Panama roept bij de meeste mensen meteen de associatie op met het kanaal. Maar zijn geschiedenis begint veel vroeger en het land met al zijn eilanden is oneindig gevarieerd: de rijkdom van het regenwoud. Daar moet ik zijn, daar wil ik, als natuurfotograaf, de kleurrijkste kikkers fotograferen.

Het plotselinge bezoek van de Noormannen aan de Nieuwe Wereld, een half millennium vóór Christoffel Columbus, moet een onuitwisbare indruk hebben gemaakt. Hoe dan ook, de profeten en wijzen van het Inca- en Mayarijk hadden het rond 1500 nog altijd over de komst van blanke wezens. De lokale bevolking nam de Spaanse veroveraars oorspronkelijk dan ook voor goddelijke figuren. In realiteit kwamen die goddelijken vooral nieuw grondgebied verkennen. De grondstoffen die ze er aantroffen, zouden ze eeuwenlang wegslepen naar hun oude continent. Niets kon in Amerika een grotere omwenteling teweegbrengen dan de komst van blanken die slechts oog hadden voor El Dorado.

Even ingrijpend voor Centraal-Amerika was het plan van de Fransman Ferdinand de Lesseps. Eind negentiende eeuw zag hij zijn stoute droom vorm krijgen: een kanaal graven van de Atlantische naar de Grote Oceaan, dwars door de landengte van 55 kilometer, dwars door het oerwoud met zijn heuvellandschappen. Vanaf 1903 was het kanaal in het bezit van de Amerikanen, maar werd volgens afspraak officieel teruggegeven aan de Panamese Republiek op 31 december 1999. Met een jaarlijkse passage van 13.500 schepen is het een van de levensaders van de wereldhandel.

Zeven jaar geleden keerden de gringo’s effectief terug naar hun land en voor de Panamezen begon een nieuwe tijd, enige onzekerheid hangt er nog altijd in de lucht.

Landbrug tussen Noord- en Zuid-Amerika

Het Centraal-Amerikaanse regenwoud is zeker een van de meest intrigerende natuurgebieden van de wereld. De natuur in Panama is zo divers dat het bekende Smithsonian Institute er een groot onderzoekcentrum heeft opgericht. Panama is de enige landbrug die Zuid- met Noord-Amerika verbindt. Indianen uit Noord- en Centraal-Amerika die op zoek naar nieuwe gebieden zuidwaarts trokken, moesten dus wel deze landengte over. Die nieuwe gebieden vonden ze in het Andesgebergte en het Amazonewoud. Nadat ze in deze regenwouden konden overleven, hebben ze verder heel Zuid-Amerika bevolkt.

Maar niet alle groepen trokken verder, een aantal settelde zich op de Panamese eilanden. De archipels groeiden uit tot belangrijke pleisterplaatsen voor Caribische indianen. De bevolking van Panama heeft de meest diverse vermenging, maar op de eilanden tref je in hoofdzaak oorspronkelijke bewoners aan. Er leven nog zo’n 195.000 indianen, op een totale Panamese bevolking van drie miljoen.Voornamelijk Guaymi-, Kuna-, maar ook Bokota-indianen leven er en houden de eeuwenoude tradities in ere.

Zo’n vastberaden volk wil ik van dichtbij leren kennen en dat lokt me naar de Archipiélago de San Blas (de Spaanse naam van het indianengebied) of zoals de Kuna’s het zelf noemen: naar Kuna Ayala. Vanuit Panamá, de hoofdstad, bereik ik samen met een kennis Corazón de Jesús. Op deze tussenstop moeten we een Kuna zien te vinden die kan tolken vanuit het Spaans, om de onderhandelingen mogelijk te maken in het indianengebied. Heraclio is onze man. Hij is Kuna in hart en nieren, vertelt ons over wat zijn cultuur bedreigt, over de levenswijze van zijn volk en over de omringende natuur.

