De naam Montblanc staat niet alleen voor de betere vulpen. Zowel de geschiedenis als de productiemethode ervan zijn uniek.

In de buurt van het stadion van de Hamburgse voetbaltopper HSV bevindt zich een bescheiden gebouw. Achter de muren ervan wordt een bijzondere traditie gekoesterd. Het verhaal van de Montblancvulpen begon in 1906 toen de handelaar in kantoorbenodigdheden Claus-Johannes Voss, de ingenieur August Eberstein en de vertegenwoordiger Alfred Nehemias de hoofden bijeenstaken. Voss was geïntrigeerd geraakt door een nieuwe uitvinding : de vulpen. Door het eigen inktreservoir in de pen, kreeg de drager ervan een grote onafhankelijkheid, hij hoefde niet langer in de buurt van een inktpot te blijven. Het trio sloeg de handen ineen en richtte in het Hamburgse stadsdeel Schanzen de Simplo Filler Pen Company op. Na drie jaar ontwikkeling bracht dat bedrijf de serie Rouge et Noir op de markt, vulpennen in zwart eboniet, herkenbaar aan haar rode dop.

Een jaar later werd een technisch verbeterde versie gelanceerd die de naam Montblanc meekreeg en een witte ster op het topje van de dop droeg, die symboliseerde de zes gletsjers die op het dak van Europa ontsprongen. Het succes was dusdanig dat de drie besloten de naam van hun zaak te veranderen in Montblanc Simplo GmbH. Het bedrijf groeide snel, opende filialen in andere Duitse steden, maar ook in Parijs, Barcelona en Londen. De echte doorbraak kwam er in 1924 toen de Meisterstück gelanceerd werd, die tot op vandaag de dag een klassieker is gebleven – new since 1924. Om de kwaliteit en de zelfverzekerdheid van de producenten in tijden van crisis te garanderen, gaf het bedrijf in 1935 zelfs een levenslange garantie bij elke pen. Toen de pen een plaatsje kreeg in het New Yorkse Museum of Modern Art, kon het fenomeen niet meer stuk.

In de ateliers brengt een medewerker een smal opgerold lint van goud aan, waaruit de pennen voor de limited series gesneden worden, in 14- of 18-karaats. Geen geringe klus, want de dikte van dat laagje goud mag aan de top van de pen slechts 0,6 mm bedragen, aan het andere uiteinde amper 0,2 mm. In dat dunne laagje wordt vervolgens de tekening geperst (onder een druk van 14 ton), waarna het geheel zijn ronde vorm krijgt, een inspanning waarvoor 25 ton gewicht nodig is. Aan het einde van die operatie wordt bovenop de gouden punt een minuscuul bolletje iridium – een van de hardste materialen die men kent – gelast, waarbij kortstondig een temperatuur van 2700 graden vereist is.

De concentratie van de arbeiders valt op en ze wisselen geregeld van plaats. Bij Montblanc weigeren ze ook hardnekkig van vulpennen te spreken, ze gebruiken enkel de definitie writing instruments. Wie weet dat het inktkanaal slechts 0,14 mm diameter heeft en aan de punt versmalt tot 0,06 mm, begrijpt dat de term goed gekozen is. En nog is het proces niet afgelopen : de pennen moeten in de lengterichting precies middendoor worden gekloven, het oppervlak geslepen en van een laagje rodium voorzien.

Proefschrijvers

Alle pennen die de opeenvolgende kwaliteitscriteria met succes zijn doorgekomen, worden vervolgens in de writingroom met kleurloze inkt op hun functie getest. Medewerkers schrijven daarbij niet alleen, ze controleren ook de flexibiliteit en luisteren naar het krassen op het papier.

En nog is het niet genoeg. Zo’n twaalf jaar geleden besloot men bij Montblanc om de lat nog hoger te leggen en werd begonnen met de limited series. Die worden in een apart atelier gemaakt, een deel van de fabriek waar de allerallerbeste vaklui samenwerken.

Het atelier startte in 1997 met zeven vaklui, inmiddels is dat aantal vertienvoudigd. Niet verwonderlijk overigens, want behalve de Limited Writers Edition en de Patron of Art-serie waarvan jaarlijks 4810 stuks worden afgeleverd, werden ook andere series gelanceerd. “We proberen speciale materialen met speciale technieken te combineren”, legt een medewerker uit, die uit een lade de Cristobal Colon opdiept, waarvan het oppervlak volgens een zogenaamde toledotechniek behandeld wordt. Er is in de loop van die twaalf jaar voor elk wat wils ontstaan, meestal op aanraden van de marketingafdeling, die peilt naar wat onder de schare van echte liefhebbers leeft.

Omdat almaar vaker kostbare stenen op exclusieve vulpennen worden aangebracht, heeft ook een diamantzetter er zijn stek en microscoop. Overal wordt in stilte de laatste hand aan weer een ander exemplaar gelegd, want meer dan negentig procent van het uitgevoerde werk van de limited series wordt in het atelier uitgevoerd. Dat is opmerkelijk, want de jongste jaren is onder meer met Meissenporselein, met mammoet (in Siberië liggen ze bij grote werken zomaar voor het oprapen) of met graniet uit het meer van de Mont Blanc ( tested by nature) gewerkt.

