In het wiel van de stadsfietser

© Lieven Bulckens

Een piloot en een stewardess, een toneelspeler, een Braziliaan op weg naar de Nederlandse les : wie rijdt er op de gele Villofietsen door Brussel, en waarom ? Onze reporter volgde een dag lang de stadsfietsers die haar pad kruisten.

Het is kwart na acht op een warme maandagochtend, het drukste moment van de dag voor de Brusselse fietsverhuurdienst Villo. Vlak bij het metrostation Merode, op de Tervurenlaan in Etterbeek, staan nog elf van de dertig openbare Villofietsen in de stalling. Een Brits echtpaar van middelbare leeftijd probeert twee fietsen uit het fietsenrek te halen. Het proces is verwarrend. “Is dit een touchscreen ? Waar moet mijn kredietkaart in ?” Ik koop voor 1,6 euro een dagticket en haal een fiets van stal. Een half uur later zijn alle stadsfietsen van station 179 ontleend, en dit is niet eens de allerdrukste Villohalte van de stad.

In 2015 registreerde Villo meer dan 1,5 miljoen uitleningen over het hele jaar. Zo’n 37.400 mensen hadden toen een jaarabonnement op de Brusselse stadsfietsen, waarvan 37 procent vrouwen en 63 procent mannen. Dagelijks worden er bovendien bijna vierhonderd dag- of weektickets verkocht. Wie zijn al die mensen die de hoofdstad doorkruisen op hun gele stadsfiets ? Wat is hun verhaal, hoe gebruiken zij het stadsfietsnetwerk, en welk Brussel zien zij vanop hun tweewieler ? Om dat te achterhalen volg ik vandaag elke Villofietser die mijn pad kruist.

8.15 u – STATION 179 – “Pas op, ik ben getraind !”

Guna Rudzite, 34, komt aangewandeld met haar Villokaart in de hand. Ze heeft een abonnement op de stadsfietsen en rijdt iedere ochtend van Etterbeek naar de Europese wijk. “Ik ben politiek adviseur in het Europees Parlement en werk voornamelijk aan landbouwdossiers”, zegt ze, in het Engels. “Ik werk al zeven jaar voor de liberale fractie ALDE waar Guy Verhofstadt voorzitter van is. Boeiende job, helaas zit ik altijd binnen. Fietsen geeft mij een fris hoofd, ideaal om de dag te beginnen.” Guna, die geboren werd in Letland en al tien jaar in Brussel woont, doet er een kwartier over om van haar voordeur tot op kantoor te geraken. “Ja, je mag mij volgen. Maar pas op, ik ben getraind. Fietsen is mijn sport.”

Ze schiet het fietspad op naast het Jubelpark, en rijdt vijf minuten later de Belliardstraat op. De hele rit gaat het bergaf. De zeven versnellingen op mijn fiets heb ik voorlopig niet nodig. “Tien jaar geleden ben ik beginnen mountainbiken en zo heb ik ontdekt dat België een mooi land is voor buitensporten. Zeker, soms mis ik Letland en mijn familie, maar ik ben het leven hier intussen wel gewoon.” Ze parkeert haar fiets op het Luxemburgplein. “Vóór negen uur kan ik mijn fiets hier meestal kwijt. Als ik iets later ben, staat het station vol en moet ik een halte verder parkeren. Niet ideaal, maar ik ben nog altijd sneller dan wanneer ik de bus zou nemen.” Guna laat ons achter en een half uur lang stromen andere fietsers toe. Niemand ontleent een nieuwe fiets. Omdat het Villostation op het Luxemburgplein vaak in een mum van tijd vol- of leegloopt, net als sommige haltes aan treinstations of in het centrum, rijden er dagelijks twee bestelwagens door de negentien gemeenten van Brussel, om fietsen van de over- volle stations te verplaatsen naar de legere haltes. Ik besluit dat mijn volgende fietscompagnon waarschijnlijk aan een van de driehonderdvijftig andere Villostations op mij wacht.

