Kabeljauw op moeder Anna’s wijze

Nodig voor 4 personen:

Nodig voor 4 personen:

4 stukken kabeljauw in filet (180 tot 200 g per stuk )

boter, witte peper en zout

4 fijngehakte sjalotten

3 dl droge witte wijn

2 eierdooiers

sap van 1 citroen

handgepelde garnalen (facultatief)

Bak de kabeljauw aan alle kanten in veel boter op een vrij hoog vuur; kruid met peper en zout. Doe het bakvocht in een gietijzer pan en voeg de gehakte sjalotten toe; laat op een zacht vuurtje verdergaren. Klop de eierdooiers los met de witte wijn en het citroensap. Haal de vis uit de pan en bind het kookvocht al roerend met het eimengsel; kruid met peper en zout

Schik de vis op de borden, samen met natuuraardappelen of grof boerenbrood. Werk de zure eiersaus af met handgepelde garnalen en geef er ongezoete appelmoes bij.