Eenvoudige wijnen die geen pijn doen in de portemonnee. Daar willen we het over hebben in deze rubriek. Château Simple (284), wijn voor beginners,die ook de kenners wel bevalt.

Deze week: TALIË

In de evolutie van wijnen en wijngaarden neemt Spanje een speciale plaats in, dat toonden we in vorige aflevering aan. Door armoede en hachelijke leefomstandigheden bleven coöperatiestructuren en vooral oude wijngaarden veel langer bestaan. De jarenlange armoede genereert vandaag grote authenticiteit in het druivenbestand.

Italië werd na de Tweede Wereldoorlog door grote voorgangers zoals Antinori en Gaja, veel vlugger tot aanpassing en evolutie gebracht. Zo werden modieuze, maar Franse druivensoorten, zoals cabernet en merlot, massaal aangeplant. Ze werden als ‘verbeteraars’ bij de originele sangiovese ingebracht. Ze brachten noties van fruitfinesse in de neus met smaaksoepelheid in de mond. De oudmodische, oxidatief behandelde sangiovese- en nebbiolowijnen kregen er een allure van moderniteit mee die trouwens door een rigoureuze selectie van het originele druivenbestand nog werd aangescherpt. Tegelijkertijd ontstond de trend om uit het wettelijke carcan te stappen, er werden topwijnen gemaakt van 100 % ‘verbeteraarsdruiven’ tegen Frans aandoende topprijzen : de fameuze vino da tavola van het Toscaanse landschap, nu getransformeerd in IGT ( Indicazione Geografica Tipica).

Het is in de Franse milieus bon ton om over die Italiaanse evolutie wat meewarig te doen, maar men mag niet vergeten dat de universele ‘verbeteraar’ van het hele Franse zuiden, van Rhône tot Roussillon, namelijk de syrah, ook het lokale wijnlandschap heeft gemoderniseerd. Precies hetzelfde : van 100 % syrah zijn speciale cuvées gemaakt, denk maar aan die van Gauby, waar men twee jaar vooraf moet voor inschrijven.

Grote, vernieuwende originaliteit moet men dus van de traditionele Italiaanse wijngebieden zoals Toscane, Piëmont of Friuli niet meer verwachten. Veeleer van het zuiden, zoals de Etnaflanken met de bourgogneachtige nerello mascalese of van Campania met de aglianico of van Sicilië met de nero d’avola.

Die traditionele wijnen zijn trouwens nu al zeer goed. En vergeet niet : van Toscane komen twee excellente jaargangen in de rekken, de 2006 en 2007. Chianti classico, vino nobile di Montepulciano en brunello di Montalcino beloven allemaal uitstekende wijnen in de beide jaren.

Brunelli, Valpolicella Classico Superiore 2006

Frisse rode kleur van medium concentratie en een brede, multicepage-neus met rijpe ondertoon. Brave, frisse smaak, maar mist wat lengte. Salamiwijn

(GB/Carrefour : 4,92 euro).

Antinori Santa Cristina Toscana IGT 2007

Inktachtig van kleur, maar wel vers en met spanning, een toegevouwen, gedrongen, rijpe neus. Zeer aangename, vlezige, moderne wijn met goede lengte, charme en kracht. Grote moderne wijn voor het stevige keukenwerk met geroosterd vlees of wild (Delhaize : 7,99 euro).

Piccini 2007 DOCG Chianti Classico

Gevulde kleur met iets spanning en statig rood, de neus is discreet. Fijn fruit. Evenwichtige, soepele en kleine smaak met goede vulling en zachte tannines. Moet al passen bij gestoofd gevogelte

(GB/Carrefour : 4,73 euro).

Montepulciano d’Abruzzo 2007

Kleur haast van inkt en een elegante neus. Floraal en fruitig. Soepele, evenwichtige smaak, mooi geknoopt. Allemansvriend, universele kwaliteit, kan al bij geroosterde kip

(Delhaize : 3,69 euro).

Casanova, Montepulciano d’Abruzzo 2004

Inktachtige kleur met grote spanning en zeer korte meniscus tegen de glaswand, de neus is van gedroogd fruit, maar ook lichtjes hoogtonig. Rijpe, indringende, speciale smaak met kracht. Presente tannines en lengte. Krachtige wijn voor bij gelatinerijke gerechten, zoals ossenstaart of jonge geit uit de oven (Colruyt : 7,64 euro).

Villa Sopita, DOCG Chianti Classico 2007

Mooie en licht getaande kleur met goede concentratie en een zuivere, fijne fruitneus. De smaak is goed evenwichtig, maar mist wat lengte. Salamiwijn

(Colruyt : 3,79 euro).

Door Herwig Van Hove

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content