9.40 u – STATION 6 – “Mijn eigen fietsen worden altijd gestolen”

Aan het Centraal Station past Romain Vaillant, 28, de zadelhoogte van zijn Villofiets aan. Hij woont in Elsene en is gehaast. “Ik moet vandaag mijn kunstenaarsstatuut in orde brengen”, legt hij uit. “Ik ben toneelspeler, samen met drie anderen heb ik in 2010 het gezelschap A Vrai Dire opgericht. In een ver verleden heb ik ook een diploma chemie behaald.”

Twee jaar geleden verhuisde Romain van Parijs naar België. “In België is er meer interesse voor kunst en cultuur dan in Frankrijk, er zijn ook betere voorzieningen voor kunstenaars.” Omdat hij Nederlands wil leren, kocht hij onlangs een handboek van Assimil. Hij heeft een abonnement op Villo, “omdat mijn eigen fietsen altijd gestolen worden”. Romain maakt aanstalten om te vertrekken, zet zijn Ray Ban-zonnebril op en wuift ons uit. “Salut !”

10.35 u – STATION 38 – “Natuurlijk heb ik iets te vertellen. Wat wil je weten ?”

Vlak bij het Vossenplein maakt amateuracteur Jean-Philippe Steegert, 26, zoon van een Franse moeder en Duitse vader, zijn Villofiets vast aan een fietspaal. Vorig jaar studeerde hij nog politieke en sociale wetenschappen in Stuttgart. Vandaag heeft hij net een stage van zes maanden achter de rug, bij de European Cyclists’ Federation in Brussel. “Ik werkte op het EuroVelo-project, een prachtig initiatief dat vijftien fietsroutes door Europa promoot”, zegt hij. “Natuurlijk heb ik iets te vertellen over fietsen in Brussel ! Ik heb een eigen fiets, voor langere afstanden, en een Villo-abonnement, voor korte uitstappen. Wat wil je weten ?”

Volgens Jean-Philippe zijn de Brusselse straten niet fietsvriendelijk, maar dat weerhoudt hem er niet van om wekelijks van Rogier, waar hij woont, naar Schaarbeek te rijden, waar hij toneelspeelt. De komende maanden hoopt hij een job te vinden in de hoofdstad, liefst bij een Europese instelling.

11.50 u – STATION 53 – “Sinds de aanslagen voel ik me het veiligst op de fiets”

Op het Victor Hortaplein aan het Zuidstation duurt het een half uur voor er iemand aan de Villohalte opdaagt. Dan arriveert Bartosz Koska, een Poolse jongeman van 24 in een ruitjeshemd. “Sinds de aanslagen van 22 maart ben ik terug beginnen fietsen”, zegt hij, in vlot Nederlands. “Ik woon in Laken, elke voormiddag volg ik Nederlandse les, in de namiddag heb ik een administratieve job in Sint-Gillis, ’s avonds studeer ik politieke wetenschappen aan de universiteit van Saint-Louis, aan de Kruidtuin. Ik verplaats mij normaal met het openbaar vervoer, maar sinds de aanslag op de metro van Maalbeek voel ik me het veiligst op de fiets. Het is ook beter voor mijn gezondheid.” Bartosz kocht in het treinstation net een sandwich als middagmaal, om één uur begint hij te werken. Als ik hem vertel dat zijn portret in Knack Weekend zal verschijnen, reageert hij enthousiast. “Ik ben een Knack-lezer !”

13.25 u – STATION 9 – “Hier is minder stress dan in Parijs”

Olivier Morel, 42, is voorlopig onze meest opgeklede fietser. We treffen hem in een zwart kostuum wanneer we de Maurice Lemonnierlaan oprijden. “Ik voel me comfortabel in kostuum op zo’n Villofiets”, zegt hij. “Ik ben digitale teammanager bij BNP Paribas : ik maak de video- en webconferenties, en de audio- en chatprogramma’s mogelijk binnen het bedrijf. Elke dag gebruik ik Villo om van mijn huis in de Jagerstraat, vlak bij het Rouppeplein, naar het kantoor in de Broekstraat te rijden. Ik ben net even thuis gaan lunchen. Ik vind het een heel interessant systeem, zeker als je je kunt verplaatsen in minder dan dertig minuten. Dan betaal je geen extra kosten.”

