Voor 4 personen:
8 poonfilets
4 schorseneren
sap van 1/2 citroen
een geutje room of melk
nootmuskaat
peper en zout
Voor de blanke botersaus:
1 dl witte wijn
150 g malse boter
1 fijngesneden sjalot
sap van 1/2 citroen
peper en zout
Groentenvulling:
1 prei
1 wortel
1 courgette
1 blaadje laurier
1/2 sjalot
peper en zout
De schorseneren wassen en met een dunschiller de zwarte pel verwijderen. Drie schorseneren in stukken van 3 cm lengte snijden en ongeveer 3 minuten in water met een geutje room of melk gaarkoken. Uithalen en kruiden met peper, zout, nootmuskaat en het sap van 1/2 citroen.
Voor de blanke botersaus: de witte wijn samen met de sjalot tot 1/3 inkoken. Zeven en van het vuur de malse boter er geleidelijk onder roeren. Op smaak brengen met peper, zout en citroensap.
Voor de vulling: de wokgroenten in fijne blokjes snijden en samen met het laurierblad in hete olijfolie beetgaar bakken. Kruiden met peper en zout.
De poonfilets in bloem wentelen en goudbruin bakken in olijfolie. Op smaak brengen met peper, zout en citroensap.
De poonfilet op het bord leggen, de wokgroentjes erover verdelen en afdekken met een tweede poonfilet. De schorseneren ernaast schikken en de saus er rond lepelen.
Voorbereiding: 20 minuten.
Bereiding: 30 minuten.
Tip: Stapel voor een festelijke presentatie de shorseneren kruiselings op elkaar in laagjes. Snij met een dunschiller sliertjes van een schorseneer, frituur ze krokant in olie op 150°C en schik ze bovenop de gestapelde schorseneren. Versier het gerecht met een eetbaar bloempje of kervelpluksel.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier