Piet Swimberghe

De enorme loft van de Parijse modeontwerpster Sonia Rykiel heeft iets van een nightclub. Haar artistieke stek is voor haar meer dan een woning. Hier tekent en schrijft ze ook.

ls ik opsta ben ik meteen met iets bezig. Eenmaal wakker kan ik in bed lezen, schrijven of tekenen. Heb ik een idee, dan moet ik dat noteren”, vertelt Sonia Rykiel ernstig. Zij ontwerpt op een heel intensieve manier en vindt overal inspiratie : “Ik kan bijvoorbeeld niet beweren dat er een bepaalde stijl of designer is die me meer aanspreekt dan een andere. Mies van der Rohe, Starck, Renzo Piano,… ze zijn allemaal boeiend. Overal zie ik wel wat in. Bij het ontwerpen is het van belang om uit al die impressies een eigen beeld te distilleren, zonder dat je iets klakkeloos overneemt. Om te creëren heb je veel vrijheid nodig, maar op een bepaald moment moet je je ontwerp begrenzen, afbakenen. Wat nog belangrijker is, heeft Paul Valéry – en hij niet alleen – ooit gezegd : om te scheppen moet je vertrekken vanuit de chaos. Orde leidt niet tot creativiteit.” Dat is duidelijk.

Sonia Rykiel is op vele fronten actief : ze heeft meubels ontworpen, schreef negen boeken, heeft een naam als gastronoom en is uiteraard een modediva. Ze doet dus van alles tegelijk en is van ’s morgens vroeg actief. “Ik werk altijd. Privé en werk lopen door elkaar. Ik heb dan ook geen apart atelier en ben overal bezig.” In de voormiddag werkt ze hoofdzakelijk thuis, in deze ruime loft, waarvan de woonruimte liefst honderd vierkante meter groot is. In de namiddag steekt ze de straat over, waar zich de bureaus en ateliers van haar modehuis bevinden. Vlakbij is ook haar grote winkel aan de boulevard Saint-Germain, die momenteel in renovatie is en in januari de deuren opent. Rykiel is trouwens verknocht aan deze buurt, de quartier Saint-Germain, waar ze in 1968, in de rue de Grenelle, haar eerste winkel begon. Maar toen was ze al beroemd. In ’62 verraste ze immers de wereld met de Poor Boytrui. Haar grote doorbraak kwam er in de jaren zeventig met de streepjestruien.

Donker kleurpalet

Sonia Rykiels flat doet zo’n beetje aan deze tijd denken, zonder dat het echt een seventiesinterieur is. De donkerblauw gelakte wanden roepen de sfeer op van een nachtclub en zorgen voor een omgeving die de ontwerpster inspireert en intimiteit geeft. Er valt weinig licht binnen, hoewel de flat zich op de hoogste verdieping bevindt van een achttiende-eeuws stadshotel. “Er komt wel zon binnen omdat er vensters zijn aan weerszijden van het gebouw, maar de algemene sfeer is donker. Ik hou van gedempt en natuurlijk licht, niet van artificieel licht”, legt ze uit. Deze flat is duidelijk haar universum. Het is geen herkenbaar stijlinterieur uit een glossy magazine. Het donkere kleurenpalet, de grote hoeveelheid meubels en objecten én de tapijten en kussens op de grond doen ook heel Russisch aan. Dat is niet echt verwonderlijk, gezien haar voorouders uit dat land afkomstig zijn.

Er staat een allegaartje van meubels uit diverse periodes en culturen, zoals een prachtig achttiende-eeuws dagbed waarop Sonia Rykiel haar pas gekochte boeken laat slingeren. Maar er is ook een rood-blauwe stoel van Gerrit Rietveld. Het is verrassend om dit meubel in Parijs te bewonderen in een barok interieur. Maar Rykiel houdt ook van constructivistische kunst. Er is overigens heel wat kunst te zien. De ontwerpster heeft een uitgebreide collectie tekeningen en zelf werd ze door vele kunstenaars vereeuwigd, onder wie Andy Warhol die ze ooit ontmoette na een van haar modeshows in New York. Maar er zijn ook tekeningen van Braque, Wiaz, Steinlen, Modigliani, Botero en Karl Lagerfeld. “Dit is geen echte kunstcollectie, het zijn gewoon werken die ik heb bijgehouden. Tekeningen zijn extra boeiend, omdat ze snel en spontaan worden gemaakt”, vertelt Rykiel, die altijd haar vriendschappen met beeldende kunstenaars zoals Chagall of César heeft gekoesterd.

Haar flat is tegelijk een plek om te wonen, een atelier en een ontmoetingsplaats voor vrienden.

Piet Swimberghe

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content