De Amerikaanse debutante Jessica Knoll schreef met Het gelukkigste meisje ter wereld een wereldwijde bestseller. Achteraf maakte ze bekend dat ze, net zoals haar hoofdpersonage, een groepsverkrachting verwerkt heeft. Ze ontving duizenden berichtjes van lotgenotes.

Telkens als Jessica Knoll in 2014 ’s ochtends de New Yorkse metro naar de redactie van Cosmopolitan indook, had ze al een paar schrijfuren naast haar koffiezetapparaat achter de rug. “In de magazinewereld begint de werkdag niet voor halfelf of elf uur, dus zo vroeg moest ik daar niet voor opstaan”, relativeert ze. We zitten in een luidruchtige koffiebar in New York, op een steenworp van het World Trade Center. Knoll roert in haar ijskoffie. Vandaag hoeft de auteur van Het gelukkigste meisje ter wereld (Luckiest Girl Alive) niet meer naar een redactie. Toen haar boek in mei 2015 verscheen, werd het onmiddellijk een bestseller.

Het gelukkigste meisje ter wereld is het verhaal van Ani, een jonge New Yorkse vrouw die het voor elkaar lijkt te hebben. Ze werkt voor een damesblad, is verloofd met een rijke erfgenaam, leeft in designerkleren en frequenteert de hipste restaurants. Het wordt evenwel snel duidelijk dat er iets niet pluis is. Ani heeft een eetstoornis, lijdt aan angstaanvallen en slapeloosheid, en fantaseert over hoe ze haar verloofde neersteekt. Haar perfecte leven blijkt eerder de perfecte leugen, een laag vernis die begint af te brokkelen als blijkt dat ze een trauma uit het verleden niet van zich af kan schudden. Als tiener was Ani het slachtoffer van een groepsverkrachting, wat door het onvermogen van volwassenen om haar heen escaleert tot een ander, dodelijk incident. Als een televisiezender daarover een documentaire wil maken, en Ani meedoet om haar glansrijke leven te showen, komt haar zorgvuldig opgebouwde bestaan op losse schroeven te staan.

Knolls debuutroman bleek een hit. De rechten werden verkocht aan meer dan dertig landen. De Canadese film- en televisiemaatschappij Lionsgate verwierf de filmrechten. Pacific Standard, het productiehuis van Reese Witherspoon dat ook de films Wild en Gone Girl maakte, zal de film produceren. Knoll schreef zelf de bewerking van het scenario, momenteel zoekt men een regisseur voor het project. “Hoewel ik niets tegen mannelijke regisseurs heb, zou een vrouwelijke regisseur fijn zijn”, zegt ze. “Dat spoort beter met de boodschap van het boek.”

De buzz rond Het gelukkigste meisje ter wereld nam exponentieel toe nadat Knoll in maart 2016 in een essay op Lenny Letter, het onlinemagazine van schrijfster en actrice Lena Dunham, naar buiten trad met de waargebeurde feiten achter het verhaal. De auteur bleek meer gemeen te hebben met haar hoofdpersonage dan men vermoedde : eenzelfde verkrachting overkwam ook Jessica Knoll. Haar getuigenis resoneerde bij veel vrouwen die met dezelfde vraag worstelden als de auteur en haar personage : waarom worden meisjes en vrouwen mee verantwoordelijk gesteld voor wat hun overkomt ? Het artikel ging viraal, en Knoll ontving duizenden berichtjes van slachtoffers van soortgelijke drama’s, maar ook van mensen, mannen en vrouwen, die haar een hart onder de riem wilden steken.

Qua herkenbaarheid en stijl kun je Het gelukkigste meisje ter wereld tussen Sex and the City en The Devil Wears Prada situeren. Toch zit het niet in dezelfde categorie. Doorheen de luxemerken en de terrassen van chique brasserieën hangt een donkere nevel die verdicht naarmate het verhaal zich ontwikkelt en de minder fortuinlijke versie van Carrie Bradshaw langzaam maar zeker instort.

Het gelukkigste meisje ter wereld wordt vergeleken met Donker Hart van Gillian Flynn (Gone Girl) en Het meisje in de trein van Paula Hawkins (Girl on a train). Reese Witherspoon, die Gone Girl en Wild produceerde, was zo ondersteboven van je boek dat ze de filmrechten heeft gekocht.

Een geweldig compliment vind ik dat, de personages uit Wild en Gone Girl zijn enkele van de meest complexe vrouwenrollen uit de recente filmgeschiedenis. Vrouwen zijn meestal de echtgenote of de vriendin, wat een al te eenzijdig beeld schetst. We zijn zoveel méér.

Toch leest het verhaal in het begin bedrieglijk lichtvoetig.

Hoewel ik een psychologische thriller wilde schrijven, werd het een kruisbestuiving. Van iemand die voor Cosmo werkt, verwacht je toch chicklit, nee ? Het leek me leuk om die stereotiepe ‘vrouwelijke’ thema’s, zoals fout lopende romances en designermode, te gebruiken om mensen op het verkeerde been te zetten.

