Als de Dansaertstraat symbool staat voor internationale chic en modeketens, dan staat de nabijgelegen Kartuizersstraat, voor jong geweld en alternatieve speciaalzaken. Wij doken onder in de meest eigenzinnige plek van Brussel. Waar Vlamingen en Franstaligen één taaltje spreken. “Bienvenu, ik heb speciaal voor jullie mijn winkel gewassen.”

Elke grootstad heeft zijn Monopolystraat. De Nieuwstraat in Brussel, de Meir in Antwerpen, en bij uitbreiding naar de rest van de wereld : 5th Avenue in New York of de Champs Elysées in Parijs. Maar wie zich verder waagt dan de traditionele winkelstraten, ontdekt de alternatieve boulevards, streets en avenues. Redchurch Street in Londen, Kastanienallee in Berlijn, en nieuw in het rijtje : de – korte maar booming – Kartuizersstraat in Brussel.

Wie in de Dansaertstraat met de rug naar het Beursgebouw staat, vindt de Kartuizersstraat aan de linkerkant. Daar waar designzaak Kartell op de hoek huist, en het uithangbord van café Greenwich zichtbaar is, naast het alom bekende restaurant Fin de Siècle. Wat verder staat een standbeeld van een plassende hond, en aan het einde bevond zich in de zestiende eeuw een kartuizerklooster. “Het bruist er de laatste jaren”, hoorden we waaien van échte Brusseleirs. En dus besloten we een dag onder te duiken, op zoek naar de gezichten van hip Brussel.

Geen vijf stappen of we hadden hen al gespot. Ze stonden in duo’s voor elkaars etalage te kletsen, te roken, of koffie te slurpen. En liepen als bezige bijen elkaars deur plat als het hart nog eens gelucht moest worden over de hinderlijke straatwerken aan café Greenwich, of – gevoeliger – de dronkaards van thuislozenonthaal Bij Ons, verderop. De winkeltjes en zaken, zo bleek aan het einde van de dag, waren het levensproject van een politiek vluchteling, een psychologe, een burgerlijk ingenieur, een journaliste, een regisseur, een ontwerper : één voor één profielen die aan een nieuw hoofdstuk toe waren.

Op nog geen honderd meter van elkaar belden we aan bij de boetieks, soms amper twintig vierkante meter groot. Drie consumpties, één lunch, acht levensverhalen en vier shoppingtassen later – een vintage handtas, een zalmroze broek, een minigazon van tien bij tien centimeter, en een paar espadrilles voor Rob, de fotograaf – waren we verkocht. En blut.

Nr. 4 A.M. Sweet : theesalon en snoepwinkel. Open di 12-18.30 u., woe-zo 9.30-18.30 u.

Anne-Marie : “Viooltjes en cuberdons zijn mijn bestsellers. Snoep uit de kindertijd, en allerlei theesoorten en chocolade. Dit salon heb ik tien jaar geleden met mijn man gebouwd. Alles is tweedehands, of met witte producten ingericht. Behalve de keuken en de ingrediënten. Ik vind dat mensen de hele dag moeten kunnen ontbijten, dus serveer ik eitjes, brood, bioyoghurt tot sluitingstijd. Allemaal van de Bioshop. Neen, ik moet niet weten waarom mensen laat opstaan (lacht). Veel winkeluitbaters uit de straat komen hier frequent hun dosis cafeïne halen.”

De Morgen en Le Soir liggen elke ochtend op tafel. We spreken Nederlands en Frans. De hele winkel is une grande histoire d’amour. Het leven voelt magisch sinds ik hier zit. Mijn man en ik zijn weer twee jonge veulens. We wonen in deze straat sinds onze zonen het huis uit zijn. Als ik jonge koppels bezig zie, denk ik dat jongens tegenwoordig banger zijn voor toenadering. La fille moet vaak de eerste stap zetten, j’ai fait ça aussi. Als jong meisje dronk ik geen thee. Wel rode wijn.”

Nr. 8 Lord Byron : artcafé. Open dagelijks 18-05 u.