Dan neemt hij ons mee in een zeewaardige kano naar wat op het eerste gezicht de filmset van Blue Lagoon lijkt: witte stranden en een azuurblauwe zee. Het droomeiland is voor de Kuna’s de doodnormaalste zaak, hun thuis. Zodra we tegen de kant aanbotsen van de enige kade van Pueblo del Tigre, merken we hoe alle bewoners onze bewegingen volgen. “Gringo! Gringo”, klink het van alle kanten. Zoals ik zo vaak moet doen, leg ik uit dat ik geen Amerikaan ben. Mijn verhaal vindt nauwelijks gehoor, de Kuna’s concentreren zich al op de volgende vragen: wat komen wij daar zoeken en hoe lang denken we te blijven.

Perfect georganiseerde samenleving

Van een gastvrije ontvangst is geen sprake, we lijken wel potentiële bezetters. Deze verwarring kan alleen door de hoogste autoriteit ontrafeld worden, vrees ik. Strikte normen en gewoonten hielpen de Kuna-indianen om de pijlers van hun cultuur te bewaren. Ze leven in een perfect georganiseerde samenleving, de democratische principes zijn er geen papieren illusie. De indianen bouwden een eigen politiek stelsel en wetgeving uit, onafhankelijk van de Panamese nationale regering. De voorschriften, beschreven in de zogenaamde Carta Organica de los indios de San Blas (vrij vertaald: de grondwet van San Blas), gelden als interne regels.

In de Raad, de hoogste Kuna-macht, zetelen de drie vertegenwoordigers van de verschillende eilanden (naar westerse normen zijn ze zowel burgemeester als rechter). De indianen zelf noemen hen Sahila’s. Ze zijn de ‘peetvaders’ van hun gemeenschap en moeten getuigen van een vlekkeloos gedrag, net zo goed in hun gezin als in hun openbaar ambt. In het Raadhuis discussiëren de gemeenschapsleden urenlang over alle mogelijke problemen, zij het van financiële, economische, educatieve of sanitaire aard. Iedereen heeft spreekrecht.

Mij rest dus geen andere uitweg dan een regelrecht onderhoud met de Sahila en hoop maar dat Heraclio zijn taak als tolk punctueel uitvoert, nog meer misverstanden kunnen we missen.

We begeven ons in groep naar het met natuurlijke materialen geconstrueerde, gigantische Raadhuis. Maar de besprekingen starten er meteen in een ongunstige sfeer. Om mij ‘de vrije loop’ te laten met mijn camera’s in de gemeenschap wordt een onnoemelijk hoge prijs geëist. Als ik de Kuna’s antwoord dat ik die hoge som niet kan betalen, valt er een lange, ijzige stilte.

Het palaveren raakt kant noch wal, we schieten niets op. Ik zie me al terugsloffen naar de kano en de loodzware bagage weer inladen. Nooit eerder liep mijn reportagewerk vast op zo’n onoverzichtelijke chaos. Wat een energieverspilling, wat een misverstanden! Voor elke foto bikkelharde dollars neertellen kan ik me financieel niet veroorloven en ethisch kan ik zoiets niet goedpraten. Eén enkele gunst durf ik nog te vragen na de lange onderhandelingen: kunnen we ergens op het eiland iets eetbaars krijgen?

Officiële besprekingen

Na een welverdiende maaltijd – vers gevangen kreeft, rijst en bakbananen – worden we uitgenodigd om die avond de ‘officiële besprekingen aan te vatten’ in het Raadhuis. Als we de reusachtige hut binnentreden, valt het op hoeveel indianen zijn opgedaagd om deze sensatie van dichtbij te volgen. Mijn entree werkt meteen op de lachspieren. De naar schatting 350 indianen bulderen het uit. Ook dat nog, wat een commotie! Mijn gestalte (bijna twee meter) blijkt de aanleiding voor zoveel hilariteit. Via Heraclio wordt me gevraagd of de vrouwen in mijn thuisland ook zulke afmetingen hebben. Ik geef toe dat ik aan de grote kant ben, verzeker er iedereen van dat mijn partner normale afmetingen heeft, maar voeg er nog aan toe dat grote mensen in een horizontale houding niet veel verschillen met kleinere mensen. De lachers komen niet meer bij.

