GENERATIE H, VAN HOPELOOS OP ZOEK

De Londense kunstenares Mary Stephenson is single en boetseert, in afwachting van een echte relatie, haar droomman uit klei (p. 23). © MARY STEPHENSON

Ze zijn jong en toch kiezen ze in Blind Getrouwd voor een gearrangeerd huwelijk. Is het dan zo moeilijk om zelf een lief te vinden ? Dat blijkt alvast uit een rondvraag bij twintigers en dertigers. “Een foute trui en voor mij hoeft het al niet meer.”

Het was een simpele oproep op mijn Facebookpagina : “Singles gezocht die willen getuigen waarom het zo lastig is een geschikte partner te vinden.” In geen tijd puilde mijn mailbox uit van de kandidaten die eindelijk hun stem wilden laten horen. Allen zijn ze hoogopgeleid en hebben ze een mooie carrière. Ze zien er goed uit en hebben een interessant sociaal leven. Eén horde blijft onneembaar : de relatie. Daardoor heerst er frustratie. Niet zozeer omdat ze single zijn – ik heb niemand gesproken die zichzelf zielig vond – wel omdat niemand begrijpt waarom ze dat nog altijd zijn. “Op elk familiefeest, en zelfs onder vrienden, komt na een tijdje die hatelijke vraag : ‘Hoe komt het dat je nog niemand hebt gevonden ?’ Een oom vroeg zelfs of ik ‘voor de mannen’ was. Alsof het verdorie zo simpel is om iemand geschikt te vinden”, vertelt Mark.

Seksuologe Kaat Bollen ziet meerdere verklaringen voor die moeizame zoektocht. “We verwachten te veel, nemen geen genoegen met een partner die niet op elk vlak scoort en schrijven veel potentiële partners snel af. We hebben een beperkt sociaal leven dat vaak rond het werk draait. Bovendien is de maatschappij veel individualistischer geworden, waardoor we minder snel mensen tegenkomen, maar ook sneller ons eigen gevoel en leven centraal stellen. Dat maakt het voor een partner moeilijker om hierin te passen. Ook zijn we meer prestatiegericht : we offeren jaren op aan het uitbouwen van een carrière.”

De meeste singles die ik voor dit artikel sprak, hebben zich erbij neergelegd dat hun queeste lastiger is dan voorzien. “Wij zijn generatie H, van Hopeloos op zoek”, vertelt Carl, een advocaat arbeidsrecht. “We zijn opgegroeid met het idee dat een partner elke relationele rol moet invullen. Ze moet knap zijn en humor te hebben, moet onafhankelijk zijn, maar tegelijk aanhankelijk… Zo iemand is er niet, maar we gaan ervan uit dat ze bestaat en zijn ontgoocheld als we haar niet vinden.”

Er is een lijstje dat afgevinkt moet worden, zegt ook seksuoloog Sybille Vanweehaeghe. “Bij de babyboomers ging het nog over het wij-principe, het gezinsengagement werd vooropgesteld, samen met de zorg voor anderen. Verantwoordelijkheid en solidariteit waren belangrijk. Jongeren worden nu opgevoed vanuit het ik-principe : ze moeten amper met iemand rekening houden, want ze komen zelf op de eerste plaats. Ze zijn niet per se egoïstischer dan de generaties daarvoor, alleen komen de individuele vrijheid en de zelfontplooiing eerst en dan de rest. Een relatie volgt pas na een diploma en dan is de druk zo hoog dat het vaak heel moeilijk wordt.”

TE VEEL AANBOD

De sociale media zitten er ook voor iets tussen, vindt Anneleen, accountmanager bij een Brussels reclamebureau. En die zijn er tegenwoordig in alle soorten. Er is het immens populaire Tinder, maar ook Happn is aan een stevige opgang bezig. En tegenwoordig kun je, dankzij de Hater app, zelfs een match vinden op basis van dingen waaraan je een hekel hebt. “Ik hoor vaak dat apps het zoveel makkelijker maken om iemand te vinden, maar ik denk dat het net moeilijker is”, zegt Anneleen. “Ze geven ons de illusie dat er honderden, zo niet duizenden potentiële kandidaten op ons liggen te wachten, terwijl de werkelijkheid prozaïscher is. Je kunt net zo goed een willekeurig iemand op straat aanspreken.” Iets wat Sybille Vanweehaeghe in haar praktijk ook merkt. “Ik hoor vaak dat ze iemand ontmoet hebben, maar dat het nog niet helemaal dat is, dus blijven ze op zoek. Bovendien gaan ze mogelijke partners vergelijken, waardoor ze zich niet binden. Onderzoek heeft aangetoond dat er bij koppelvorming het best niet te veel aanbod mag zijn. Datingapps werken in die zin veeleer contraproductief. Maar ik geloof wel in onlinedating en Tinder, vijftien procent vindt zo een partner. Het blijft een naald in een hooiberg, maar je kunt beter bougeren dan niets doen.”

