Belgen in LA

Elise Crombez © MAXTREE

Elise Crombez – Model

“In 2010 verhuisde ik naar Los Angeles en sindsdien heb ik een ingewikkelde relatie met de stad”, zegt Elise Crombez. “Ik verbleef er twee jaar en ben dan twee jaar terug in BelgiĆ« gaan wonen, maar ik bleef LA bezoeken. Ik voel me er altijd goed: de natuur, het weer en de artistieke sfeer in mijn vriendenkring doen me deugd. Maar het is te ver van BelgiĆ«, ik mis mijn vrienden en familie. Nu vestig ik me in New York. Sinds september reisde ik twaalf keer heen en weer naar Europa. Dat is fysiek zwaar en de jetlag is nog erger als je van LA vliegt dan wanneer je van New York komt. Ik werk nu ook meer in New York, ik heb er nieuwe aanbiedingen gekregen. New York is een dure stad en is het praktisch onmogelijk om als jonge designer een plek te vinden voor je eigen lijn.”

Crombez onderschat de troeven van Los Angeles niet. “In LA is het nog mogelijk om iets op te starten en samen te werken met creatieve mensen. Ik ken zangers, dansers en filmmakers die samenleven in een prachtig huis en elk weekend samen iets creĆ«ren. De mode in LA is creatiever en trendy. Hollywood is het mekka van feestjes, celebrity’s, paparazzi. Voor een beginnende designer kan een Instagrampost door een celebrity een springplank zijn. Mensen kleden zich stijlvol en extravagant in Los Angeles, ze willen gezien worden. Het klimaat laat het toe om het hele jaar door kleding te dragen zonder dat die echt praktisch hoeft te zijn. Er zijn geen sneeuwstormen en geen regenseizoenen, wel leuke middagen in de zon, aan het strand of in de nieuwe hippe coffeeshop.”

Toch ziet Crombez Los Angeles niet uitgroeien tot modehoofdstad. “Ik vrees dat de ligging van LA niet ideaal is ten opzichte van Europa en de rest van de wereld. Ook het verkeer vormt een probleem. Ik weet niet hoeveel auto’s LA nog kan verdragen en het metronetwerk doet niet de hele stad aan. Er vinden de laatste jaren wel meer en meer shows plaats, omdat veel designers hun hoofdkwartieren hebben verplaatst naar Los Angeles.” (JB)

Raf Maes – medeoprichter van horloge- en brillenmerk Komono

Raf Maes heeft ruim twee jaar geleden zijn anker uitgegooid in LA. Hij had grote dromen en wist zeker dat hij die alleen kon waarmaken als hij in de bruisende filmstad kwam wonen. “Hier is de werkcultuur anders; alles draait om netwerken en snel reageren. Dat heb je van op afstand niet in de hand, zeker niet met een tijdverschil van negen uur. Het tempo ligt hoog en is soms moeilijk bij te benen, maar de stad straalt zoveel creatieve energie uit. Je maakt in de lift een praatje met iemand en een week later werk je samen. Fantastisch!

Het klimaat maakt alles nog prettiger, ook al moet je elke dag keihard werken. De concurrentie is moordend, de markt agressief en helemaal niet trouw in vergelijking met Europa. Veel tijd om te dromen van de American dream krijg je niet. Maar wij hebben een sterke visie en grote plannen voor Komono. We zijn vast van plan die in LA te realiseren en er een succes van te maken. Ik moet zeggen dat het tot nu toe niet slecht loopt.”

Christophe Coppens – Kunstenaar en voormalig mode- en hoedenontwerper

Christophe Coppens woont en werkt sinds 2013 in Los Angeles. “LA staat op het punt om open te bloeien, maar dat gebeurt zonder pretentie. Er is wel een keerzijde aan die groei: de massa’s geld die geĆÆnvesteerd worden en de opkomst van nieuwe (rijke) wijken staan in schril contrast met de daklozen, de zeer hoge levenskosten en peperdure gezondheidszorg. Zo krijg je een stad met twee snelheden. En een stad van bubbels: je leeft in de bubbel die je huis is, je rijdt in de bubbel die je auto is, om je te begeven naar een andere bubbel. Dat heeft zeker te maken met de enorme afstanden hier, maar het heeft ook zijn impact op het sociale leven. De beroemdste plekken, zoals Hollywood, Beverly Hills of Venice, vind ik persoonlijk het minst interessant. Mijn leven speelt zich af in Silverlake, Los Feliz, Downtown, Atwater, Echo Park…” Wordt LA de volgende modehoofdstad? Coppens denkt van niet. “Er wonen hier inderdaad enkele ontwerpers en er is een fashion industry. Maar LA is een stad die sowieso elke vorm van creativiteit aantrekt. Het is niet echt een ‘modieuze’ stad : het gaat er hier niet om ‘goed gekleed te zijn’, wel casual of street of hip of in Hollywood housewife/Kardashian style. En wat de rodelopermode betreft, die heeft niet veel met echte mode te maken, behalve enkele figuren als Tilda Swinton en enkele andere stijlvolle actrices. Maar zij zijn een minderheid, de rest is nogal old-school. Voorlopig is dit niet de plek waar je nieuwe ontwerpers ontdekt, ook al gaan er downtown nieuwe merkenboetieks, galeries en restaurants open. It’s just an exciting place to be right now.”

Natalie Joos – Ontwerpster en schrijfster

Natalie Joos ruilde vorig jaar New York voor Los Angeles. “Ik ben eerder verhuisd om persoonlijke redenen dan om professionele. Na achttien jaar had ik het gehad met New York. Ik zag alleen nog het vuil en de chaos. Ik had behoefte aan een andere omgeving, want er is meer in het leven dan werk, geld en carriĆØre. De keuze voor LA was snel gemaakt: diep vanbinnen ben ik een zonneklopper, ik heb altijd gedroomd van palmbomen en het geluid van brekende golven.” Ook zij ziet dat er heel wat beweegt. “Veel bedrijven vestigen hun kledingproductie hier, omdat er simpelweg meer ruimte is. En ook heel wat modellenbureaus openen hier een afdeling, zoals Ford, Elite en The Lions. Er is op dit moment een grote vraag naar Californische meisjes. Alle bekende modellen van het moment zijn van hier afkomstig: Bella, Kendall, Gigi, Stella… Om nog maar over het weer te zwijgen: als de modeweek in februari zou plaatsvinden in LA en niet New York, dan moesten we geen sneeuw en bijtende kou trotseren.”

(EDW)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content