Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug

© Knack Weekend

Knack Weekend blikt terug op een opmerkelijk jaar, door de ogen van mensen die het nieuws van dichtbij meemaakten. In hun eigen woorden herbeleven ze de mooiste, ontroerendste en grappigste momenten van 2017.

21 JANUARI 2017

In Washington D.C. komen een half miljoen mensen op straat voor een protestmars tegen president Trump. Overal ter wereld volgen meer protesten, bekend als de Women’s Marches.

Trui Moerkerke (53), Belg in de VS, nam deel aan de vrouwenmars in Ann Arbor, Michigan.

‘We hadden iets voor één uur afgesproken in The Lab, een hipsterkoffiebar op Liberty Street in downtown Ann Arbor. Toen ik er met mijn dochter Sofie (14) aankwam, zaten Kim Soroka en haar dochter Ellie (13) er al. Kim is een Canadees-Amerikaanse die drie jaar geleden van Montreal naar Ann Arbor verhuisde. Zij en haar echtgenoot, een collega van mijn man, vingen ons op toen we in augustus 2016 naar de VS emigreerden.

Er was nog tijd voor koffie en door de grote ramen van The Lab viel het zonlicht royaal naar binnen. Winters kunnen gemeen zijn in Michigan, maar we hadden geluk, met temperaturen een stuk boven nul.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug
© TRUI MOERKERKE

Mijn oorspronkelijke plan was naar de Women’s March in Washington D.C. te gaan. De bussen die vanuit mijn buurt naar ginder vertrokken, waren echter in geen tijd volzet. Bovendien zou het een hele onderneming geweest zijn: tien uur rijden. Naar Washington vliegen had weinig zin, wegens geen hotels meer te vinden in de ruime omgeving van de stad. Ik vond het allemaal niet zo erg meer, toen ik die zaterdagmiddag in goed gezelschap door de straten van Ann Arbor stapte. Naargelang de bron was er sprake van 6000 tot 11.000 betogers.

Tegen twee uur wandelden Kim, Ellie, Sofie en ik naar The Federal Building, op de hoek van 5th en Liberty, het beginpunt van de wandeling door het centrum. De sfeer was positief en hoopvol, het publiek zeer divers: veel jongeren, maar ook ouderen, elke huidskleur en opvallend veel mannen. Mijn dochter, die voor het eerst aan een betoging deelnam, bekeek het allemaal enthousiast: de vele roze pussy hats, de regenboogvlaggen, de protestborden. De blauwe hoodie met Women’s March logo die we de dag voordien in The Ann Arbor T-shirt Company gekocht hadden, bleek een goede conversatiestarter. ‘Awesome. Where did you get this one?’ was een vraag die mijn dochter voortdurend moest beantwoorden.

Het zou nog een halfuur duren voor de hele groep zich in beweging zette. Tijd genoeg om de banners en borden te lezen, vaak grappig en spits. ‘I can’t believe I am still protesting this’ stond in rode letters op een stuk karton, omhoog gehouden door een grijze zestiger. Verderop hield een vrouw haar bord voor mijn camera: ‘Mijn armen zijn moe omdat ik dit al omhoog moet houden sinds de jaren 70.’

What do we want? Equality! When do we want it? Now!

De rode draad in de boodschappen was duidelijk: gelijkheid. In korte gesprekken met andere deelnemers leerde ik dat ze allemaal de straat op waren gegaan omdat ze meer gelijke rechten eisten, of het nu over genderzaken of sociaal-economische situaties ging. Ik las slogans over Planned Parenthood, publieke scholen, betaalbare gezondheidszorg, godsdienstvrijheid, rechten van de LGBTQ-community… ‘What do we want? Equality! When do we want it? Now!’Deze leuze, repetitief uit een megafoon schallend, was het startsein voor de mars. We stapten langzaam door de stad, aangemoedigd door supporters op het voetpad, tot aan de Diag, een open ruimte op de Central Campus van de University of Michigan. Daar stonden optredens en toespraken gepland. De ingezette geluidsinstallaties waren echter niet op duizenden toeschouwers berekend en de politieke toespraken moesten we aan ons voorbij laten gaan.

Nadat we afscheid hadden genomen van Kim en Ellie, stapten Sofie en ik op de overvolle stadsbus. We babbelden na met mensen die ook terugkeerden van de Women’s March. We hadden nog geen idee wat er dat jaar allemaal op het spel zou staan en hoe nodig zulke marsen zouden blijven.’

Tekst & Foto’s Trui Moerkerke


26 JANUARI 2017

In Gent start de verhuizing van de boeken van de oude stadsbibliotheek Zuid naar de nieuwe bibliotheek De Krook met een mensenketting.

Senta Kochanek (40), medewerker van De Krook, bereidde de boekenketting praktisch voor.

“Het eerste boek dat werd doorgegeven, was niet toevallig Van Ottogracht tot Krook, een boek vol verhalen over onze Gentse stadsbibliotheek, van haar ontstaan in 1804 tot vandaag. Daarna volgden nog 1250 andere titels, voornamelijk boeken uit de jeugdcollectie. De 1100 deelnemers van de mensenketting waren dan ook vooral jongeren en kinderen. We hadden vooraf bewust heel wat Gentse scholen aangeschreven voor dit project. Toch was ook het personeel van Gentse cultuurhuizen als de Vooruit en het Stam massaal opgedaagd en tijdens de verhuizing bleven toevallige passanten zich aansluiten. Een van die voorbijgangers, een Zuid-Amerikaanse dame, werkt intussen als vrijwilliger in De Krook.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug
© WANNES NIMMEGEERS

Het parcours liep over een afstand van driehonderd meter en vooraf had ik op de grond in krijt uitgetekend waar iedereen moest staan. De actie moest zo efficiënt mogelijk verlopen, tegelijk wilde ik zoveel mogelijk vrijwilligers laten deelnemen. Het idee voor de mensenketting was immers ontstaan toen we nadachten over een manier om onze vaste bezoekers te betrekken bij de verhuisoperatie. Velen kwamen dagelijks of wekelijks langs en vonden het niet zo fijn dat we twee maanden gesloten waren om de opening van de nieuwe bibliotheek voor te bereiden. De mensenketting was voor de Gentenaar ook een soort afscheidsritueel.

Het was berekoud maar helder, de ideale weersomstandigheden voor een groepsfoto van op het dak van de oude bib. Dat die beelden het wereldnieuws zouden halen, heeft ons totaal verrast. BBC pikte ze op, waarna de wereld volgde. Van Nigeria tot Brazilië en van Canada tot Japan: iedereen heeft onze ketting gezien.”