Twee jaar geleden verhuisde Olivier van Parijs naar Brussel, om professionele redenen. “In Brussel hebben mensen minder stress dan in Parijs. Je kunt hier in het centrum wonen zonder je blauw te betalen. In Parijs moest ik op een werkdag meer dan 2,5 uur pendelen, met de trein en de metro. Vandaag zit ik maximaal een half uur per dag op de fiets. Het resultaat : in Brussel heb ik dagelijks twee uur extra tijd om te doen wat ik graag doe, nog harder werken en nog meer plezier maken !”

13.40 u – STATION 9 – “Frustrerend dat er niet altijd een fiets is”

Eind 2015, zes jaar na de start van Villo, waren er 4200 fietsen in omloop en 351 stations in gebruik. De drie populairste haltes zijn die aan het Luxemburgplein, aan Flagey en aan de Beurs. Maar ook station 9 bij metrohalte Anneessens blijkt rond het middaguur drukbezocht. Alba Rodrigo, 23, studeert kunstwetenschappen aan de ULB en is blij dat ze er een vrije fiets vindt. “Ik moet dringend naar de kopiezaak”, zegt ze. “Ik schreef een paper over kunst in de middeleeuwen en moet die afprinten. Ik gebruik Villo graag, maar check op voorhand altijd op mijn app of er wel een fiets beschikbaar is, en of ik hem kwijt kan op mijn bestemming. Dat is niet altijd zo en dat is frustrerend.” Alba is nog twee maanden in Brussel op Erasmus. “Daarna keer ik terug naar Zaragoza.”

Iets voor twee uur komt ook Gil Alves aangereden, een 39-jarige Braziliaan. “Ik ben op weg naar de Nederlandse les aan het CVO. Mijn man en ik besloten na ons huwelijk om in Brussel te komen wonen, omdat hij hier een goede job heeft. Ik zoek momenteel werk. Liefst zou ik aan de slag gaan op een klantendienst. In Zwitserland heb ik voor onlineshop Zalando gewerkt. Ik zocht oplossingen voor alle problemen die via de hulplijn binnenkwamen : late leveringen, betalingsproblemen. Ik heb veel ervaring. Maar nu moet ik door, of ik kom te laat in de les.”

15 u – BEURSPLEIN – “Mijn eerste keer in Europa : I love it

Op de Dansaertstraat krijg ik de Vietnamese Liên in het vizier. In haar bagagemand zit een zak met boeken. Ik volg haar tot aan het Beursgebouw. Ze giechelt als ik haar vraag of ik even mag meefietsen. “Het is de eerste keer dat ik in Europa ben”, zegt de 27-jarige studente. “I love it. Ik volg een masteropleiding business administration aan de KU Leuven-campus op de Warmoesberg in Brussel. Vandaag heb ik geen les, maar ik moest nog wat boeken terugbrengen naar de bibliotheek, vakliteratuur voor mijn thesis. Kom maar mee !”

16.10 u – ANSPACHLAAN – “Geen tijd voor een foto !”

Een dame in een fluogeel veiligheidsjasje haast zich op haar gele Villofiets door de Anspachlaan. “Ik ben op weg naar het Zuidstation”, vertelt ze wanneer ze voor een rood licht moet wachten. “Ik moet mijn trein naar Gent halen, om mijn zoon van de crèche te halen. Voor een foto heb ik geen tijd. Morgen vertrekken we op reis. Ik moet alles nog inpakken.”

17.10 u – STATION 5 – “Tegen acht uur moeten we in bed liggen”

Duitsers Ulrich Beinert en Larissa Lupp, piloot en stewardess bij Lufthansa en sinds vorig jaar ook een koppel, nemen twee fietsen uit het Villostation aan de Beurs. “Vandaag hebben we twee vluchten verzorgd”, zegt Ulrich. “Van Nice naar Frankfurt, en van Frankfurt naar Brussel. Normaal vlieg ik op een dag naar vier of vijf bestemmingen.”

Vanuit de cockpit neem Ulrich regelmatig luchtfoto’s, die hij deelt op zijn Instagram-account. “Fotografie is mijn hobby. Omdat we vandaag niet meer vliegen, wilde ik nog even met de fiets richting Atomium, om het planetarium te bezoeken. Astronomie is mijn andere passie en vandaag vindt net een Mercuriusovergang plaats. Die mogen we niet missen. Maar we moeten ons haasten. Tegen acht uur moeten we in bed liggen om vannacht uitgeslapen te kunnen opstaan.”

18 u – STATION 5 – “Super om in België te wonen”

De Frans-Belgische Jeanne Riqué zit in haar vijfde jaar farmacie aan de universiteit van Montpellier, en is minder gehaast wanneer ze haar fiets afzet in het Villostation aan de Beurs. “Ik ben op weg naar Brico”, zegt ze. “Mijn kamer moet ingericht worden, maar ik wil mijn muren niet beschadigen. Dus wilde ik zelfklevende strips kopen, om enkele posters op te hangen.”

Jeanne woont vlak bij Manneken Pis en loopt momenteel stage bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid. “Een heel coole job. Ik maak rapporten voor de minister over de evolutie van het apothekersberoep. Ik neem elke dag een Villofiets om naar het werk te rijden, aan het Zuidstation. Ik heb zowel de Franse als de Belgische nationaliteit, maar dit is de eerste keer dat ik in België woon. Ik vind het hier super.”

19.45 u – STATION 34 – “De dag van de aanslagen reed ik anderhalf uur door de stad”

De zon staat al wat lager wanneer Brecht Vaes, 28, een fiets uitcheckt aan het Villostation op de Anspachlaan. “Ik neem zo veel mogelijk de fiets”, zegt hij. “Ik heb een oude koersfiets, maar soms is het niet handig om met mijn eigen exemplaar op stap te gaan. Zoals vanavond. Ik ga een oud-collega bezoeken in Aalst en neem de trein in het Zuidstation. Voor zo’n korte afstand is Villo ideaal. Mijn dierbare fiets laat ik liever geen uren onbewaakt achter.”

Brecht groeide op in de Brusselse rand en woont al acht jaar in de hoofdstad. Hij is webcoördinator bij Studio Brussel en fietst dagelijks vanuit het centrum naar het VRT-gebouw op de Reyerslaan. “Meer nog dan slapen geeft fietsen mijn hoofd de nodige zuurstof”, zegt hij. “Het geeft een kick om snel door het verkeer te razen, maar de fiets is voor mij ook de ideale plek om na te denken, te verwerken. Na de aanslagen was ik niet de man die op het Beursplein bloemen ging leggen, of samenkwam met vrienden. Wel ben ik die dag anderhalf uur door Brussel gaan rijden, langs plekken waar ik al lang niet geweest was. Wat er gebeurd was, greep mij sterk aan, maar op de fiets werd ik rustig. In het zadel voel ik mij het meest verbonden met de stad.”

Het is halfnegen wanneer ik mijn Villofiets vastzet in halte 141 aan het Noordstation. Ulrich en Larissa liggen al in bed. Brecht zit op de trein. De dame uit Gent is waarschijnlijk haar koffer aan het pakken. En morgen vervoeren de stadsfietsen weer duizenden andere verhalen.

Bekijk het filmpje van deze reportage op weekend.knack.be.

Tekst Elke Lahousse & Foto’s Lieven Bulckens

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content