Voordelig of niet, apps blijven ontzettend populair in datingland. Joke, bio-ingenieur, heeft minder goede ervaringen met Tinder : “Daar leer je niet noodzakelijk de juiste mensen kennen. Veel mensen zitten erop om de verkeerde redenen. Voor de seks, om te checken of ze nog aantrekkelijk zijn, om een breuk te verwerken, noem maar op. Ik ben drie jaar single en ik heb echt al afschuwelijke dates gehad. Iemand die volledig dichtklapt of enkel met ja of nee antwoordt. Je denkt dan alleen maar : hoe snel kan mijn drankje op zijn, zodat ik naar huis kan. Soms deed ik alsof ik een dringende oproep had en weg moest.”

Ook Johan, IT’er bij een multinational, leerde een vrouw kennen via Tinder. “Ik verwachtte niet veel van die date, maar het was fantastisch. We zijn tot halftwee ’s nachts op café gebleven. De derde keer is ze bij me blijven slapen. Voor mij was er nog geen sprake van een relatie, maar het ging zeker de goede richting uit. Tot ik de week erna ziek werd. Stond ze aan mijn deur, hoewel ik gevraagd had me even met rust te laten. Ze had een potje soep bij, om me weer beter te doen voelen. Heel lief, maar daarmee eigende ze zich een intimiteit toe waarvoor ik nog niet klaar was. Het is op een ruzie uitgedraaid en we hebben elkaar nooit meer teruggezien.” Johan verwoordt het nog wat harder : “Vrouwen van begin dertig zijn een beetje – excusez le mot – hopeloos. De biologische klok begint te tikken en dus willen ze zo snel als maar kan onder de pannen. Maar zo werkt dat niet. Ik heb tijd nodig om te kunnen voelen dat iemand écht mijn vriendin kan zijn. Maar die tijd wordt me vaak niet eens gegund.”

FLUWELEN HANDSCHOENEN

We zijn streng voor onze mogelijke partners, merkt Kaat Bollen op. “Vrouwen verwachten bijvoorbeeld dat een man vanaf de eerste kennismaking imponerend is. Maar dan moet je natuurlijk wel de kans krijgen. Als vrouwen meteen afknappen als de ander ‘niet spontaan’ genoeg is, krijgen veel mannen volgens mij onterecht geen kans.” Veel singles geven toe dat ze veeleisend zijn en daardoor moeilijk een partner vinden. Valerie, freelance pr & communicatieverantwoordelijke : “Iemand moet al echt compatibel zijn om hem mijn kostbare vrije tijd te gunnen. De conventie zegt bijvoorbeeld dat de man het eerste etentje betaalt. Bleek hij zijn portefeuille vergeten. Tja. Vroeger waren mannen galant, nu zijn het bangeriken. Komen ze gewoon niet opdagen bij een date. Of ze blijken een verloofde te hebben.” Ellen, die haar eigen pr-bureau heeft, vindt zichzelf te kritisch. “Wanneer er één ding niet goed zit – een foute trui of een muziekgroep niet kennen – hoeft het voor mij al niet meer. Als je jonger bent, ga je misschien voor een man die het niet helemaal is, maar eens de dertig gepasseerd, doe je dat niet meer.”

Ook Vicky denkt dat haar veeleisendheid haar parten speelt. “Goedogende hoogopgeleiden zijn veeleisend omdat ze dat kunnen zijn. Ze weten wat ze waard zijn. Je wilt een acht op tien omdat je zelf tot die categorie behoort. Maar helaas kom ik niet veel achten tegen. Het is een schaarse markt, en hoe ouder je wordt, hoe meer er bezet zijn of een kindje hebben. Maar hij bestaat, de acht of negen. Ik ben hem al eens tegengekomen, er moeten er nog van zijn. Dat geeft me hoop.”

De huidige generatie weet zeer goed wat ze wil, stelt ook Sybille Vanweehaeghe.”Onze kinderen zijn veel mondiger opgevoed dan vorige generaties. Als ze een tijd alleen zijn, is dat single zijn een heilige evidentie geworden, zodat ze er soms geen rekening mee houden dat iemand nieuw met fluwelen handschoenen moet worden aangepakt. Het ‘verleidingstheater’ maakt plaats voor ‘rendementsdaten’ : een partner moet al heel goed zijn voor ik er een inspanning voor doe, denken ze dan. Waardoor beide partijen een blauwtje lopen.”