Opgetekend door Elke Lahousse


10 FEBRUARI 2017

Anderhalf jaar na zijn vertrek bij Dior toont de Belg Raf Simons zijn eerste collectie als artistiek directeur van Calvin Klein in New York.

Elise Crombez (35), Belgisch model, liep mee in de show.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug
© Imaxtree

“Het was de meest geanticipeerde show van het seizoen, maar backstage hing er een ontspannen sfeer. Alles was tot in de puntjes georganiseerd. Geen stress of lastminuteveranderingen dus. Alleen wat gezonde zenuwen, omdat iedereen besefte dat we deel waren van iets bijzonders. Dat voelde je zelfs al tijdens de fittings: de kleren zien en passen, was een ervaring op zich. De jassen met plastic erover, de verwijzingen naar Brooke Shields… zelfs de showlocatie, ingericht door kunstenaar Sterling Ruby. Raf is erin geslaagd om een iconisch Amerikaans merk als Calvin Klein weer tot leven te wekken. En om een nieuwe, frisse vibe te creëren in New York, waar de modeweken doorgaans toch wat commerciëler zijn dan in Parijs.

Ik had niet verwacht dat ik gevraagd zou worden voor die show. Het is ook de enige die ik dat seizoen gelopen heb. Maar als Raf je vraagt, dan doe je dat gewoon. Ik ben heel trots op wat hij vandaag teweegbrengt in de mode. He really shakes things up. Het was ook leuk om iedereen weer terug te zien. Toen ik de fittings binnenstapte, riep Pieter Mulier (Rafs rechterhand, red.), die net als ik West-Vlaming is: ‘Oe ist me joen?’ De ontlading na de show was groot. Dat moment waar je maanden zo hard naartoe hebt gewerkt, is voorbij. Ik begreep weer waarom ik zo lang modellenwerk gedaan heb. De energie die je krijgt door samen te werken met gepassioneerde mensen is fantastisch. Ik kreeg bijna heimwee naar de tijd dat er zoveel shows zo vernieuwend waren als die van Raf. Nu wil men vaak alleen maar choqueren. Of is dat iets wat oude mensen zeggen?”

Opgetekend door Ellen De Wolf


24 FEBRUARI 2017

Noma, ’s werelds beste restaurant, sluit na veertien jaar de deuren. In 2018 heropent chef René Redzepi zijn Deense zaak met een nieuw concept.

Jacques Colemont (71), chef en eigenaar van restaurant Figaro in Hasselt was – voor zover hij weet – als enige Belg uitgenodigd voor de laatste service.

“Het was een zeer aangrijpende gebeurtenis. Ik ben een gevoelsmens, maar ik was zeker niet de enige die toen een traantje heeft gelaten. Om halfelf ’s ochtends stapte ik in Brussel op het vliegtuig naar Kopenhagen en ’s avonds stond ik al terug in mijn restaurant. Mij krijg je niet gemakkelijk uit mijn kooi, maar voor zo’n gebeurtenis moest alles wijken. Ik was al zeventien keer in Noma gaan eten en raakte bevriend met René Redzepi. Ik was vereerd dat hij me vroeg voor de laatste maaltijd die hij in Noma zou serveren, met vrienden, collega’s en werknemers. Dat heeft me echt aangegrepen.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug
© LAURA LAJH PRIJATELJ

Alles verliep heel informeel. Bij aankomst kregen we een glas wijn in de hand gedrukt en dan ging René boven op een rotstuintje staan. Hij vroeg ons om in een lange rij te gaan staan – ik schat dat we met zo’n 300 waren – en elkaar één voor één de hand te geven, zoals op het voetbal. Daarna volgden we hem op een wandeling – het was miezerig weer en we werden nat, ik was er niet op voorzien – naar de locatie waar het nieuwe Noma 2.0 in 2018 zal verrijzen. We zagen enkel een verlaten plek, aan de rand van de vrijstaat Christiana, met een soort bunker vol graffiti. Na de wandeling was er barbecue met speenvarken aan ’t spit, gigantische langoustines, scheermessen, allemaal heel eenvoudig, maar topproducten natuurlijk. Bij de toespraken, onder meer van zijn rechterhand Lau Richter, moest iedereen slikken. Niet dat het triest was, want er volgt een nieuw avontuur, maar er wordt toch een periode afgesloten. Ik zat aan tafel met Renés familie en enkele mensen van de bediening, en na de maaltijd stond iedereen op en begon zelf af te ruimen. René is zo’n bijzondere kerel; ik kreeg van hem een ets met de tekst Don’t lose your sparkle. Dat typeert hem.”

Opgetekend door Agnes Goyvaerts


10 MAART 2017

Tijdens een interview op BBC World dansen de kinderen van professor Robert Kelly de kamer binnen.

Zijn vrouw Jung A Kim reageerde bliksemsnel.

“De Zuid-Koreaanse president Park was afgezet en BBC World interviewde mijn echtgenoot over de situatie. Mijn dochter Marion hoorde hem in zijn bureau tegen de computer praten, zoals hij doet als hij met opa of oma aan het skypen is, en walste binnen. Het was haar verjaardag en er was een schoolfeestje geweest, dus was ze nog vrolijker dan anders. Baby James volgt zijn zus overal en rolde in zijn loopwagentje achter haar aan. Pas toen ik besefte dat mijn kinderen opvallend stil waren, zag ik de open deur. Dit was de BBC! Live! Over een belangrijke dag voor Korea. Ik rende de kamer in, hopende dat alle commotie niet op het scherm te zien zou zijn.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug

Na het interview waren we ervan overtuigd dat de BBC Robert nooit meer zou vragen, maar een kwartier later belden ze. Of de video online mocht? We zeiden ja, als tegemoetkoming voor wat er was misgelopen. Wat toen gebeurde was onvoorspelbaar. En onvoorstelbaar. We werden overspoeld met telefoontjes van vrienden, familie en journalisten. Honderden journalisten. We konden niet naar de winkel, want mensen spraken ons constant aan, dus hebben we ons een paar dagen schuilgehouden, zonder telefoons of internet. Het was te veel. En zo vreemd. Op maandag belde Marions school: dat er journalisten wilden langskomen. Ze belden ook naar de universiteit van mijn man en zelfs mijn schoonouders in de VS kregen de pers aan de deur. Om te voorkomen dat het uit de hand liep, kwam er een persconferentie, met 400 journalisten. Het was waanzin. Gelukkig waren de kinderen niet bang van al die mensen en camera’s. Een paar weken later volgde een Koreaanse tv-show ons een hele dag. In december waren we zelfs in Duitsland voor een tv-optreden.