Bajram : “Negentig procent van mijn publiek zijn schrijvers, dansers, muzikanten, schilders of cineasten. Zelf ben ik een Kosovaars cineast die in Polen en Duitsland heeft gewerkt. Door de oorlog ben ik naar België gevlucht. Hier kon ik blijven, dankzij connecties. Ik werk al twintig jaar in deze straat, eerst als uurwerkhersteller, sinds drie jaar als café-uitbater. Negentien jaar geleden heb ik bij de opening van café Cobra, hier aan de overkant, mee het interieur bepaald. Iemand moest in de straat een revolutie op gang trekken om een nieuwe vibe te creëren. Het interieur van Lord Byron oogt antiek, comme déjà existé.”

“Twee jaar geleden is bij een inbraak de binnendeur tegen de voorruit gevallen. Ik heb de barstjes in de vitrine met witte schuimbollen gecamoufleerd, zodat het iets arty werd. Toeristen nemen er vaak foto’s van. Populaire drankjes ? Gin fizz, Cosmo, Martini espresso. De drankkaart stel ik zelf samen, ik maak al eens een huismix. Uit de luidsprekers komt klassieke muziek, of jazz. Pas de boom boom.”

Nr. 14 Whazup : gadgetwinkel. Open di-za 10.30-18.30 u., do tot 20 u., www.whazup.be.

Stéphanie : “Ik ben een gadgetfreak. Alles wat interactief werkt met knopjes en afstandsbediening, mag je in de winkel uittesten : robots, helikopters, headphones. Er kruipt veel werk in het uitzoeken van de spullen, maar elke week is er wel iets nieuws. Het recentste item is Mini Green, een klein vierkant grasperkje voor in je living. Ik ben slecht met planten, maar dit werkt echt.”

“Japanse gadgets vallen sterk in de smaak, zoals de Kimmidolls. Er is momenteel ook een Legorevival, en huishoudsnufjes zijn altijd hip. Vanaf één euro vind je hier al snuisterijen. Ik krijg vooral dertigers over de vloer. Leretour à l’enfance, hé. In de Kartuizersstraat werken allemaal gemotiveerde zelfstandigen. Soms sturen de buren een mailtje met een gadgettip, we zijn geen concurrenten. Ik zit hier nog maar tweeënhalf jaar, maar er heerst een groot dorpsgevoel. We zijn de kersverlichting al aan het organiseren.”

Nr. 17 Hunting and Collecting : concept store. Open di-zo 12-20 u., www.huntingandcollecting.com.

Aude en Niels : “Wij zijn de jongste nieuwkomers van de straat, we zitten hier sinds februari. Mensen denken vaak dat dit een atelier is, of een galerie. We stellen inderdaad elke twee maanden een kunstenaar centraal en hebben in de kelder een Project Room. Verder : accessoires, design en magazines, én we organiseren mode- en muziekevents. We hadden zin in een ruimte waar verschillende culturele vibes samenkomen. ‘Moeten we met zo’n groots plan niet eerder naar Berlijn, of Parijs ?’ dachten we aanvankelijk. Maar de koopprijzen zijn daar zot hoog.”

“De Belgische man houdt van blauw en zwart. Belgische vrouwen, of toch de Brusselse, zijn voorzichtig als het op onbekende merken aankomt. Labels die we zelf graag dragen, maar die nog niet in de hoofdstad te vinden waren, hangen hier nu in de rekken. We verkopen een nieuwe generatie modemakers, uit alle hoeken van de wereld, die niet bezig is met zichzelf mediatiseren. Van diplomaten tot curatoren en universitairen : mensen met karakter beginnen hun weg naar ons te vinden. Dat er op internationale blogs over ons geschreven wordt, is een mooi compliment.”

Nr. 19 Espace Bizarre : designzaak. Open ma-za 10-19 u., www.espacebizarre.com.

Jens : “De straat was een wildwesttafereel toen ik hier in ’93 aankwam. Het hele uitzicht en trottoir zijn ondertussen veranderd. Bewoners van de haute ville kwamen toen niet naar beneden afgezakt. Nu huist hier een fantastische gamma winkels, samen zitten we allemaal in het straatcomité. Het is een sehr smalle straat en dat maakt het wel eens problematisch om grote leveringen te ontvangen. Sofa’s, zetelbedden, tafels, verlichting : hedendaags design is mijn specialiteit. Van gerenommeerde Italiaanse huizen als Moroso, tot nieuwe Zweedse of Deense ontwerpers. En ken je de tafels en stoelen van Karim Rachid ? Of de verlichting van Belg Sylvain Willenz ? Dat aanbod vul ik aan met hippe accessoires, zoals Lomosnapshotscamera’s en viele leuke keukenspullen.”

