Pal Zileri opent in Hasselt een filiaal van Lab, de lossere lijn van het Italiaanse pakkenmerk.

Het formele mannenpak is terug van weggeweest : strenge tijden veronderstellen een streng voorkomen (zie ons Trendrapport, pagina 44). Maar opgelet : er gaapt een kloof tussen de catwalks van Parijs en Milaan en de échte wereld, waar het pak het almaar moeilijker heeft. De oorzaak ? Minder strenge kledingvoorschriften op de werkvloer. “Gelukkig voor ons is er nog de bankwereld”, zegt Yvan Benbanaste, fashion director van de Italiaanse pakkenfabrikant Pal Zileri. “Dat is een van de weinige sectoren waar nog consequent pakken worden gedragen.”

Benbanaste, een Fransman, is ook verantwoordelijk voor Pal Zileri Lab, het geheime wapen van de Gruppo Forall tegen de oprukkende verkleutering van de mannengarderobe. Lab mikt op een jonger, losser publiek. Geen wonder dat de ontwerper zelf een witte jeansbroek draagt. Lab, dat in 2005 werd gelanceerd, doet het goed in Italië, Rusland en Oost-Europa. In België heeft de lijn een twintigtal verkooppunten en één gloednieuwe, toegewijde zaak in Hasselt, waar Pal Zileri al jaren present is.

Forall, het bijna veertig jaar oude moederhuis van Pal Zileri en Lab, is gevestigd in Vicenza, een middelgrote provinciestad langs de autoweg van Venetië naar Milaan. De pakken van Pal Zileri worden ter plekke gemaakt. Voor de helft althans : de broeken hebben hun eigen fabriek, elders in de streek. Forall produceert in Vicenza ook onder licentie – Cerruti en Moschino, met name – en werkt daarnaast in opdracht. Tijdens ons bezoek zien we bijvoorbeeld een jasje van Jil Sander in de handen van een naaister.

Op de derde verdieping van het gebouw werken twee- à driehonderd naaisters, met elk een eigen specialiteit. Op de tweede verdieping bevindt zich het strijkdepartement, met tachtig arbeiders en zestig machines. “Een pak is arbeidsintentsief”, zegt Bruno Magnaguagno die de productie controleert. “Het maken van een jasje vergt 120 à 160 stappen, en voor elke stap heb je iemand anders nodig.” Magnaguagno had ooit zelf een kleermakerszaak. “We werken hier op precies dezelfde manier als ik destijds op mijn eentje in mijn atelier. Alleen de schaal is anders.” De fabriek gebruikt 4000 meter materiaal per dag (in de opslagplaatsen is ruimte voor een miljoen meter), en de naaisters werken elke dag 650 à 700 jasjes af.

Het maakproces duurt het langst voor de lijn Abito Privato, met maatwerk. Wie een pak sur mesure wil, gaat eerst langs de kleermakers van Pal Zileri (in België kan dat op negen adressen).

De leveringstermijn is gemiddeld drie weken, daarin zitten zes dagen werk op de productievloer.

Maar ook in de confectiepakken kruipt – zie die driehonderd naaisters -veel handwerk. “Het is belangrijk dat je een zekere emotie voelt in de kleren”, aldus een enthousiaste Magnaguagno. “Ziet u dit hoekje, net onder de kraag ? Dat naaien we altijd met de hand. Om de eenvoudige reden dat het zich op gezichtshoogte bevindt. Je ziet niet noodzakelijk het verschil, maar voor ons maken zulke details het verschil.”

Lab, Kapelstraat 16, 3500 Hasselt, 011 21 41 10.

Pal Zileri, Aldestraat 46, Hasselt, 011 22 74 15.

Door Jesse Brouns