Wat er na die video gebeurde was onvoorspelbaar. En onvoorstelbaar

Als ik alleen ben word ik niet herkend, maar met mijn kinderen en man erbij wel. Gelukkig wordt hij nog altijd gevraagd, zeker nu Noord-Korea vaak in het nieuws is. Of die situatie me angst aanjaagt? Nee, mijn man is net als veel buitenlanders soms ongerust, maar wij zijn het gewoon. Die aardbeving in november, dat was angstaanjagend, zeker als je in een flatgebouw woont. Maar Noord-Korea? Uiteindelijk gebeurt er nooit echt iets.”

Opgetekend door Nathalie Le Blanc


15 APRIL 2017

Op paasnacht worden in ons land 230 volwassenen gedoopt.

Axelle Vanhee (20) liet zich dopen in de Brugse Sint-Salvatorskathedraal.

“Het zou een lange dag worden, want de mis stond pas ’s avonds gepland, op paasnacht. Wat ik overdag gedaan heb, weet ik niet meer. Ik leefde toe naar dat ene moment, al de rest leek niet belangrijk. Ik herinner mij alleen nog dat ik ’s ochtends enorm zenuwachtig wakker werd. Al heb je het scenario nog zo geoefend, je weet toch niet wat er precies gaat gebeuren. Ik was ook nog niet zo vaak in de kathedraal geweest, toch een indrukwekkend gebouw.

Axelle tijdens haar doopsel.
Axelle tijdens haar doopsel. “Ik voelde me enorm geliefd.”

Mijn mama en papa kozen er bewust voor om mij als baby niet te laten dopen. Ze wilden die beslissing aan mij overlaten. Mooi, want je wordt niet als gelovige geboren. Gelovig word je al doende. Tijdens mijn stage als kleuteronderwijzeres moest ik levensbeschouwelijke lessen geven. De kinderen stelden mij toen allerlei vragen waar ik het antwoord nooit helemaal op wist. Ik had ook het gevoel dat ik iets miste in mijn leven. En dus stuurde ik op een mooie dag een berichtje naar het bisdom. De dag nadien mocht ik al op gesprek komen. Ik ben begonnen met catecheselessen te volgen en regelmatig naar de mis te gaan. Ik vond het superleuk.

Je wordt niet gelovig geboren

Het begin van de dienst was heel mooi. Alle aanwezigen in de kerk kregen een kaarsje dat door de vlam van één enkele vuurschaal werd aangestoken. Het gaf me een intens gevoel van warmte en geborgenheid, omringd als ik was door vrienden, familie en God.

Het moment dat ik aan de doopvont stond, met mijn peter en meter achter mij en het geluid van honderden flitsen… dat vergeet ik nooit meer. Iedereen die om me gaf, was er. Dan voel je je echt enorm geliefd. Ik zag mama en mijn oma een traantje wegpinken, maar zelf heb ik niet gehuild, ook al had ik dat verwacht. Meteen na mijn doopsel volgde een staande ovatie. Ik voelde me net Bruce Springsteen op het podium. (lacht) En ik had heel sterk het gevoel: nu begint mijn leven pas echt.”

Opgetekend door Michaël De Moor


21 APRIL 2017

In Londen worden de Sony World Photography Awards uitgereikt.

Frederik buyckx (33) wint met zijn fotoreeks Whiteout de categorie Landscape én de titel van Photographer of the Year.

“Een gemiste oproep uit Groot-Brittannië; na een dag fotograferen in de Kirgizische bergen. De volgende dag weer. ‘Met deSony World Photography Awards.’ Of ik op 20 april naar Londen wou komen? Ik had gewonnen in de categorieLandscape. Mooi, want er waren 227.000 beelden ingestuurd door fotografen uit 183 landen. Ik moest drie maanden zwijgen en had geen idee dat ik nog een extra prijs zou krijgen.Photographer of the Year, dus. Ik was sprakeloos. Ze vonden dat mijn beelden de essentie van fotografie weergeven. Landschappen die ons schoonheid en plezier brengen.”

FREDERIK BUYCKX
FREDERIK BUYCKX© Frederik Buyckx

“Ik voelde me eerlijk gezegd een beetje schuldig. De nieuws- en documentairefotografen hadden soms hun leven gewaagd voor een foto, en ik won met sneeuwlandschappen. Het leek niet eerlijk. Sneeuw, orkanen, hoe mensen met extreme weersomstandigheden omgaan fascineert me. Ik trok naar de Balkan, Scandinavië en Wales, plekken waar nog wildernis is. Ik reed 10.000 kilometer door Scandinavië. Soms was het ’s nachts min 25 graden. Dan bevroor mijn busje ook aan de binnenkant en moest ik gaan rijden om weer op te warmen. Je zoekt de limieten op en af en toe was het echt kantje boord. Ik hou van die combinatie van schoonheid en angst.”

In Bubox in Kortrijk zie je nog tot 8/1 werk van Frederik Buyckx en Zaza Bertrand. (bu-box.be)

Opgetekend door Nathalie Le Blanc


14 MEI 2017

Jeroen Olyslaegers wint met zijn roman WIL beide Fintro Literatuurprijzen, zowel die van de vak- als die van de lezersjury.

Katrijn vanHauwermeiren (30), hoofdredacteur van de Vlaamse tak van uitgeverij De Bezige Bij, was erbij tijdens de prijsuitreiking in de Gentse Handelsbeurs.

FILIP VAN ROE
FILIP VAN ROE

“Dat WIL een interessant boek zou worden, wist ik al bij het eerste gesprek met Jeroen. En toen hij tijdens de voorstelling van de roman als een rockster werd verwelkomd op het podium van een bomvolle Roma, besefte ik dat ook commercieel succes tot de mogelijkheden behoorde. Vanzelfsprekend is dat niet. Er zijn genoeg goede boeken die stilletjes ten onder gaan, dat kun je als uitgever jammer genoeg niet voorspellen. Er is geluk mee gemoeid en een goede timing. WIL deed het meteen goed. Het hielp dat de recensies lovend waren en dat Jeroen de voorbije jaren zelf al een publiek had opgebouwd. Het boek raakte ook een gevoelige snaar over een belangrijk stuk Vlaamse geschiedenis. Na een paar maanden viel de aandacht een beetje stil, maar toen kwamen de nominaties en de prijzen: de twee Fintroprijzen, de Vlaamse Cultuurprijs voor Literatuur, de F. Bordewijkprijs, de Cutting Edge Award voor het beste boek, de Confituur Boekhandelprijs en een plek op de shortlist van de Libris Literatuur Prijs. Ook mooi was de Tzum-prijs voor de mooiste literaire zin, én de verkoop aan zes landen. Literaire erkenning gepaard met commercieel succes, dat gebeurt niet vaak.

