Terwijl de mode voor dit voorjaar kleurrijk en frivool oogt, is het met de wereld minder vrolijk gesteld. Nochtans is de catwalk doorgaans een goede barometer voor maatschappelijke trends. Maar de grote defilés dateren van zes maanden geleden, en toen zagen de ontwerpers het allemaal nog rooskleurig. De toekomst was aan de vrouwen, zo weerklonk het op en rond de catwalk. Amerika zou zijn eerste vrouwelijke president krijgen.
Het liep anders dan verhoopt. Het werd Donald ‘grab them by the pussy’ Trump. En het enthousiasme in de modesector maakte plaats voor een ongemakkelijke stilte. Het begon al met de inauguratie. Terwijl iedereen in de rij stond om Michelle Obama te kleden, was dat voor nieuwbakken first lady Melania Trump wel even anders. Ralph Lauren deed uiteindelijk het werk, maar wist zijn imago te redden door ook Hillary Clinton van een geschikte jurk voor het feestje te voorzien.
De Amerikaanse modelabels, maar ook de grote internationale luxelabels, bevinden zich in een lastig parket. Zij hebben veel te verliezen of te winnen bij het beleid dat Trump zal uitstippelen. Zegt hij, zoals aangekondigd in zijn campagne, een heleboel handelsverdragen op en legt hij nieuwe importtarieven op, dan krijgt de mode-industrie geheid klappen. 97 % van de in Amerika verkochte kleding wordt in het buitenland geproduceerd. Volgens de nieuwe president wellicht een huuuuuge probleem. Wat de modesector wel gunstig kan stemmen, zijn de aangekondigde belastingverlagingen en overheidsinvesteringen. Zij kunnen de binnenlandse vraag en dus de verkoop stimuleren. Donna Karan, Michael Kors, Calvin Klein en co hebben drie opties. Of ze gaan mee rond de tafel zitten om het beleid mee te sturen. Of ze houden zich gedeisd en hopen dat het allemaal wel zal meevallen. Of ze protesteren publiekelijk om presidentiële beslissingen te beïnvloeden of terug
te draaien.
Welke houding de modemerken zullen aannemen, is nog niet helemaal duidelijk. Topbedrijven uit Silicon Valley lieten meteen en massaal hun afkeer blijken over de Muslim ban, maar de modesector protesteert maar schoorvoetend mee. Nochtans doet ook die een beroep op buitenlandse werkkrachten, is zijn internationale imago razend belangrijk en beschouwt de publieke opinie de mode-industrie als een vrijhaven voor diversiteit. En dat je met die publieke opinie maar beter rekening houdt, werd de afgelopen weken duidelijk. Marketeer Shannon Coulter startte de #GrabYourWallet-campagne (een knipoog naar Grab Her by the Pussy). Consumenten wordt gevraagd om geen spullen meer te kopen van merken die Trump steunen en in warenhuizen die het label van Ivanka Trump verkopen. En klanten reageren, net als bij de Women’s March, massaal op die oproep. Het maakt grootwarenhuizen en modelabels onzeker over de kant die ze moeten kiezen. Neiman Marcus, Bergdorf Goodman en Nordstrom stopten al met de verkoop van het Ivanka Trump-label, maar wijten dat veiligheidshalve aan
de tegenvallende verkoop, niet aan
de boycot.
Het is hoe dan ook een donkere periode voor de Amerikaanse mode-industrie. Welke kant ze ook kiest, zonder kleerscheuren komt ze er niet door. De meeste merken zouden daarom liever geen kleur bekennen. Maar de sector toonde zich tijdens de voorbije lente- en zomerdefilés opvallend geëngageerd met mooie slogans over feminisme en diversiteit. Zich nu in stilte hullen, zou niet erg modieus zijn.
ruth.goossens@knack.be
RUTH GOOSSENS
Het is hoe dan ook een donkere periode voor de Amerikaanse mode-industrie
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