Veel mensen vinden Ani een onuitstaanbaar personage.

Waarom zou een vrouw niet onaardig mogen zijn ? Er zijn zoveel mannelijke personages die even onhebbelijk zijn, maar waar men die opmerking nooit over maakt. Denk maar aan dr. House, aan Don Draper, aan Tony Soprano. Ook al vind ik hun gedrag verwerpelijk, toch leef ik mee met die personages. Waarom vinden we het moeilijker om vrouwen het voordeel van de twijfel te geven ? Ik hoop dat men anders naar Ani kijkt eens men het hele verhaal heeft gelezen.

Gaandeweg wordt duidelijk dat Ani het slachtoffer was van een groepsverkrachting. In maart schreef u een column in Lenny Letter waarin u vertelt dat dit gebaseerd is op eigen ervaringen. Het boek was al een klein jaar uit voordat u vertelde over de verkrachting. Waarom hebt u daar zo lang mee gewacht ?

In eerste instantie wilde ik dat aan niemand vertellen. Maar omdat het zo herkenbaar geschreven is, kwamen er vaak vrouwen naar me toe met een blik in de ogen waarvan ik wist : zij wil me iets vertellen. Ze vroegen me of ik met slachtoffers had gepraat, en altijd ontweek ik hun vragen. Vertelde iets vaags over de alomtegenwoordigheid van het fenomeen. Maar dat liegen vond ik vreselijk, ik wilde niet dat iemand zich bedrogen voelde of dat iemand zich schaamde voor wat ze had meegemaakt. Ik wilde niet meer rond de pot draaien. Het neerschrijven was emotioneel zwaar, omdat ik nu ook mijn omgeving moest inlichten. Maar de reacties waren zo hartverwarmend, dat ik blij ben dat ik het heb gedaan. Ik hoop dat ik hiermee andere vrouwen kan helpen om hun vrees te overwinnen.

Veel vrouwen stuurden me ook hun eigen verhaal. Al die reacties leerden me dat mensen veel meer met elkaar gemeen hebben dan ze op het eerste gezicht denken. We voelen ons eenzaam, maar we hoeven dat niet te zijn. Als je de moed vindt om te praten over wat je is overkomen, dan zijn er altijd mensen die je hand vastnemen en op zijn minst voor een tijdje aan je zijde blijven. Als dat essay al een effect had op mijn persoonlijk leven, dan is het wel dit : ik voel me niet meer alleen.

Lijkt Ani ook in andere aspecten op u ?

Haar angsten zijn ook de mijne. Ik ben nogal fobisch aangelegd, ben altijd bang geweest voor ziekte, voor terreuraanvallen, voor auto-ongelukken… Ik weet niet of dat een gevolg is van wat er gebeurd is of dat het eerder mijn aard is. Leren voelen is nog steeds een werkpunt. Ik heb het idee dat ik lang als verdoofd heb rondgelopen. Ook daarom heb ik het essay geschreven : het werd tijd dat ik het monster in de ogen keek, en mezelf toestond om er boos of verdrietig over te zijn.

Had schrijven een helend effect ?

In zekere zin wel, al mag je dat niet zien als een rechtlijnig proces. Maar ik ben ervan overtuigd dat kunst wordt geboren uit vernedering. Dat citaat van de Amerikaanse dichter W.H. Auden was het mantra dat ik steeds opnieuw voor mezelf herhaalde toen ik aan de tafel zat te werken. Het boek heeft me vooral autonomie en kracht gegeven. Ik heb zolang gezwegen. Een stem hebben en gehoord worden is allicht de mooiste ervaring.

Gaandeweg verandert de perceptie die je als lezer van Ani hebt. Je leert dat ze eigenlijk iemand is die haar eigen verhaal probeert te vergeten door het te begraven onder succes. Ze dissocieert.

Ondanks de duisternis en de ongemakkelijke emoties wilde ik een boek met een hart schrijven. Ik heb Ani met veel tederheid gecreëerd, omdat ik geloof dat ze vooral verward en gekwetst is door wat ze in haar jeugd heeft meegemaakt. Als niemand je op een adequate manier helpt, kan het lang duren voordat je ermee in het reine komt.

Door wat haar overkwam, dacht Ani dat je conformeren de beste manier was om niet in de nesten te raken. Anders zijn stond voor haar gelijk aan misbruik en geweld. Ze wilde geen slachtoffer zijn, dus creëerde ze in haar volwassen leven de perfecte mal. Zolang ze alles goed deed, kon ze onder de radar blijven en was ze veilig. Althans, dat dacht ze.

Dat valse gevoel van veiligheid is niet ongewoon.

Door te zijn als iedereen, door hun onberispelijke buitenkant op Instagram te zetten, door het sprookje van de perfecte kleerkast, familie, vakantie te propageren, hopen mensen dat ze het noodlot kunnen afwenden. Nochtans toont onderzoek dat hoe vaker mensen op sociale media pochen over hun ‘geluk’, hoe groter de kans is dat ze depressief zijn.