Uiteraard is dit vooral Jeroens werk, maar toch ben ik ontzettend trots. Dit succes heeft alles. Er is geen enkele valse noot en dat is uitzonderlijk. Dat een auteur die al een tijdje goed bezig is met een uitstekend en belangrijk boek het succes krijgt dat hij verdient, is als uitgever het grootste plezier dat je kunt hebben. Elk boek is anders en er zijn verschillende soorten succes. Een dichtbundel die 1000 exemplaren verkoopt, of een eerste roman die de Debuutprijs wint, dat is ook mooi. Ik maak mooie boeken met fijne mensen, en prijs me gelukkig dat ik dit mag doen.”

Opgetekend door Nathalie Le Blanc


24 MEI 2017

Donald Trump is in het land in het kader van de inhuldiging van het nieuwe NAVO-hoofdkwartier in Brussel.

Monique driesmans (65), ceremoniemeester van de Dienst Protocol van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, leidde de aankomst in Zaventem en het programma van Melania Trump mee in goede banen.

“Gelukkig was ik niet aan mijn proefstuk toe. Bij een bezoek van een Amerikaans president hoort overleg met talloze diensten, maanden voorbereiding en op het moment zelf een groot aantal deelnemers. Bovendien ging het om de eerste officiële buitenlandse reis van de kersverse president. In zijn entourage, voor wie alles nieuw was, stonden de zenuwen dus strak gespannen. Zeker bij de veiligheidsdiensten, gezien de ophef rond het bezoek.

BELGA IMAGES
BELGA IMAGES© AFP

Vlak voor de aankomst van Air Force One werd nog een repetitie ingelast, waarbij ik op verzoek van de Amerikaanse protocol- en veiligheidsdiensten zelf de bewegingen van de president naspeelde, en mijn Amerikaanse collega die van zijn echtgenote. Tot en met de begroeting van eerste minister Charles Michel en zijn echtgenote en andere hoogwaardigheidsbekleders. Hoe we daar bovenaan op een metershoge trap stonden, zonder vliegtuig achter ons, maar wel met honderden toeschouwers, zal een bijzondere herinnering blijven. Ondanks de hitte die dag moesten we de trap talloze keren op en af lopen – zelfs over het aantal treden werd de president gebriefd.

Discreet fluisterde ik president Trump de juiste positie toe

Bij het verlaten van het toestel stond mevrouw Trump tegen de briefing in aan de linkerzijde van de president. Ik heb hem dan discreet de juiste positie toegefluisterd, waarop hij me verbaasd aankeek, maar toch de juiste plaats innam. Dan ben ik blij, want discreet foutjes wegwerken hoort bij de job.

Van persoonlijk contact was in dit geval weinig sprake gezien de minutieuze timing, al had ik dat wel met mevrouw Trump. Dat was open en aangenaam. Niet dat mijn mening er op zo’n moment toe doet. Alle staatshoofden en hun partners verdienen een ontvangst op niveau, en dat vergt zelfbeheersing en savoir-faire. In deze functie moet je zowel eventuele bewondering als ergernis opzij kunnen zetten.”

Opgetekend door Wim Denolf


1 JUNI 2017

In Gent opent Kobe Desramaults een nieuw restaurant, Chambre Séparée.

Ydris Gryson (25), sommelier en zaalmanager, zette zijn beste beentje voor.

“Nu kunnen we écht beginnen, was het eerste wat ik die ochtend dacht. We waren een maand bezig geweest met de voorbereiding, hadden try-outs gedaan en nu was het zover. Ik voelde kriebels, maar het was positieve stress. Alles wat wij doen, tot in de kleinste details, vertrekt vanuit Kobe. Hij en ik hebben bijna geen woorden nodig om elkaar te begrijpen. Ik had drieënhalf jaar bij In de Wulf gewerkt, en toen Kobe bekendmaakte dat hij daar stopte, was ik van plan om naar het buitenland te trekken. Maar Chambre Séparée was zo’n uniek concept dat ik niet lang moest nadenken toen hij vroeg om mee naar Gent te gaan.

Kobe Desramaults in zijn nieuwe restaurant Chambre Séparée.
Kobe Desramaults in zijn nieuwe restaurant Chambre Séparée.© CWF&PH

De gasten komen bij ons per twee aan en het is mijn taak ze op hun gemak te stellen. De eerste dag verliep meteen volgens plan. Wat ik mooi vind aan het concept is dat wij de grens opzoeken tussen formeel en informeel. Ja, ik draag een pak, maar nee, ik was niet speciaal naar de kapper geweest. De sfeer in het team was uitgelaten, Kobe was wel wat zenuwachtig, maar als je dat op zo’n moment niet bent, is er iets mis. Onze grootste zorg was om in de open keuken een systeem te creëren waarbij niemand elkaar voor de voeten loopt. Ik moet in het oog houden wie aan welke gang is en zorgen dat de gasten gepaste drank krijgen. Er gebeurden geen botsingen en er zijn geen schotels op de grond gevallen die eerste avond, terwijl iedereen toch door een gang van anderhalve meter breed moet bewegen. Ik was blij dat de gasten aan het eind van de avond zeiden dat ze zich thuis voelden. We hebben niet gefeest, maar zijn gaan zitten en hebben de avond overlopen. Kobe werkt heel spontaan, hij verandert elke dag iets aan het menu, en ik moet daar met de dranken op inspelen. Een gouden regel bestaat niet. Soms is een combinatie voor mij perfect, en vindt Kobe het maar niets.”

Opgetekend door Agnes Goyvaerts


26 JUNI 2017

Het Rubenshuis in Antwerpen heeft een schilderij van Tintoretto uit de collectie van David Bowie in bruikleen.

Directeur Ben van Beneden (61) was bijzonder ontroerd toen het aan de muur hing.

Het bewuste schilderij van Tintoretto: 'De Heilige Catharina' (1570).
Het bewuste schilderij van Tintoretto: ‘De Heilige Catharina’ (1570).

