat ik dan haastig wegpluk omdat het onverzorgd oogt – terwijl ik van sommige mensen wel zo’n navelpluis zou willen bezitten. Een navelpluis van Stalin en van Kennedy en van Marlies Dekkers, op fluweel geprikt als vlinders in zo’n kastje. Graag zou ik mijn pluis van Inge Vervotte, want die heb ik dubbel, ruilen tegen een loepzuiver exemplaar van Bobbejaan Schoepen.

Men kan zich afvragen waarom ik dit alles nu beschrijf, terwijl ik het toch al vaker bedacht moet hebben en het niet wereldschokkend is of zelfs maar vermeldenswaardig. Me dunkt dat mijn pen op de loop is. Zij schrijft om aan haar schaduw te ontsnappen en in beweging te blijven, en zo het werk te bemoeilijken van de sluipschutter in het struikgewas. Zij schrijft over navels en wangbinnenkanten om niet te moeten voelen, niet te moeten denken. Om de gedachte te verdrijven aan het meisje dat ik in de kruidtuin rakelings voorbijgelopen ben, en dat ik verwarde met de vrouw van mijn leven. Zij keek mij in de ogen en glimlachte, bemoedigend maar ook een beetje droevig, op een manier als waren wij elkaar in 1437 al tegengekomen en moesten wij nu nóg eens zolang wachten.

Op haar rits stonden de letters YKK, zoals overigens op álle ritsen, maar op haar rits stond het speciaal en prachtig. Sotto voce zei ze dat ze van mij hield, wat niet belette dat zij verder dwaalde, terwijl ik de haartjes in haar nek kon zien, die afgrijselijk ontroerend waren. Ik besefte dat ik wilde weten wat zij over alles dacht. Over de grote dingen van het leven, maar ook over de kleine, zoals over cocaïne en het hondje dat is opgeslokt door een straatveegmachine.

Ik glimlachte terug, zij verdween. Niet twee maar drie keer keek ik om. Toen zij in de navel – sorry nevel – bij de slotgracht oploste, voelde ik wereldomvattend zeer. ’s Nachts droomde ik van verlaten straten en van fonteinen die uitgedroogd waren. In de verte was nochtans het gebeier van klokken te horen. Dat klonk fris en hoopvol, als stonden mij dagen te wachten vol licht en vol zon. Reacties : jp.mulders@skynet.be

Jean-Paul Mulders

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content