Hoe echt te blijven

Raf Simons.

De mannenmode van zomer 2011, zo bleek de voorbije weken tijdens de shows in Milaan en Parijs, balanceert tussen uitersten. Formeel en sportief, mannelijk en vrouwelijk, technologisch en naturel.

De taboes in de mannenmode vallen in snel tempo. De grenzen vervagen, avant-garde en sportswear vloeien in elkaar over (zie Lanvin), skinhead en preppy zijn niet automatisch elkaars tegengestelden (zie Dries Van Noten). De mannenmode krijgt ook almaar duidelijker vrouwelijke trekken. Alber Elbaz, het creatieve hoofd van Lanvin, noteerde in The New York Times dat vrouwen steeds minder mannenkleren dragen, maar dat het omgekeerde wel gebeurt. Kortom, de mannenmode wordt avontuurlijker, frivoler, iets anders.

Borsthaar en kosmonauten

De mannenmodeweken van de voorbije weken staan in het teken van technologie. Het is het seizoen van livestreaming (Armani, Burberry) en van virtuele shows ( Dirk Bikkembergs projecteert een in Zuid-Afrika gefilmde video van zijn defilé op een scherm aan de dom in Milaan). Het is ook het seizoen van Tom Waits als archetype van de waarachtige man (zijn schorre stem klinkt door de luidsprekers bij Kris Van Assche, Yohji Yamamoto en Bottega Veneta ; bij de laatste is hij in Goin’ Out West lyrisch over borsthaar), en het seizoen van intergalactische reizen ( Thom Browne, die voor het eerst in Parijs showt, heeft veertig kosmonauten meegebracht naar het hoofdkwartier van de Parti Communiste in Parijs : de leukste show op de kalender, alleen jammer dat de pakken zo onbeduidend zijn).

Het is ten slotte ook een seizoen van verjaardagen. Ermenegildo Zegna is honderd. Kenzo en Robert Cavalli zijn veertig, de mannenlijn van Dolce e Gabbana is twintig, en Raf Simons is vijftien jaar aan de slag, enzovoort enzoverder.

De highlights van zomer 2011

Dries Van Noten en Lanvin zijn uitmuntend in Parijs, Prada en Bottega Veneta scoren op de kalender van Milaan. De set-up bij Van Noten, in een open parkeergarage langs de Seine, heeft iets van een foto van de fotograaf Ari Marcopoulos : beton, graffiti en torenhoog gestapelde luidsprekers. De collectie mengt, ongewoon maar geslaagd, skinhead en chic. De jongens dragen bombers en legerbottines, gebleekte jeans en militaire shorts, gecombineerd met klassiekere stukken uit de mannengarderobe, alsof stoute jongens te graai zijn gegaan in de kast van hun elegante grootvader. Het is een bijzonder jeugdige, extreem elegante collectie van een gevestigd ontwerper die toch durft.

Alber Elbaz en Lucas Ossendrijver, de Nederlandse ontwerper van de mannenlijnen van Lanvin, beschrijven hun show als een tegengif voor luiheid. De collectie staat in het teken van snelheid, actie, urgentie. Geraffineerde sportswear, met andere woorden, maar dan wel van een creatief duizelingwekkend niveau. Elbaz en Ossendrijver zijn geobsedeerd door textuur : ze maken kleren die je wilt aanraken. Ze hebben ook begrepen, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Dior, dat de mannenmode gimmicks nodig heeft, een zeker popgehalte. Hits genoeg (sandalen, heuptassen en juwelen) die een link leggen met de vrouwencollecties van Lanvin, en dus inspelen op de al vermelde feminisering van de modeman.

De show van Prada is ravissant : het merk brengt de mode voorwaarts, maar blijft toch erg draagbaar. Het is de enige collectie in Milaan die nieuwe vormen en proporties introduceert, in fantastische kleuren bovendien. Tegelijk zijn er adaptaties van Europese klassiekers : denim uit Genua en Bretonse marinetruien. Tomas Maier van Bottega Veneta munt uit met zijn mix van formeel en sportswear. Italo Zucchelli doet bij Calvin Klein Collection iets sorgelijks, maar is cleaner, Amerikaanser allicht.

Operatieboeg

Yohji Yamamoto verjongt zijn lijn door te delven in de geschiedenis : pakken in tapisseriestof en Mozartpruiken. Donatella Versace heeft een nieuwe ontwerper in de arm genomen voor de mannenlijn van Versace, Martyn Bal. De jongens op de catwalk zijn jonger en smaller dan voorheen, en hun outfits, geïnspireerd door oude reclamecampagnes van fotograaf Bruce Weber voor het merk, neigen naar rockabilly. Of de inspanning groot genoeg is om Versace te redden, valt af te wachten.