“Als ik eerlijk moet zijn, het lijkt nu zelfs nog niet helemaal tot me door te dringen dat ik dagelijks, in mijn eigen museum, naar een werk van Tintoretto kan gaan kijken. Zomaar een kamer binnenstappen en ziedaar! Dat is als kunsthistoricus zo opwindend. Ik voel daardoor Rubens weer tot leven komen en stel me voor hoe hij zelf in zijn woning rondloopt om er zelf een glimp van op te vangen.

Het is een van de twee bijzondere dromen die dit jaar in vervulling gingen: op 26 juni hingen we de Tintoretto uit de verzameling van David Bowie aan de muur en op 20 november een bijzonder portret van Titiaan. Droomt niet elk museum daarvan? Deze werken zijn zo kostbaar en onvindbaar. Toen ze eenmaal aan de muur hingen, was het alsof ik uit de teletijdmachine van professor Barabas stapte. Ik dacht in een flits: zo moet het er hier destijds ooit hebben uitgezien. Even stapte ik door het verleden en er kwam van alles in me naar boven. Ik dacht bijvoorbeeld aan al wie hier destijds over de vloer kwam om Rubens zijn collectie antieke en Venetiaanse kunst te bewonderen.

Nu besef ik pas goed wat voor ontdekking het voor hem was toen hij in Venetië die bijzonder kleurrijke en beweeglijke schilderkunst van Tintoretto en Titiaan voor het eerst in het echt zag. In Antwerpen had hij wellicht slechts zwart-witprenten gezien. Wij leven in het digitale tijdperk, waardoor we de kracht van dergelijke ervaringen missen. Toen ik beide werken voor het eerst zag, stond ik er likkebaardend naar te kijken: ik droomde ervan ze hier te kunnen ophangen, maar dacht dat dat niet zou kunnen. En goed anderhalf jaar later hangen ze hier! Dankzij de bruikleengever. Laat iedereen hier maar van genieten.”

Opgetekend door Piet Swimberghe


1 JULI 2017

Jenny Meirens (73), medeoprichtster van het legendarische Belgische modehuis Maison Martin Margiela en jarenlange rechterhand van de ontwerper, overlijdt aan een ongeneeslijke longaandoening.

In de kerk van Sint-Pieters-Leeuw vond op 8 juli de uitvaartdienst plaats. Jenny’s zoon, Frank Pay (49), bracht tijdens de afscheidsviering een toespraak die louter bestond uit woorden en uitspraken die zijn moeder typeren. Haar dochter, Sophie Pay (48), lichtte voor ons een aantal van die woorden toe.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug
© MARINA FAUST

“In het dorpje San Gregorio, in de regio Puglia in de laars van Italië, brachten we de laatste jaren prachtige familiemomenten door. Onze moeder had er een huis aan de zee, een kinderdroom die ze kon waarmaken nadat ze in 2002 Maison Martin Margiela verkocht. Op 1 juli stond ik klaar om samen met mijn dochter naar de luchthaven te vertrekken. We zouden het begin van de zomervakantie in Puglia doorbrengen en mijn moeder keek enorm uit naar onze komst. Net toen we wilden vertrekken, ging de telefoon. Het was de huishoudhulp van ons mama, Fatima. Ze vertelde dat mama die ochtend wellicht onwel was geworden en haar hart het begeven had. Tot op vandaag blijft het knagen dat ik niet bij haar was om haar hand vast te houden op dat laatste moment. Ergens ging ik er altijd van uit dat mijn moeder om euthanasie zou vragen als de pijn haar te veel werd. De papieren waren al in orde. Ik hield er geen rekening mee dat ze ook nog op een andere manier kon sterven.

Ik trek me op aan de vele mooie momenten die we samen in Puglia beleefden. Hier genoot ons mama van tijd met goede vriendinnen, haar kinderen en kleinkinderen. Hier kon ze het beste van zichzelf geven als oma. En hier zullen we ons haar blijven herinneren. In de laatste dagen voor haar overlijden wandelde ze met de weinige kracht die ze nog had dagelijks tot aan haar zwembad. Daar genoot ze van het dobberen op het water en de zon op haar huid. Een mooi beeld waar mijn broer en ik de voorbije maanden al vaak aan terugdachten.”

Hard en teder

“Onze moeder was zowel hard als teder. Ze was een sterke vrouw die anderen altijd aanmoedigde om de lat hoger te leggen. Ze was van mening dat een tegenslag je sterker moest maken en dat je daar niet om moest treuren, wel uit leren. Ik ken weinig vrouwen die zo inspirerend en rechtlijnig zijn als zij. Tegelijk was ze erg fragiel en zacht. Ze deelde haar emoties niet altijd met veel woorden, wel zorgde ze steeds voor een warme thuis waar wij altijd welkom waren. ‘Ik ben zo blij dat ge er zijt’, zei ze elke keer als we op bezoek kwamen.”

Meirens tijdens lunchtijd, in het kantoor van Maison Martin Margiela.
Meirens tijdens lunchtijd, in het kantoor van Maison Martin Margiela. © .

Biografieën

“Hoewel mijn moeder een echte feministe was, was ze gefascineerd door de levensverhalen van sterke mannen. De slechte band met haar vader was daar allicht de oorzaak van – hij mishandelde zijn vrouw en dochters – waardoor ze zich later vooral tegenover mannen wou bewijzen. Ze verslond biografieën van straffe persoonlijkheden als Charlie Chaplin, Bernard Tapie of Richard Branson. Ze trok zich op aan hun verhalen en wilskracht.”

Place Ste-Catherine

“In de jaren tachtig opende mijn moeder hier haar eerste modeboetiek, Crea, waar ze kleren verkocht van ontwerpers als Claude Montana, Yohji Yamamoto en later Comme des Garçons. Het waren vooruitstrevende, avant-gardistische labels voor die tijd, bovendien stond deze buurt toen enkel gekend om haar vishandel. Zoals altijd koos onze moeder niet voor de meest evidente weg, maar toch vond haar winkel snel zijn cliënteel. Zowel de vrouw van de aardappelboer als die van de café-uitbater kwamen er langs, maar ook kunstverzamelaars en intellectuelen. Marc Didden schreef in zijn boek over Brussel, Een gehucht in een moeras, dat Jenny Meirens de grondlegger is geweest van de Dansaertwijk zoals we die vandaag kennen.”

Technics

“Ons mama was een echte muziekliefhebber. Ik herinner mij hoe wij als kinderen op de achterbank van haar wagen meezongen met cassettes die ze zelf maakte. Ze had thuis een professionele muziekinstallatie van Technics en mixte liedjes die ze goed vond aan elkaar in onze living, terwijl wij in onze pyjama dansten in de zetel.”