De Kuna-samenleving vertoont enkele ‘communistische’ trekjes: in het Raadhuis worden de taken verdeeld en de solidariteit onder de bevolking is groot, armoede is er nagenoeg niet. En toch kunnen de individuele gemeenschapsleden binnen de sociale akkoorden een eigendomsrecht verwerven. Zo kan iemand een motorboot aankopen en die naar eigen goeddunken beheren. Hij bepaalt zelf de prijs voor wie met hem mee wil varen.

In het Raadhuis wordt ook recht gesproken. De rechtszaken zijn zeer uiteenlopend. Van echtelijke ruzies tot drugssmokkel, de Sahila lost alles op. Vrouwen die zich ruw behandeld voelen door hun man, kunnen hier een klacht indienen. Als hij schuldig wordt bevonden, zal de man in het bijzijn van de hele gemeenschap gestraft worden. Voor drugssmokkel is de strafmaat in theorie vijf jaar gevangenis, in de praktijk worden dealers jarenlang verbannen.

Opmerkelijk is de rol van de policia in het Raadhuis, een jongetje van nauwelijks elf dat, met de stok van de medicijnman onder de arm, om aandacht begint te roepen als de Sahila iets belangrijks zal uitspreken.

Na uren van eindeloos lijkende besprekingen, maant de Sahila vanuit zijn hangmat Heraclio aan om ons pleidooi te beginnen. In het Spaans werd ik aanhoord en ik moet nogmaals alles herhalen over mijn herkomst, maar om zo weinig mogelijk verkeerd te worden geïnterpreteerd, hou ik het bondig. De ondergeschikte van de Sahila draagt me uiteindelijk op om kopies van mijn werk te overhandigen aan de gemeenschap, aangezien ik blijkbaar nog vaak in hun contreien wil werken als natuurfotograaf. Op slag vallen alle financiële lasten weg, alle onmogelijke voorwaarden worden geschrapt.

Kleurrijkste kikkers

Die wending komt er nadat ik de Sahila heb uitgelegd waarom ik mijn veldwerk in hun gebied wil uitvoeren, omdat hier de kleurrijkste kikkers van onze planeet leven. Plots lijken we op eenzelfde golflengte te zitten en vinden elkaar in een gesprek over de wantoestanden die de natuur bedreigen. Met enkele anekdotes weet ik wat respect te winnen voor mijn werk, mijn belangstelling voor de natuur komt hen bekend voor. Eindelijk krijg ik officieel de meerderheid van de vergadering mee, de verloren gewaande fotoreportage is gered.

Ook godsdienstvrijheid is een verworven recht van de Kuna-indianen: katholieken, boeddhisten en moslims leven er vredig samen. Godsdiensten die ze via de vele vreemde ‘indringers’ leerden kennen. Maar het meest geloven de Kuna’s in de Sahila, hun herder, en in het Kuna-systeem, hun houvast.

De Kuna’s zijn een proper volkje. En dat is nog zacht uitgedrukt. Geregeld klinkt er hoorngeschal in de straten, dat is het signaal voor alle inwoners om zich te groeperen en te starten met de grote schoonmaak. Straten worden geveegd, veestallen uitgemest. De dieren – koeien, varkens, geiten en kippen – mogen trouwens onder geen beding in de buurt van de woonhutten komen, laat staan vrij door de straten dolen. Hun geur is onaangenaam en bovendien dragen ze parasieten over op mensen.

Typisch is de klederdracht van de Kuna-vrouwen. Veelkleurige stukjes stof – mola in het Kuna – worden op blouses genaaid. Hun rokken bestaan uit meters stof die ze om hun middel wikkelen. Ze dragen ook altijd een sjaal, in de eerste plaats als accessoire, maar ook om over hun hoofden te trekken als ze het huis verlaten. Hun gezicht beschilderen ze met felle kleuren.

Eén van de rituele hoogtepunten is Ico-inna, het feest van de naald. Dat wordt gevierd in familieverband wanneer een meisje voorbereid wordt op de eerste gouden ring. Het tussenschot van haar neusje moet daarvoor geperforeerd worden. Die neusring staat voor schoonheid en waardigheid. Hoe ouder ze wordt, hoe groter het sieraad.

Mannen kleden zich veeleer westers, al blijven schoenen voorbehouden voor een eventuele uitstap naar de stad. Het vlechten van specifieke hoeden is dan weer een typische mannenbezigheid.

Mola’s maken is voor de meeste Kuna-vrouwen – naast de huishoudelijke taken – vrijwel een voltijdse job. De meisjes leren de naaitechniek al op prille leeftijd. De stoffen worden vervaardigd uit bomen met de klinkende namen Tuba en Kenli. De mola’s zijn ook in trek buiten de Kuna-gemeenschap. De vrouwen zeulen met hun stoffen naar Panamá of andere steden om ze te verkopen aan de “verwende westerse toeristen met veel geld”.

De Kuna’s klampen zich koppig vast aan hun principes, geïsoleerd van alles en iedereen. De zeeschildpad mag dan wereldwijd als een bedreigde diersoort worden beschermd, de indianen eten ze zonder verpinken op. En de wereld aanvaardt het. Net zoals de Inuits (de eskimo’s) het recht hebben behouden om de walvis te blijven bejagen. Het zijn immers niet zij die de dieren met uitsterven bedreigen. De jacht en de visvangst vormen samen met de kleinschalige landbouw de basis van hun bestaan. Wanneer de mannen op visvangst gaan, moeten ze wel dicht bij de kust blijven, hun vaartuigen kunnen geen verre tocht aan. Dat maakt hen nog kwetsbaarder. Als de wateren door een eventuele milieuvervuiling niet langer bevist kunnen worden, dan heeft dat voor de Kuna’s catastrofale gevolgen. Ook daarover wordt er uiteraard geregeld vergaderd. Zij beseffen beter dan wie ook hoe fragiel het natuurlijke evenwicht is en hoe zorgzaam ze moeten omspringen met de vruchten van Moeder Aarde. Een Kuna neemt niet meer dan hij nodig heeft.

PRAKTISCH

Reisdocumenten: Paspoort geldig tot ten minste zes maanden na datum van aankomst.

Gezondheid: Hepatitis A, hepatitis B, difterie, buiktyfus en gele koorts aanbevolen. Voor kustgebieden worden ook preventiemaatregelen tegen malaria aangeraden.

Elektriciteit: 110-120 V met adapter

Tijdsverschil: Zomer: -7 u. Winter: – 6 u.

Munteenheid: Panamese Balboa (PAB), 1,25 PAB = 1 e

Aanbevolen munt: dollars

Talen: Engels, Spaans

Toeristische dienst: Instituto Panameño de Turismo, www.visitpanama.com

Ambassade: Louizalaan 390, 1050 Brussel, 02 649 07 29, embajada.panama@skynet.be

Let op: In de steden kan men gemakkelijk per taxi reizen. Het is wel aangeraden een prijs van tevoren af te spreken. Reizen per bus is eveneens mogelijk. Een gigantisch modern buscomplex vindt men in het Albrook-station. De snelste manier om vanuit Panama naar San Blas te reizen is een binnenlandse vlucht met Aeroperlas. Voor ongeveer 65 dollar per persoon reist men heen en terug.

Reizigers worden verzocht de lokale gewoonten en gebruiken te respecteren. Het is aan te raden bijzonder oplettend te zijn in de contacten met de Amerikaans-Indiaanse bevolkingsgroepen en onder meer, zowel uit hoffelijkheid als uit respect, eerst toestemming te vragen aan de personen die men wil fotograferen of filmen. Desgevallend worden de gevraagde financiële vergoedingen op voorhand betaald.

Tropenkledij is een must: sneldrogende lange broek en hemd met lange mouwen.

Nuttige websites: Jetair Center: www.jetaircenter.be

Centro America Travel Market: www.centroamerica-tm.com

El Panamá América: www.elpanamaamerica.com.pa

Panama-kanaal: www.pancanal.com, www.panamacanalmuseum.org

Smithsonian Tropical Research Institute: www.stri.org

Autoridad de la Región Interoceánica: www.ari.gob.pa

Panamatours: www.panamatours.com

Kuna Indians in Panama: www.escapeartist.com/panama/kuna.html

Kuna Indians: www.boyds.org/kuna.htm

San Blas Islands: www.pa/turismo/sanblas/index2.html

Tekst en foto’s: Guido Sterkendries

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content