Normandische appeltaartjes

Voor 4 personen
  • 250 g bloem
  • 80 g amandelpoeder
  • 80 g poedersuiker
  • 2 el suiker
  • 2 el vanillesuiker
  • 1 ei
  • 150 g boter
  • boter voor de vormpjes
  • bloem voor het werkvlak
Vulling
  • 4 à 6 zure appels (type boskoop)
  • 1 à 2 el citroensap
  • 6 cl calvados
  • 6 el kandijsuiker
  • 250 cl room
  • 3 eierdooiers
  • 30 g amandelpoeder
Bereiding
  1. Zeef de bloem op een bebloemd werkvlak en meng er het amandelpoeder, de poedersuiker, de suiker, de vanillesuiker en een snuifje zout door. Maak een kuiltje in het midden en breek er het ei in. Verdeel de in blokjes gesneden boter rond het kuiltje. Meng de ingrediënten eerst met een mes en kneed verder met de hand tot een glad deeg.
  2. Wikkel in plasticfolie en zet 1 uur koel weg.
  3. Bereid de vulling. Schil de appels en verwijder het klokhuis. Snij de appels eerst in vieren en dan in plakjes. Doe in een kom en wentel in het citroensap en de calvados. Laat 1 uur marineren.
  4. Verwarm de oven voor op 180°C.
  5. Vet vier taartvormpjes in met boter. Rol het deeg uit op een bebloemd werkvlak. Snij er vier cirkels uit die iets groter zijn dan de taartvormpjes. Bekleed er de taartvormpjes mee en vorm een iets dikkere rand. Laat de appels uitlekken en bewaar het vocht.
  6. Strooi 3 eetlepels kandijsuiker over het deeg, schik er de appels dakpansgewijs op en bak in 20 minuten goudbruin in de oven.
  7. Meng de rest van de kandijsuiker met het vocht van de appels, de room, de eierdooiers en het amandelpoeder. Lepel over de appels en bak nog 15 minuten in de oven.
  8. Haal de Normandische appeltaartjes na het bakken uit de oven, laat licht afkoelen en serveer bij voorkeur lauw.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content