Sommige collecties lijken in de operatieboeg van een ziekenhuis te zijn bedacht (hospitaalhemdjes, met of zonder open rug, bij Prada en Raf Simons), of in de isoleercel ( Rick Owens,Ann Demeulemeester). Demeulemeester heeft haar collectie netjes in twee gedeeld. De kleren zijn min of meer dezelfde, maar in de eerste helft zijn ze oogverblindend wit, in de tweede helft monochroom zwart. Het is een goede oefening in het effect van kleur.

Streepjes zijn populair komende zomer, net als verf- of amoniakspatten (bij Kris Van Assche, Van Noten, Kenzo, Gaultier, etc). Het marinethema wordt uitgespeeld door een dozijn merken, van Prada (zie hoger) tot Kenzo. John Galliano hint in zijn show naar Tadzio uit Dood in Venetië (maar ook naar Charlie Chaplin en Buster Keaton). Bij Dolce e Gabbana, Viktor & Rolf als Junya Watanabe zijn de beach vibes nostalgisch. Als marinestreepjes straks weer alomtegenwoordig zijn, dan mag Agnès b, die dat soort T-shirts elk seizoen in haar collectie heeft, daar hopelijk van profiteren.

Seks met Giorgio en Jean-Paul

Verder waart er een half-Arabische, half-oriëntaalse wind door de mannenmode. De sarouel, met laag hangend kruis, komt opvallend vaak terug. Noord-Afrika is het speelterrein van Jean-Paul Gaultier, die net als Giorgio Armani (bij Emporio Armani) kiest voor een opvallend rechttoe rechtaan homo-erotisch spektakel. Zijn show speelt zich af in het bedampte kader van een hammam, waar in niet meer dan een slipje of handdoek gehulde Arabische jongens elkaar masseren (er lopen ook dubbelgangers mee van Yves Saint Laurent en zijn muze Betty Catroux, die veel tijd doorbrachten in Marrakech). Misschien is het maar goed dat Gaultier voor Hermès alleen de vrouwencollecties ontwerpt. De mannenlijn van dat merk, van Veronique Nichanian, is als altijd stil en stijlvol. Grote luxe, want zonder enige pretentie.

Bij Boris Bidjan Siberi en Damir Doma is het Nabije Oosten minder camp. Net als bij Dior Homme, waar Kris Van Assche rijzige jonge samoerais in vloeiende, zwarte outfits stopt – een etherische garderobe die zweeft tussen Noord-Afrika en Japan.

Burberry Prorsum en Paul Smith (in vorm dit seizoen) blijven trouw aan hun Britse roots, de hoogdagen van de mods. The Animals ten tijde van Don’t Let Me Be Misunderstood bij Burberry (een collectie vol leren jekkers en skinny broeken), vroege Led Zeppelin bij Paul Smith ( biker pants met sterretjes, paarse lijfjes en zilveren schoenen).

De balorige nineties

Raf Simons blijft de invloedrijkste mannenontwerper uit de recente geschiedenis. De nieuwe, door tattoos gemarkeerde collectie van Paul Helbers voor Louis Vuitton lijkt alvast gedeeltelijk ingegeven door recent werk van Simons, en zelfs bij Lanvin zitten elementen die de Limburgse ontwerper eerder introduceerde : I Was a Teenage Mummy wikkeltruien, bijvoorbeeld, en technosandalen. Voor zijn vijftiende verjaardag keek Simons terug naar zijn eigen geschiedenis. Het resultaat is niet The Greatest Hits, maar een meer experimentele Best of the B-Sides. Dus geen schooljongenschic, maar oversized pantalons en lugubere latex blouses. De opvallendste gimmick is veeleer banaal : grote ritsen met een opvallend gekleurd, oversized lint. De look, door de ontwerper beschreven als zijn eerbetoon aan het werk van Martin Margiela, neigt verdacht naar de nineties, terwijl Simons destijds nochtans gebroken heeft met dat balorige decennium. Wat heeft Raf Simons, vanuit zijn positie in de kruin van het mode establishment, over dit moment te zeggen ? How would we stay real, luidt het opschrift van een T-shirt in de show. Hoe echt en oprecht en integer te zijn, en zo de mode naar nieuwe hoogtepunten te leiden ?

DOOR JESSE BROUNS – Foto’s catwalkpictures

“VROUWEN DRAGEN STEEDS MINDER MANNENKLEREN, MAAR HET OMGEKEERDE GEBEURT WEL.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content