Op het Belgische kampioenschap synchroonzwemmen in Molenbeek dingt dit weekend ook een mannelijke deelnemer mee naar een titel. Dat hij een buitenbeentje is, neemt Renaud Barral er graag bij.

Synchroonzwemmen is een unieke discipline”, zegt Renaud Barral (21). De naar Brussel uitgeweken Fransman en communicatiestudent behaalde vorig jaar twee zilveren medailles op het Europese herenkampioenschap in Milaan. Begin deze maand volgde een gouden plak op de Brussels Masters Meeting – opnieuw met een solo-uitvoering. “Wie ergens wil geraken, moet niet alleen een zwemmersconditie en de lenigheid van een gymnast hebben, maar ook de lichaamsbeheersing van een circusacrobaat en het gevoel voor muziek van een danser. Veel figuren worden ook onder water uitgevoerd. Zonder controle over je ademhaling lukt het niet.”

Op weg gezet door zijn zus – die er al gauw de brui aan gaf – ontdekte Barral de sport op zijn twaalfde. Nadat hij jarenlang in clubs in Luik en Seraing zwom, is hij nu lid van het mastersteam van de Brussel Aquatic Synchro Swimming (BRASS), waarmee hij drie keer per week de zwembaden van Schaarbeek en Etterbeek onveilig maakt.

“Ik ben niet zo sportief aangelegd”, bekent Barral. “Als kind huiverde ik bijvoorbeeld van balsporten. Maar volgens mijn begeleiders had ik talent. Het vooruitzicht om aan wedstrijden deel te nemen, motiveerde me om door te zetten en desnoods twintig uur per week te trainen.”

Is de training dan zo intens ?

In het begin ( eind negentiende eeuw) sprak men van natation ornementale, en in Vlaanderen noemt men het vaak waterballet. Maar die term benadrukt te sterk het showaspect en is pejoratief, alsof het om een meisjessport gaat. Bij de Olympische Spelen vinden critici ook altijd dat een theatrale sport daar niets te zoeken heeft. Nochtans is synchroonzwemmen fysiek veeleisend en moeilijk op technisch vlak.

Was het moeilijk om eraan te beginnen ?

Ik had het geluk dat mijn ouders breeddenkend zijn en me altijd steunden. Het is ook leuk om iets aparts te doen, al begrijp ik wel dat het voor andere jongens thuis moeilijk kan liggen. Die is homo, denken ouders dan al gauw. Maar wat mensen verwondert, is vooral de sport op zich – niet het feit dat ik een jongen ben. Vergeet niet dat kunstzwemmen ook als vrouwensport hier amper bekend is. BelgiĆ« draait niet mee aan de internationale top, en de media besteden er amper aandacht aan.

Als man heb je meer spierkracht in huis.

Ik moest wel hard werken om mijn lenigheid bij te werken – er zijn dus zowel voor- als nadelen. Op de training krijg ik in ieder geval geen aparte behandeling, en bij het omkleden gebruik ik de gemeenschappelijke cabine. Dat is belangrijk voor de teamgeest. Zonder een goede verstandhouding en vertrouwen kun je onmogelijk samen een choreografie uitvoeren. Verder zie ik mijn teamleden vooral als mensen. Welk geslacht iemand heeft, is bijzaak.

Wat doe je het liefst : teamuitvoeringen of solochoreografieƫn ?

De voldoening is in beide gevallen anders. In het eerste geval werk je samen om als groep iets te bereiken. Het publiek houdt er ook van. Solo daarentegen kun je jezelf meer uitdrukken. Niet in het technische wedstrijdgedeelte, met een routine van opgelegde figuren, maar wel in de vrije choreografie. Kunstzwemmen lijkt beperkt op artistiek vlak, maar je beschikt over nogal wat mogelijkheden om emoties over te brengen.

Je bent wel aangewezen op mannentoernooien en gemengde wedstrijden in het open circuit.

Aan de Europese en Wereldkampioenschappen mogen mannen niet deelnemen, en ook de Olympische Spelen zijn uitgesloten. Dat is frustrerend, want zulke uitdagingen motiveren je om te trainen en je voedings- en leefgewoonten aan te passen. Als tiener ging ik bijvoorbeeld zelden uit, want dan lukte het niet om er om zeven uur ’s ochtends aan te beginnen. Bon, het gaat de goede kant op. Misschien hebben mannen het over twintig jaar gemakkelijker.

Info : www.ebrass.be, www.belswim.be

Door Wim Denolf – Foto Saskia Vanderstichele

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content