HOOG IN DE STAD

De bovenste ruimte van de duplex. De vloer is een knipoog naar de architect Carlo Scarpa, het schilderij van de Antwerpse kunstenaar Piet Raemdonck brengt nog meer landschap in de ruimte. De lamp boven de eettafel is van Verner Panton. © Stijn Bollaert

Nu de kinderen het huis uit zijn, verkochten Louis en Gertje hun villa in de Brusselse rand en verhuisden naar een appartement in het centrum van Antwerpen, met zicht op de torens van de stad.

Op de Leien in Antwerpen staan de appartementsgebouwen schouder aan schouder naast elkaar. Zeven tot acht verdiepingen hoog. Talloze bouwstijlen uit verschillende decennia zijn er te vinden, van het Eilandje op de Italiëlei over de Frankrijklei naar de Britse- en de Amerikalei aan het Justitiepaleis. Maar enkele principes gelden voor al die woningen op de drukke ader : die aan de kant van de Schelde krijgen ’s ochtends zon binnen langs de voorkant, de overkant krijgt de avondzon op de façade. Wie op de lagere verdiepingen woont, ziet op dit moment een bouwwerf, of de platanen en voorbijrijdende trams. Wie hoger zit, ziet zowat de hele stad, tot en met de industrie van de haven. In zo’n bovenste appartement wonen Louis en Gertje Hindryckx nu een jaar. Winkels, cultuur, restaurants, openbaar vervoer zijn allemaal op loopafstand te vinden, bovendien is dit een centrale plek tussen alle kinderen en kleinkinderen. Ze verhuisden naar hier vanuit een grote woning met vijf slaapkamers en tuin, die te veel onderhoud begon te vragen.

Boven werd beneden

Zoon Tom Hindryckx van Low-architecten, kreeg min of meer carte blanche voor de renovatie van een duplex appartement, zeven- en achthoog. “Veel licht wilden ze. Ze wilden absoluut donkere kamers vermijden. Gelukkig is het gebouw in de jaren tachtig gebouwd en niet in de jaren zestig. Het gebouw is bijzonder solide, zonder steunmuren in het midden. De binnenmuren konden zonder veel problemen weggehaald worden, waardoor open ruimten ontstonden. Het is dus een grondige verbouwing geworden.”

Een andere ingreep bestond erin dat de functies van de twee verdiepingen omgewisseld werden. Boven leven, beneden slapen. De slaapkamers en badkamer kwamen op het zevende, de keuken en leefruimte op het achtste. Kwestie van optimaal van de lichtinval te profiteren. Een klein trapje achterin werd weggehaald en vooraan werd een brede trap gebouwd die beide verdiepingen verbindt. “De badkamer beneden zit in de donkerste hoek. Dat losten we op door in een soort van glazen paravent te voorzien : die houdt warmte in de badkamer, maar brengt licht via de slaapkamer tot in het vrijstaande bad.”

Verder werden beneden flink wat kastenwanden gebouwd, getekend door de architecten. Een schuifdeur van houten latjes kan de hal en gang afscheiden van een onderste kleine leefruimte. Als ze open is, dient ze als afscherming van een boekenwand. Berkenmultiplex en esfineer komen in de hele woning terug : diezelfde materialen werden gebruikt voor het vrijstaande keukenblok en de keukenmeubelen boven. Opvallende eyecatchers zijn de vloer van de bovenste ruimte en de trap. “Het is een knipoog naar de vloer die de Italiaanse architect Carlo Scarpa liet maken in de Olivettiwinkel op het San Marcoplein in Venetië”, legt Tom Hindryckx uit. “We legden verschillende marmerstukjes als een mozaïek uit en lieten die opvoegen met een granitomortel. Beneden lieten we een Mortexvloer gieten en dat materiaal pasten we ook toe in een van de badkamers. De gastenbadkamer kreeg dan weer een roze mozaïek met Muranoglas.” Ook in de keuze van de meubelen gingen de bewoners voor statement : zo vind je er een groenfluwelen Utrechtsofa van Gerrit Rietveld (nu in de collectie bij Cassina) naast antieke krukjes uit Ethiopië, een tapijt van mohairwol en schaaltjes van het populaire Scandinavische merk Hay.

Gouden gloed

Nog meer marmer, zelfs in het blauw, is te vinden in de keuken. “Italiaans cipollinomarmer, dat we uitkozen bij BMB. Het werd toegepast als werkblad, spatwand, plafond en zelfs rond de dampkap. Samen met de vloer komen er in die leefruimte dus wel wat ‘koude’ materialen voor. Om toch warmte binnen te brengen, gebruikten we de bestaande koepel als een soort zon. We bevestigden messing aan de vier zijden van de koepels. Zelfs op donkere dagen krijgt het licht daardoor een gouden gloed die de hele hoek oplicht en waardoor een warme, huiselijke sfeer ontstaat”, aldus Tom Hindryckx.

Ook de buitenruimte werd van in het begin bepaald. “We plaatsten overal nieuwe ramen en isoleerden de buitenmuren en lieten ze opnieuw kaleien. We vroegen tuinontwerpers Bart Haverkamp en Pieter Croes, gespecialiseerd in stadstuinen, om de terrassen te beplanten”, legt Tom Hindryckx uit.

“Geen evidentie, want er is redelijk wat wind op die hoogte”, herinnert Bart Haverkamp zich. “Bovendien kunnen de terrassen niet zeer veel gewicht aan. We kozen voor olijfwilg als haag en duingras, die hebben geen last van de wind en we lieten de planten en grassen rechtstreeks uit het grind komen, zodat er een soort weelderig tuineffect ontstaat. We legden geen tegels, maar kozen voor marnegrind. Dat is fijn om op te lopen op blote voeten. En door de lichte kleur is het altijd fris om te zien.”

low-architecten.be

Tekst Leen Creve & Foto’s Stijn Bollaert

“Licht wilden mijn ouders, veel licht. Gelukkig konden de binnenmuren zonder veel problemen weggehaald worden, waardoor open ruimten ontstonden”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content