Wie opmerkt dat er toch veel machines aan de productie te pas komen, wordt vriendelijk terechtgewezen. “De machines worden altijd met de hand geleid, en de controle ervan blijft altijd in mensenhanden.”

Het icoon van het merk is nog steeds de zwarte Meisterstück 149, die sinds 1983 zijn hoogtepunt heeft gevonden in de Meisterstück Solitaire-collectie, de edelmetalenversie van de Meisterstück in massief goud, sterlingzilver of verguld zilver. Maar het absolute nec plus ultra is de Meisterstück Solitaire Royal, versierd met 4810 pavé-diamanten, elk afzonderlijk geslepen met 35 facetten, en goed voor een prijs van 125.000 dollar.

De slecht geïnformeerde bezoeker die gelooft dat de vraag naar vulpennen een verhaal is uit het precomputertijdperk, moet aan tafel schuiven met Lutz Bethge, CEO van Montblanc en al negentien jaar aan het bedrijf verbonden. “We leven in onzekere tijden omdat we allemaal te maken krijgen met de financiële crisis. Wat mij betreft, is dat in de eerste plaats een vertrouwenscrisis. We hebben ons vertrouwen verloren in banken, in bedrijven en ten dele in onszelf, want we weten niet hoelang we onze baan zullen kunnen behouden.”

“Bovendien verandert deze wereld zo snel dat velen het gevoel krijgen dat ze de controle verliezen. Daarom snakken mensen naar een beetje stabiliteit en vertrouwen in een wereld waarin ze zichzelf zeven dagen op zeven, dag en nacht moeten bewijzen. Daarom gaan ze op zoek naar iconen, naar stabiele waarden, naar producten die hun waarde behouden. Met zijn tijdloze lijn en zijn gegarandeerde kwaliteit behoort een Montblancvulpen tot die iconen. Een begeerd object dat we altijd kunnen repareren, of de aankoop nu vijftig dan wel zeventig jaar geleden gebeurd is. Maar er is meer : het is ook een object dat mensen bijeenbrengt. Er zijn ontelbare internationale verdragen mee ondertekend en iedereen die een vulpen neemt om daar een handgeschreven brief mee te beginnen, maakt terzelfder tijd een bijzonder gebaar. De ontvanger van een handgeschreven brief weet dat hij door de brief alleen al speciaal is. Omdat zo’n brief een kwaliteit in zich draagt om een relatie aan te sterken, een sms kan dat nooit uitstralen.”

“Een Montblanc is meer dan een vulpen en het schrijven is slechts één functie ervan. Het is ook een emotioneel product, een getuigenis van kwaliteit en zoals elk luxeproduct is het een geschenk, en vooral, het is een geschenk met blijvende waarde. Of het nu aan jezelf is of aan een ander.”

Vulpennen tegen analfabetisme

De meerwaarde van een Montblancvulpen heeft het bedrijf geen windeieren gelegd. Lutz Bethge beseft terdege dat het streven naar meesterschap voor succes heeft gezorgd. En dat succes wil hij met anderen delen.

“Als je zoveel succes verwerft, is het maar normaal om daar wat van terug te geven aan de maatschappij. Zelf hebben we altijd twee passies gehad : kunst en cultuur enerzijds en opvoeding als middel om de wereld van morgen te besturen, anderzijds. Als je niet alle kinderen ter wereld een kwaliteitsopvoeding kunt geven, ben je je doel misgelopen. Want hoe zullen opgroeiende kinderen de wereld kunnen begrijpen, kunnen sturen als ze niet kunnen lezen en schrijven ? Wie kan lezen en schrijven verwerft de mogelijkheid om zijn eigen lot in handen te nemen. Aanvankelijk boden we enkel financiële hulp en ondervonden dat zulks onvoldoende is. Omdat arme landen vooral werktuigen behoeven. Daarom hebben we de afgelopen decennia met Unicef samengewerkt om het analfabetisme te bestrijden. In arme landen waar kinderen moeten werken tijdens de schooluren, bezorgen we in afgelegen dorpen kleine doosjes waarin zich alles bevindt wat een kind nodig heeft om te leren lezen en schrijven. Doosjes die in die dorpen opengemaakt worden tijdens die kinderen hun vrije tijd en waarmee het basisonderricht kan beginnen. Zowel op de grond als op de tafel. Maar we staan niet alleen met ons idee, ook sterren zoals Johnny Depp en Nicolas Cage kwamen met ideeën aandragen om kinderen te helpen bij hun opleiding.”

De initiatieven van Montblanc en Unicef om het analfabetisme te bestrijden begonnen in 2004. Een jaar later werd de campagne Sign Up for The Right to Write gestart, sinds 2007 schaarden 149 prominenten zich achter het initiatief The Power to Write, waarbij van elke pen 149 dollar wordt afgedragen, tot de som van één miljoen dollar bereikt wordt.

Door Pierre Darge Foto’s PPI

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content