Estheet

“Iedereen kende onze moeder als een estheet, iemand die bijzonder veel smaak had. Ze had, net als Margiela, het talent om van niets iets heel unieks te maken, zonder dat het veel geld moest kosten. In onze kindertijd kwam er nooit een pot mayonaise of fles cola op tafel, alles werd in een mooier potje of flesje gegoten. Tot aan haar dood ging ze zo door het leven. De interieurs van haar twee huizen, in Italië en het Pajottenland, waren museaal ingericht. Ook in de afscheidsviering wilden we haar gevoel voor esthetiek een plaats geven.”

Ze had het talent om van niets iets heel unieks te maken

Gorik Lindemans

“Gorik Lindemans is een sleutelfiguur geweest in de carrière van onze moeder. Net als zij was hij een muziekfanaat met een gigantische platencollectie, maar bovenal is hij een begenadigd kunstenaar en graficus. Lindemans is de man met wie Jenny in de jaren tachtig de gekste modeshows en uitnodigingen bedacht. Als ze haar klanten wilde uitnodigen voor een collectiepresentatie in haar boetiek, stuurde ze hun de ene keer een uitnodiging geïnspireerd op een doodsbrief, de andere keer liet ze Japans zijdepapier bedrukken, of een kartonnen pamflet. Die analytische manier van denken en communiceren, waar Gorik Lindemans haar in aanmoedigde, zat helemaal in haar DNA toen ze eind jaren tachtig naar Parijs verhuisde om er Maison Martin Margiela mee uit de grond te stampen.

Voor haar afscheidsdienst wilden we geen klassiek doodsprentje laten drukken. Daarom gingen Frank en ik te rade bij Gorik, die op het idee kwam om zakdoeken te laten maken met haar naam op geborduurd. Daar zijn wij hem ontzettend dankbaar voor.”

Oma

“De buitenwereld kent mijn moeder vooral als de rechterhand van Martin Margiela, maar sinds ze op pensioen was, genoot ze enorm van haar rol als oma. Ze had twee kleindochters, die best veel tijd bij haar doorbrachten. Toen ze ziek werd, vond mijn moeder het erg belangrijk dat haar kleinkinderen later nog mooie herinneringen zouden hebben aan hun oma. De drang om hun een soort erfenis na te laten was voor mijn moeder de grootste drijfveer om mee te werken aan het exclusieve portret dat de New York Times vorig jaar over haar schreef, en aan de documentaire We Margiela, die dit jaar uitkwam.”

Opgetekend door Elke Lahousse


12 JULI 2017

De legendarische Parijse concept- store Colette kondigt na twintig jaar zijn sluiting aan, straks op 20 december.

Stijn Schoenmaekers (39), brand director van de Amerikaanse modegroep Guess, was een trouwe klant en leerde de eigenaars persoonlijk kennen.

“Ik wist al langer dat Colette ermee ophield. Zaakvoerder Sarah (Andelman, die samen met haar moeder, Colette Rousseaux, de shop runt, red.) had aan gemeenschappelijke vrienden laten weten dat ze de winkel aan het eind van het jaar zouden sluiten. Ik had sowieso al een voorgevoel. Onze business verandert heel snel. Het is alsof er een orkaan door het landschap raast. De nieuwe generatie consumenten is heel anders. Die gelooft niet meer in shopping malls en department stores, en ook niet in dure kleren. Tenzij heel selectief: merken als Supreme of Balenciaga.

Met een hamburger gedoopt 'Farewell' neemt Colette afscheid in stijl. De burger, een samenwerking tussen de conceptstore en de Parijse hamburgerzaak Blend, komt met een blauw broodje, de iconische huiskleur van Colette.
Met een hamburger gedoopt ‘Farewell’ neemt Colette afscheid in stijl. De burger, een samenwerking tussen de conceptstore en de Parijse hamburgerzaak Blend, komt met een blauw broodje, de iconische huiskleur van Colette.

Toen Colette opende, in 1997, was ik negentien en geobsedeerd door mode. Dan kwam je vanzelf terecht in rue Saint-Honoré 213. Later heb ik eerst Colette leren kennen, en vervolgens Sarah. We werkten voor het eerst samen toen Karl Lagerfeld zijn merk lanceerde, bij hen in de winkel.

Vorige week zag ik Sarah nog op Complexcon, een streetwear event in Los Angeles. Ze gaf er een uiteenzetting over collabs, iets waar zij in feite mee is begonnen.

Ik bewonder haar omdat ze de sector al die tijd een stap voor is gebleven. Dat zo lang volhouden, is echt heel moeilijk. Kijk naar de sneaker die ze vorige maand met Pharrell Williams en Chanel heeft gelanceerd. Vijfhonderd paar, 1000 euro. Voor de online loting hebben zich 120.000 mensen ingeschreven. Als je na twintig jaar in de business nog zo’n hype kunt creëren, dan ben je ongeëvenaard.

Colette eindigt in schoonheid. It’s all a dream, zegt Sarah altijd. En dat klopt. Zij wilde wellicht meer tijd voor haar gezin. Haar moeder wilde met pensioen. Zo’n bedrijf leiden is zwaar. En dan is er nog de onzekere toekomst van de mode. Saint Laurent heeft een flink bedrag betaald om het pand te kunnen overnemen, en de werknemers behouden hun baan. Het was, zo vlak na de twintigste verjaardag, een goed moment om te stoppen. Het verhaal is rond.”

Opgetekend door Jesse Brouns


8 SEPTEMBER 2017

Pierre Bergé overlijdt op 86-jarige leeftijd.

Pierre Bergé, de Franse zakenman en kunstverzamelaar, richtte mee het Franse modehuis Yves Saint Laurent op en bleef ook na de beëindiging van hun relatie zijn zakenpartner. Niemand weet beter wat hij voor het merk betekend heeft dan Olivier Flaviano (34), directeur van het Musée Yves Saint Laurent in Parijs.

“Ik was die ochtend thuis in Parijs toen de vicepresident van de Fondation Pierre Bergé – Yves Saint Laurent me per telefoon op de hoogte bracht van het overlijden. Het nieuws kwam niet als een verrassing, Bergé was al enkele weken zwaar ziek. De echte klap kwam enkele weken later, bij de opening van het museum in oktober. We hadden er samen drie jaar aan gewerkt, en over zowat alles had Bergé zijn zeg. De scenografie, de stukken, het parcours: overal was hij bij betrokken, behalve dus bij de opening. Tegelijkertijd wist ik hoe gelukkig hij was dat het museum er ging komen. Dat verzachtte de pijn.

1999. Pierre Bergé, zakenpartner en voormalige levenspartner van Yves Saint Laurent (2008), kijkt toe hoe Laetitia Casta een bruidsjurk showt.
1999. Pierre Bergé, zakenpartner en voormalige levenspartner van Yves Saint Laurent (2008), kijkt toe hoe Laetitia Casta een bruidsjurk showt.© GETTY IMAGES

Ik was pas 26 toen ik in 2009 woordvoerder van de stichting werd. Ik was jong en onervaren, maar dat deerde hem niet. Bergé hield van de wereld van vandaag en met datzelfde optimisme keek hij naar de jongere generaties. Daar had hij veel vertrouwen in en dus gaf hij jonge mensen graag kansen. Dat hij me vroeg om directeur te worden van het Musée Yves Saint Laurent is daar een mooi bewijs van.

Uiteraard was het moeilijk om geen ontzag voor hem te hebben. Zijn engagement voor de Opéra de Paris, Sidaction en de strijd tegen aids, zijn kunstcollectie, zijn vriendschap met François Mitterrand en zijn rol in diens campagnes, zijn betrokkenheid bij de oprichting van het homomagazine Têtu en steun voor het homohuwelijk: je kunt zijn charisma en belang voor Frankrijk moeilijk overschatten. Niettemin bleef hij zelf bescheiden bij al zijn verwezenlijkingen, wat hem mee tot de ontroerende man maakte die hij was.

Zelf zag ik hem vooral als een leermeester en iemand met wie ik boeiende gesprekken kon voeren over opera, theater, literatuur en de decoratieve kunsten. Passies die hij met Yves Saint Laurent deelde en die hem zijn hele leven bleven boeien. Voor mij was hij echt de belichaming van een bepaalde smaak.”

Opgetekend door Wim Denolf


14 SEPTEMBER 2017

Op het Nederlandse eiland Schiermonnikoog wordt de laatste aflevering opgenomen van het alom geprezen tv-programma Radio Gaga.

Dominique: “Het weer was heel guur en ontzettend winderig. We waren die ochtend al met veel pijn in het hart opgestaan. We beseften: dit is echt de laatste keer.”

Joris: “We hebben geprobeerd om die dag bewust mee te maken. Het was er de ideale plek voor.”

Dominique: “Van Schiermonnikoog wordt gezegd dat je zorgen er wegwaaien. Wel, ons hoofd en ons hart zaten vol van alle verhalen van de afgelopen jaren, het was dus echt de beste locatie voor een laatste aflevering.”

Joris: “De laatste plaat die werd aangevraagd, was van Clouseau. De gast in kwestie wilde Daar staat ze horen. (lacht) Ik had eigenlijk niet goed door dat dit moment effectief het einde was. We waren heel moe, weet ik nog.”

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug

Dominique: “Er was ook niet veel tijd om emotioneel te zijn, want we moesten de caravan nog opklappen en de boot halen. Maar eens in ons busje beseften we: hier zullen we nooit meer zitten, nooit meer zullen we in de caravan slapen. Nu, dat slapen is wel het laatste wat we zullen missen. (lacht) De caravan hing infrennen vaneen en was een weerspiegeling van hoe we ons voelden. We waren overdonderd en kapot.”

Joris: “Het was ook wel raar. We hadden beslist om met de reeks te stoppen, maar toch dachten we ineens: misschien moeten we toch nog andere plekken bezoeken? Dominique en ik zijn allebei heel slecht in afscheid nemen.”

Dominique: “Het mooie is dat ons busje werd overgekocht door de zoon van Rudi, die in de aflevering over palliatieve zorgen aan bod kwam. Het is fijn om te weten dat het nu in goede handen is.”

Joris: “Het idee voor Radio Gaga komt uit het theater. Als acteurs maakten we al voorstellingen met psychiatrische patiënten, Dominique regisseerde ze. Op een gegeven moment vroeg De Kopergieterij om iets te doen rond kind en psychiatrie. We wilden niet meteen een voorstelling maken, maar een piratenzender voor mensen in de psychiatrie zagen we wel zitten. We zijn liefhebbers van vrije radio, vandaar. Toen we onze gasten vroegen waarom ze precies dat ene plaatje wilden aanvragen, kregen we meteen een heel verhaal te horen. Ons idee bleek te werken.”

In cynische tijden hebben mensen een dekentje nodig

Dominique: “Met onze gsm’s maakten we sfeerbeelden van dat moment. Toen al dachten we: hier zit een fantastisch tv-format in. Mensen hebben in deze cynische, barre tijden een dekentje nodig. Dat willen we aanreiken. Diegenen die je doorgaans niet hoort, kregen bij ons een stem. Ze konden de achterkant van hun verhaal kwijt, op een warme manier, totaal niet cynisch. We namen onze tijd voor elk verhaal, het moesten geen hapklare quotes zijn.”

Joris: ” Het belangrijkste was dat wij er waren en naar onze gasten luisterden. We zijn heel dankbaar dat we mensen een stem hebben kunnen geven, ook al klinkt dat een beetje als Bond Zonder Naam.”

Dominique: ‘Mensen kunnen veel te weinig zeggen hoe het echt met hen gaat.”

Joris: “Als je met iemand in je caravan zit, voel je hoe belangrijk een écht gesprek is. ‘Wat aandacht krijgt, groeit’, is een prachtige quote van een buurtwerkster in Meulenberg (een wijk in Houthalen-Helchteren, red.) die we in het tweede seizoen gingen bezoeken. De voorbije drie jaar zijn we vervuld geraakt van ongelooflijk veel schoonheid en dapperheid. Dat blijft aan ons kleven.”

Dominique: “Radio Gaga heeft ons nederigheid bijgebracht. Ik heb beseft dat ik alles heb om gelukkig te zijn, ook al vergeet ik dat soms. Het is goed om daar af en toe op gewezen te worden.”

Opgetekend door Michaël De Moor


7 OKTOBER 2017

Op het WK turnen in Canada pakt onze landgenote Nina Derwael een bronzen medaille. Het is de eerste WK-medaille in de Belgische turngeschiedenis.

Vader Nico (44) zag zijn 17-jarige dochter haar persoonlijk record verbreken tijdens de toestelfinale.

“Ik stond die ochtend heel vroeg op, met de nodige ‘voorstress’, zoals ik dat noem. Na een flink ontbijt nam ik zo snel mogelijk een taxi, ik wou absoluut op tijd in het stadion arriveren. Dat is altijd een van mijn bekommernissen: als ouder wil je geen seconde missen. Bovendien vind ik het belangrijk dat Nina weet dat haar vader in de buurt is. Tijdens de wedstrijd is dat minder van belang, dan wordt ze perfect begeleid door haar trainers. Hoewel ze mijn aanwezigheid natuurlijk wel apprecieert.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug
© GETTY IMAGES

Haar finale, op de brug met ongelijke leggers, was een rollercoaster van emoties. ‘Geniet ervan’, had ik haar vooraf gezegd. Zo’n oefening duurt welgeteld veertig seconden, daarin moet het gebeuren. Je krijgt één kans, meer niet. Toen ik haar bezig zag, was ik aan het sterven. Het voelde alsof ik veertig seconden lang mijn adem inhield. En geen hartslag had.

Meteen na de sprong kwam de ontlading. Ze behaalde haar hoogste score ooit, fantastisch. Dit wordt goud, dacht ik. Uiteindelijk kwamen er nog twee gymnasten na haar die beter deden. Het werd dus brons, wat nog altijd geweldig is.

Meteen na de finale stonden er honderden mensen rond haar, ik heb een tijdje moeten wachten voor ik haar kon zien. Ik heb haar vastgepakt en haar uitbundig gefeliciteerd, al besefte ze toen nog niet wat voor een unieke prestatie ze geleverd had in de Belgische turngeschiedenis.

De medaille-uitreiking was een kippenvelmoment zonder weerga. Daar stond ze dan, op dat podium, naast een Russische en een Chinese atlete. Onvergetelijk. Dit is hopelijk nog maar het begin, dacht ik toen. Maar een uur later was ik alweer heel nuchter. Vandaag is het euforie, morgen kan het helemaal anders zijn. En dat weet Nina zelf maar al te goed.”

Opgetekend door Michaël De Moor


23 OKTOBER 2017

De Vlaamse Karen Van Godtsenhoven start als associate curator bij het Costume Institute van het New Yorkse Metropolitan Museum of Art (MET).

Van Godtsenhoven (34), voordien curator bij het MoMu, vond Antwerpen achterlaten niet gemakkelijk.

“Het avontuur begon eigenlijk al op vrijdag vijf mei. Die dag kreeg ik een mail met als bijlage een gescande brief: een jobaanbieding van het Costume Institute. Ik voelde opluchting en blijdschap tegelijk.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug
© FREDERIK HEYMAN

Die job in New York binnenhalen is een gradueel proces geweest. Het gebeurde niet zoals in een typisch bedrijf, waar er tien kandidaten zijn voor één vacature. Voor deze job had slechts een beperkte groep mensen de gewenste ervaring, er bestaan nu eenmaal niet zoveel mode-instituten, en Andrew Bolton (de hoofdcurator van het Costume Institute, red.) had in een gesprek al eens gepolst of ik interesse had.

In 2011 was ik voor het eerst in het MET, voor een rondleiding met Andrew op de Alexander McQueen-tentoonstelling. Omdat slechts een paar musea in de wereld de beste modecollecties bezitten, waaronder het Antwerpse MoMu, bleef ik nadien in contact met hem. In 2015 heb ik zelfs een tijdje research gedaan aan het MET. Toen Andrew er aangesteld werd als curator in charge, werd de functie van associate curator opengesteld. Andrew en ik hebben een tijd over en weer gemaild, in april sprak ik met verschillende andere mensen van het museum, en een paar dagen later kreeg ik dan de brief met het aanbod.

Op 23 oktober had ik mijn eerste werkdag. Het Costume Institute is het meest gerenommeerde modemuseum ter wereld; van deze job heb ik altijd gedroomd. Toch vond ik het niet gemakkelijk om België achter te laten. Ik moest de Olivier Theyskens-expo in het MoMu nog voltooien en ik mis Antwerpen echt wel – maar mijn familie en vrienden begrijpen mijn keuze en staan achter mij. Dat is mooi.

Hier werken is fantastisch. De schaal is zoveel groter dan in Antwerpen. Als associate curator zal ik tentoonstellingsconcepten uitwerken en met collega’s bekijken welke stukken we hopen aan te kopen. Ik kijk nu al uit naar de Heavenly Bodies-expo in het voorjaar. Ik heb er zelf niet aan meegewerkt, maar geloof me: het wordt fantastisch.”

Opgetekend door Michaël De Moor


10 NOVEMBER 2017

Voor de vooropening nodigt Louvre Abu Dhabi iedereen uit die de bouw van het nieuwe museum hielp realiseren. Het Belgische bedrijf Meyvaert leverde alle vitrinekasten en podia.

Steven De Tollenaere (48), CEO van Meyvaert, was op het openingsfeest.

“De nacht voor het feest was ons team nog volop aan het werk. De curatoren van het museum bleven tot op het laatste ogenblik schuiven met kunst, waardoor wij bleven sleutelen aan vitrinekasten. Telkens als iets van plaats veranderde, volgden er een hoop controles. Onze projectmanager ter plaatse had in de weken voor de opening al zeven dagen op zeven gewerkt, twaalf uur per dag. In de allerlaatste nacht kwam hij amper aan slapen toe.

Dé momenten van 2017: ooggetuigen blikken terug
© GF / MOHAMED SOMJI / LOUVRE ABU DHABI

In totaal leverden we niet alleen 110 vitrinekasten, maar ook alle podia voor het museum. Het was zowel de grootste bestelling als het meest prestigieuze project dat ons bedrijf ooit binnenhaalde. Bijna drie jaar hebben we eraan gewerkt en al die tijd legde Jean Nouvel, de Franse architect die het nieuwe Louvre ontwierp, de lat ongezien hoog. Alle kasten moesten volautomatisch zijn, zodat één persoon ze kan openen, de sokkels moesten bekleed worden met de beste natuursteen, het glas moest uiterst dun ogen. Weinig musea kunnen zich zo’n high-end project veroorloven, en soms dacht ik weleens: is dit minuscule detail echt al die moeite waard?

Tot ik op het openingsfeest het eindresultaat zag. Alles was tot in de perfectie uitgedacht, ook de toiletten. Jean Nouvel wordt niet voor niets een sterarchitect genoemd. Zijn visie is echt uniek.”

Opgetekend door Elke Lahousse

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content