Reuzengarnalen op groentenblokjes in een sausje van sinaasappel – & wortelsap

Voor 4:

Voor 4:

16 grote rauwe reuzengarnalen

(gepeld en ontdaan van darmkanaal)

3 el extra vierge olijfolie

1 tl gemalen komijn

zout en zwarte peper

4 jonge wortelen

1/4 komkommer

1/2 kleine venkelknol

3 teentjes knoflook

sap van 1 zoete sinaasappel

1 el oranjebloesemwater

Voor de saus :

250 g geschraapte fijne wortelen

sap van 3 zoete sinaasappels

sap van een limoen

zout en peper

bindmiddel voor sausen

1 el verse boter

Versnij de wortelen in dobbelsteentjes. Was de ongeschilde komkommer en verwijder de zaadlijst. Reinig ook de venkel en versnij deze samen met de komkommer tot dezelfde dobbelsteentjes.

Neem een pan met ruime bodem, verwarm 1 eetlepel olijfolie op hoog vuur en stoof de groenteblokjes al roerend een paar minuten. Voeg het sap van 1 sinaasappel, het oranjebloesemwater en de gepelde lookteentjes toe, zet het vuur lager en laat alles, al roerend, verder stoven tot bijna alle vocht verdwenen is. Zet de pan opzij en bereid de saus.

Maak wortelsap met een centrifuge (of gebruik 1 dl gekocht wortelsap). Verwarm het sap van de sinaasappels, de limoen en de wortelen met wat peper en zout en laat even koken. Bind de saus met maïszetmeel of een ander bindmiddel tot de gewenste dikte. Neem van het vuur. Verwarm de borden.

Meng in een kom 2 eetlepels olijfolie met de komijn, versgemalen peper en zout. Roer de garnalen in het specerijenmengsel en rooster ze een paar minuten langs beide zijden.

Verwarm de groenteblokjes opnieuw en stoof ze zacht en al roerend verder tot alle vocht verdwenen is. Verwijder de lookteentjes. Verwarm de saus tot het kookpunt. Neem van het vuur en klop er de boter door. Controleer de kruiding.

Lepel wat saus in de borden, schik in het midden de groenteblokjes, met daarop de geroosterde garnalen en versier met venkelgroen. Serveer de resterende saus en groenten afzonderlijk.