De reacties zijn ofwel lovend, ofwel vernietigend. Men houdt van het boek, of men haat het.

Men zegt dat dat het beste is dat je als schrijver kan wensen, omdat het betekent dat je iets oproept bij mensen. Wat ik evenwel niet begrijp, is dat je dit verhaal kunt uitlezen zonder enige vorm van empathie te voelen voor Ani. Die mensen hebben duidelijk nog nooit pijn ervaren in hun leven. Want dit is hoe een slachtoffer eruitziet. Men denkt dat slachtoffers engelachtige, passieve wezens zijn, of dat ze zelf dader worden. Maar het is zelden zwart of wit. Het beeld dat ik schets, komt het vaakst voor. Slachtoffers proberen vooral grip te krijgen op wat ze hebben meegemaakt. Net als iedereen maken ze niet altijd de juiste keuzes. Sommige blijven bijvoorbeeld contact houden met hun verkrachter, trouwen er zelfs mee. Voor een buitenstaander is dat onbegrijpelijk, maar als je als slachtoffer voortdurend de boodschap krijgt dat je mee verantwoordelijk bent voor de verkrachting, ga je het op den duur zien als een relatie. Je hebt ook niet altijd de macht om die persoon uit je leven te bannen. Soms is het iemand uit je vriendenkring, of een collega. Ook ik ben nog jaren mijn verkrachter onder ogen moeten komen. We zaten op dezelfde school.

Opmerkelijk is de scène waarin Ani aan een hulpverlener vraagt of dit verkrachting was. Die vrouw haalt haar schouders op omdat ze denkt dat Ani het wellicht ‘gezocht’ heeft. Blijkbaar begrijpen zelfs vrouwen niet altijd de betekenis van grenzen.

Dat is wellicht de reden waarom verkrachting zo’n epidemie is, of althans, waarom we die indruk hebben. Ik weet niet of het vandaag vaker voorkomt dan vroeger, maar je merkt wel dat er veel veranderd is in hoe we kijken naar seksueel verkeer. De afgelopen vijftien jaar werd het idee consent, of instemming, bijvoorbeeld bespreekbaar. Vroeger werd daar niet eens over gepraat. Een persoonlijke column over je ervaring was toen ondenkbaar : ik had als veertienjarige nooit dezelfde steun gekregen. Dus misschien ziet het er beter uit voor de volgende generatie als we hen van jongs af aan leren dat hun lichaam van hen is, en ook jongens leren om dat te begrijpen.

Ook Ani’s moeder speelt geen fraaie rol in dat proces.

Dat haar moeder van haar houdt, staat buiten twijfel. Maar tegelijk schoot ze enorm tekort door haar de mond te snoeren. Dat gebeurt ongelukkig genoeg vaak.

Schrijfster Lena Dunham, van de HBO-reeks Girls en de bezielster van Lenny Letter, streeft ernaar om vrouwen niet voor te stellen als geïdealiseerde wezens, maar als complexe mensen van vlees en bloed die hun negatieve eigenschappen niet moeten verbergen. Kunt u daarachter staan ?

Dat punt wil ik ook maken : een vrouwelijk hoofdpersonage mag realistisch zijn. Ik hou zelf meer van mensen die eerlijk zijn en hun fouten niet verbergen dan van mensen met een fake façade.

Ik ben een grote fan van Lena Dunham, maar ook van Roxane Gay, auteur van het boek Slechte feminist. Feminisme wordt soms herleid naar een definitie van puurheid en ideologische regels, wat mensen wegjaagt. Hoewel ik mezelf zeker een feministe vind, let ik bijvoorbeeld ook op mijn lijn. Ik denk dat vrouwen milder mogen zijn voor zichzelf en voor andere vrouwen, en dat we moeten accepteren dat ook feministen niet perfect zijn.

Omdat het over vrouwen gaat, wordt die combinatie van psychologische thriller en chicklit chick noir genoemd, of erger nog : domestic noir, want het speelt zich af in de huiselijke sfeer. Stoort het u niet dat zelfs genres op die manier worden gegenderd ?

Toen ik eraan begon, dacht ik in elk geval niet : ik ga een vrouwenboek schrijven. Ik wilde over iets schrijven dat ik kende. Over realistische emoties, over hoe een trauma jaren later nog steeds een schaduw kan werpen op het leven. Dat vooral vrouwen daarop reageren, is omdat ze zichzelf erin herkennen.

Achteraf bezien is het wel een feministisch boek, omdat het toont wat de gevaren zijn van je conformeren aan wat de samenleving van vrouwen verlangt. In die zin is het boek ook een waarschuwing : doen wat de samenleving van je verwacht, kan gevaarlijk zijn.

Tekst Cathérine Ongenae & Illustratie Nicolas De Keersmaeker

“Waarom zou een vrouw niet onaardig mogen zijn? Er zijn zoveel mannelijke personages die even onhebbelijk zijn, maar waar men die opmerking nooit over maakt”

“Door te zijn als iedereen hopen mensen dat ze het noodlot kunnen afwenden”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content