“Ik heb zelf vastgesteld dat het voor mannen intimiderend is dat een vrouw intelligent is”, zegt een psychologe die liever niet met naam vermeld wil worden. “Mannen komen makkelijker bij een lager geschoolde partner terecht, want ze hebben andere prioriteiten. Logisch dus dat vooral hooggeschoolde vrouwen geen partner vinden. Mannen willen zelf de slimste zijn en vinden het belangrijk om de leiding te hebben. Als je vrouw intelligent is, klopt dat niet meer.” Esther, visagiste, kan dat beamen. “Ik ben zelfstandige en dat vinden mannen tof. Tot ik zeg : ‘Ik kan enkel de dag zelf bevestigen of ik al dan niet vrij ben.’ Nog zoiets : ‘Ik weet hoe laat ik vertrek, niet hoe laat ik thuiskom.’ O wee als je dat durft te zeggen. Echt meegemaakt : een man die zo heftig begon te beven van nervositeit dat hij niet meer kon drinken. Verschrikkelijk. Een ander klapte volledig dicht. Ik stelde dan maar vragen en kreeg de opmerking dat het een interview leek. Maar als ze zelf niets zeggen, moet ik het wel doen, hé.”

Ook juwelenontwerpster Magali vindt dat veel mannen geen haar op de tanden hebben. “Ik heb vijf jaar geleden mijn eigen zaak opgericht, ik ben een zelfverzekerde vrouw. Mijn partner moet dan ook een goede opleiding en job hebben. Dat is relatief makkelijk om te vinden, maar moeilijk om een succesvolle relatie mee te hebben. Een onafhankelijke vrouw schrikt een man af, want ze tast zijn zelfverzekerdheid aan. Mannen kijken op naar dat soort vrouwen, maar eens ze een relatie hebben, willen ze meer controle. Het gevoel dat ze niet nodig zijn, financieel of zo, ligt nog altijd erg moeilijk.”

ME-TIME

Om aan onze hoge verwachtingen te voldoen, gaan we volgens Kaat Bollen vaak voor Mister of Miss Right Now in plaats van Mister of Miss Right. “Wanneer die niet meer voldoet, ruilen we hem of haar in voor een beter exemplaar. Op zich niets mis mee, behalve dat het weinig stabiliteit biedt. Een betere oplossing is accepteren dat je in een relatie altijd met zijn drieën bent : jij, je partner en het tekort. Want net zoals jouw partner voor jou niet de ideale is, ben je zelf ook niet de ideale partner voor hem of haar. Er is altijd een tekort. En dat is oké.” En wat met opposites attract ? Een vraag die Emelie zich stelt over Tinder : “Die apps en sites werken volgens het principe dat je een match hebt op basis van gemeenschappelijke kenmerken. Maar ik word net aangetrokken door mannen die anders zijn dan ikzelf. Ik heb er dus niets aan.”

“Die apps creëren de illusie dat er een perfect iemand rondloopt en dat is niet zo”, vertelt de anonieme psychologe. “Vroeger ging het meer van : ‘We maken er iets moois van’. Belangrijk, want de ideale partner bestaat niet, ook al kun je tijdelijk het gevoel krijgen dat dat wel zo is. Sociale media spelen daarop in : op Facebook zie je alleen maar gelukkige koppeltjes. Dat versterkt die illusie nog.”

Charlotte ziet nog een andere reden : tijdgebrek. “Ik heb een job die veel van me vergt en daarbuiten heb ik veel vrienden en ga ik sporten. Ik moet echt de tijd vinden om iemand te leren kennen. Je moet je partner ook geïntegreerd krijgen in je leven. Mijn laatste vriend had het heel druk, we konden vaak pas tegen tien uur gaan eten. Leer elkaar dan maar eens kennen. Wat ook meespeelt is het feit dat mensen die hoogopgeleid zijn, meer nood hebben aan me-time om de vele prikkels in hun dagelijkse leven te verwerken”.

Moraal van het verhaal ? Er is nog hoop voor de massa’s singles, als ze wat realistischer worden en hun onmogelijke idealen opgegeven. “Vroeger wilde ik per se voor mijn dertigste van straat zijn, nu denk ik gewoon dat ze op een dag wel zal komen opdagen”, zegt Thijs. “Sinds ik dat voor ogen hou, ben ik een pak minder nerveus geworden. Ik zie de tijd nu als een bondgenoot en niet langer als een vijand.”

Tekst Michaël De Moor

“Het is een schaarse markt, en hoe ouder je wordt, hoe meer er bezet zijn of een kindje hebben”

“Het is goed om te accepteren dat je in een relatie altijd met zijn drieën bent : jij, je partner en het tekort”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content