“Je vindt dat ik een grappig taaltje spreek ? Ik ben van Duitse afkomst, ik spreek een mix van Duits, Nederlands, Frans en Engels. Iedereen in de straat zal zijn best doen elkaar te verstaan.”

Nr. 24 Lucien Cravate : tweedehandsdeco en accessoires. Open woe-za 12-18.30 u.

Nicolas : “Mijn specialiteit ? Piepkleine tweedehandsspullen, uit de jaren vijftig tot tachtig. Speelgoed, boeken, kookpotten, koekjesdozen met de koninklijke familie op, pins, schoenen, sleutelhangers vanaf één euro. Sommige stuks zijn nooit gebruikt en koop ik op uit oude stocks. Tijdens mijn sluitingsdagen ga ik op jacht. Op rommelmarkten of bij mensen thuis. Ik heb veel roc-kabillyklanten die op zoek zijn naar authentieke jarenvijftigaccessoires. Alles met Bambi verkoopt vlotjes, en Fabiola doet het goed op de koekjesdozen. Sinds ik een Facebookpagina heb, verkoop ik veel online. Ik heb ook een tovenaar als klant. Daarnet kwam hij binnen en zei : ‘Vandaag heb ik een piepkleine revolver nodig’.”

“Nederlands heb ik geleerd door hier te werken. Elke dag leer ik een nieuw woord. Vandaag : sloef. Ik heb ook speciaal voor jullie mijn winkel, de kleinste van de straat, gewassen. Zeg je dat zo ?”

Nr. 25 Isabelle Bajart : vintage vrouwenkledij. Open woe-za 11-19 u., www.isabellebajart.com.

Isabelle : “Elke ochtend start ik op een brocante of markt. Ik probeer niet te vervallen in retroclichés. Bij mij zul je geen rek vinden met alleen leren jasjes of enkel seventiesprints. Herhaling vermijd ik, ik probeer vintage te vertalen naar vandaag. Een tweedehandsoutfit moet je niet dragen alsof het echt nog 1960 is. De boetiek hiernaast, Gabriele, zit hier al jaren en verkoopt ook tweedehandskleren. Bij haar vind je echt een grote selectie van alle tijdperken. Ik concentreer me daarentegen soms maar op één periode. Voor de komende winter heb ik bijvoorbeeld veel ninetiesstuks, in nudekleuren en beige. Voor twintig tot zestig euro vind je hier zeker een jurk.”

“Ik zit hier nog maar anderhalf jaar, maar het contact met de andere marchands is heel warm. Iedereen behandelt zijn zaak alsof het zijn baby is. Daarnet kreeg ik al een mailtje van Stephanie van Whazup om te verwittigen dat jullie veel vragen stellen (lacht).”

Nr. 64 Louise Assomo : ontwerpster eigen vrouwenlabel. Open ma-di en do-za 12-19 u., www.louiseassomo.be.

Louise : “Ik ontwerp jurken voor meisjes en dames die hun vrouwelijkheid durven uitspelen, een beetje geïnspireerd op de jaren vijftig, vanaf zo’n 250 euro. Ik maak ook accessoires, riemen en halskettingen. Mijn atelier heb ik achteraan in de winkel. ‘Zit ik niet te ver verstopt in de Kartuizersstraat ?’ denk ik soms. Voor veel toeristen stopt de straat aan het standbeeld van de hond. Mensen moeten nieuwsgierig zijn om mijn boetiek te vinden, en elke dag hangen de bezoekers van het dagonthaal Bij Ons zeker tot vier uur voor mijn etalage. Niet al te nuchter of proper : dat is best storend.”

“De dynamiek waarvoor de Dansaertstraat bekendstaat, verspreidt zich meer naar de zijstraten : de Léon Lepagestraat, de Kartuizersstraat. Als de Dansaertstraat voor sommigen nog het imago heeft van duur en ondraagbaar, dan is dat zeker anders voor de zijstraten.”

Door Elke Lahousse – Foto’s Rob Walbers

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content