Lene Kemps

Lene Kemps over het overlijden van modemonument Anna Piaggi

Lene Kemps Lene Kemps is de hoofdredactrice van Knack Weekend.

Zes jaar geleden wijdde het Victoria & Albert Museum in Londen een hele tentoonstelling aan Anna Piaggi. De titel was Fashion-ology, een woord dat Anna zelf had bedacht en dat volgens haar betekende: de tijdsgeest, toegespitst op mode. De expo opende met een lijstje. Een opsomming van kleren en accessoires die Anna Piaggi had vergaard in 1994: 265 paar schoenen, 29 waaiers, 932 hoeden, 2865 jurken, 24 schorten, 31 veren boa’s en ga zo maar door. Wat verder op de lijst: 6 kerstkaarten van Manolo Blahnik, de overbekende schoenmaker die ze als een van haar beste vrienden beschouwde. “Anna weet altijd wat er gaat gebeuren”, zei Blahnik ooit. “Mensen klasseren haar snel als frivool en excentriek, maar ze is eigenlijk ongelooflijk modern.”

Anna was een wandelend kunstwerk, al werd ze zelf liever omschreven als ‘a work in progress’. Toen ik in 1990 voor het eerst naar de defilés in Milaan mocht, was zij een van de eerste mensen die ontmoette. In de lift op weg naar de Camera Nazionale della Moda. Ik omdat er iets mis was met mijn accreditatie. Zij omdat ze gedag ging zeggen aan Beppe Modenese, de stichter van de Italiaanse modeweek en het hoofd van de Camera Nazionale. Ze was vergezeld door haar soulmate en beste vriend Vernon Lambert en het is moeilijk hen te beschrijven. Als ik mijn ogen sluit, zie ik kleur, veren en lagen kant. Haast Edwardiaanse accessoires: een wandelstok, een lorgnet, een waaier. Ik geloof dat zij een grote theekop op haar hoofd had. En dat hij een plusfour droeg. Ik had ook pofbroek kunnen zeggen, maar bij Vern past alleen het woord plusfour, dat soort mensen waren ze. Twee verdwaalde aristocraten, exotische vogels, of piraten die alle buit tegelijkertijd hadden aangetrokken.

Nu is er Daphne Guinness, en daarvoor was er Isabella Blow. Excentriek worden ze genoemd. Muzes. Ze lijken vermoeid en gekunsteld bij de moeiteloze stijl van Anna Piaggi. Anna kon werkelijk alles combineren. “It’s all in the mix”, zei ze tegen de hordes modestudenten die haar outfits wilden ontleden. In die mix zat soms een honderd jaar oude Poiret-jurk van museumkwaliteit, een vintage Patou-jas, Manolo zebraboots, nieuwe Puccikousen, een plastic halssnoer van de kermis en een skistok om het af te maken. En oh ja, een hoed. Haar lievelingshoedenmaker Stephen Jones schat dat hij er de laatste jaren om de zes weken een voor haar heeft gemaakt. “Ze belt me meestal de dag voor een belangrijke gelegenheid. Ik moet naar Nieuw-Zeeland, zegt ze dan, ik mag een jacht dopen, wat kan je voor me doen?” Jones’ lievelingsmodel is een oranje hoedje dat op een koperen pot lijkt. “Anna droeg het met een zilveren jas die je aantrekt voor een serieuze bergwandeling, zo’n hitech model. Ze zag er schitterend uit. Bij haar ging het nooit om het laatste model of het juiste merk. Het hoeft geen Dior te zijn. Anna verkent de mogelijkheden van wat mode is. Het gaat niet om chic of het grote gebaar. Het gaat om fun, frivoliteit en een echte kennis van kleding. Want laat je niet bedriegen door haar extreme silhouetten. Anna smijt nooit zomaar wat samen. Ze weet exact wat ze wil en haar look is heel gedisciplineerd en gecontroleerd.”

Anna is niet altijd de excentrieke rebel geweest. De Engelse journaliste Tamsin Blanchard mocht ooit in haar fotoalbum kijken en ontdekte een jaren vijftig zwart-witbeeld van een deftig meisje in een tweed tailleur. Wat was er in godsnaam met dat meisje gebeurd? Het antwoord was: het deftige Milanese meisje ontdekte Londen, de swinging sixties, ontmoette haar beste vriend Vern Lambert en haar geliefde echtgenoot, de modefotograaf Alfa Castaldi.

Castaldi was een gevierd fotograaf voor Vogue, en maakte campagnes voor Armani en Missoni. Anna werkte als vertaler in het persagentschap waar hij zijn foto’s verkocht. Ze vertelde graag hoe bohemien ze hem vond, hoe slim en hoe goed gekleed. Enkele jaren later was Anna fashion editor voor het maandblad Arianna, en begonnen de modetrips naar Londen waar ze Vern ontmoette, een schrijver en handelaar in antieke kleding (het woord vintage bestond nog niet). De start van een levenslange vriendschap en verkleedpartij. Vern overleed in 1992, Castaldi drie jaar later. Anna bleef een trouwe aanwezigheid op de eerste rij van de defilés, even uitbundig en creatief als altijd, al wisten intimi te vertellen dat ze haar man en haar vriend elke dag miste.

Als derde man die belangrijk was in haar leven, haalde Anna altijd Karl Lagerfeld aan, die een heel boek vol schetsen van haar publiceerde. “De eerste tekening van mij maakte hij op een serviette in een Chinees restaurant. En in de intro van zijn boek schreef hij waarom hij me zo graag schetste: ‘Anna is geweldig, zij is een grafisch persoon. Elle n’est pas jolie, elle est pire.” Anna Piaggi, 81, mode-orakel en stijlicoon, ze was niet mooi, ze was veel meer dan dat.

Lene Kemps

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content